Wat goed dat je hier bent! Misschien ben je benieuwd hoe je met jouw team of afdeling aan de slag kunt met duurzaam digitaal werken. We snappen dat agenda’s vaak al vol zitten. Daarom hebben we het zo makkelijk mogelijk gemaakt met een toolkit. Zodat jij snel aan de slag kunt.
Toolkit voor je team
In de Duurzaam digitaal toolkit vind je alles wat je nodig hebt: handige hulpmiddelen en een duidelijke presentatie. Zo kun je samen met je team stappen zetten naar slimmer en bewuster omgaan met data. En dat helpt ook om beter samen te werken. Snel aan de slag? Download de toolkit. Eerst lezen waarom digitale duurzaamheid belangrijk is? En wat je er zelf aan hebt én vandaag al aan kunt doen? Bekijk de pagina over duurzaam digitaal werken
Wat vind je in de toolkit?
Je krijgt een kant-en-klare PowerPoint in Rijkshuisstijl. Vol oefeningen en inspiratie. Deze presentatie kun je gebruiken om het onderwerp aan te kaarten én om met je team in gesprek te gaan over duurzaam digitaal werken.
Wanneer plan je de sessie? Hoe zorg je dat iedereen meedoet? De instructies geven tips en helpen je met een goede voorbereiding. Zo weet je precies wat je kunt doen!
We hebben een paar stellingen op een rij gezet. Die helpen je om het gesprek op gang te brengen. Wat vinden jullie belangrijk? En waarmee willen jullie misschien morgen al stoppen?
Maak samen afspraken en schrijf ze op in het mini-fest. Hang het op in jullie ruimte, zodat niemand de afspraken vergeet.
Houd het onderwerp levend
Duurzaam digitaal werken is geen eenmalige actie, maar iets wat je samen volhoudt. Door er regelmatig bij stil te staan en het onderwerp op de agenda te zetten, blijft iedereen betrokken. Zo wordt het steeds makkelijker om bewust te blijven kiezen. Hoe? Maak na het geven van de workshop afspraken met elkaar over wanneer je terugblikt. Gebruik bijvoorbeeld van ieder teamoverleg 5 minuten om met elkaar in te checken. En informeer nieuwe collega’s over het onderwerp. Met elkaar ben je verantwoordelijk om de nieuwe werkwijze toe te passen en er samen voor te gaan!
RADIO Webinar: Ruim je digitale rommel op

In het webinar 'Ruim je digitale rommel op' wordt uitgelegd welke milieu-impact het digitale werken bij de rijksoverheid heeft. Ook krijg je praktische tips om je digitale energieverbruik te verminderen. Minder digitaal archief is niet alleen goed voor het milieu, het helpt je ook nog eens om meer grip op je informatie te krijgen. Bewust IT-gebruik past bij digitale hygiëne.
(STILTE)
Beeldtekst: Ruim je digitale rommel op!
LYKLE DE VRIES: Welkom bij het webinar 'Ruim je digitale rommel op'. Mijn naam is Lykle de Vries en ik zit hier namens RADIO, de RijksAcademie voor Digitalisering en Informatisering Overheid. We gaan het hebben over je digitale rommel opruimen in het kader van de Maand van de Digitale Fitheid. We zitten al in de derde week van deze editie. Dus je hebt nog een dag of tien te gaan om nog wat meer te besteden aan je eigen digitale fitheid. We hopen dat je in het komende uur heel veel opsteekt van de zaken waarvan je misschien niet doorhad dat die ook horen bij het gebruik van digitale middelen, namelijk de rol die het maakt en de energie die het op allerlei manieren kost. Dat ga ik jullie niet vertellen. Daarvoor hebben we mensen in de studio. Rachel Kuijlenburg, fijn dat je er bent. Jij gaat ons straks meenemen in de achterkant van de digitale wereld. Maar dat doe je niet alleen, want je hebt Rafael Tortosa Jiménez ook meegenomen. Jij doet onderzoek. Dat haakt mooi in elkaar, dus daar komen we straks op terug. De huisregels voor jullie, lieve kijkers online, zijn heel simpel. Je hebt een chat tot je beschikking waarin je al je vragen kunt stellen. Online zijn mijn collega's Willow, Ronald, Sagita en Marie-Louise beschikbaar om jullie te helpen. De mooiste vragen worden door hen aan ons doorgegeven. Die kan ik hier te lezen krijgen en kunnen we bespreken. Afgelopen zaterdag 16 maart was het weer Digital Cleanup Day, een dag waarop wereldwijd steeds meer mensen hun digitale rommel opruimen. Een soort van voorjaarsschoonmaak, maar dan in de online wereld. Het wordt ieder jaar populairder.
Waarom doen we dat eigenlijk, Rachel? Waarom vinden we dat belangrijk?
RACHEL KUIJLENBURG: Tot vorig jaar had ik helemaal geen idee dat digitale rommel een probleem was. Maar als je ziet wat we met elkaar produceren aan afval op het internet, of eigenlijk niet eens internet, maar door de hele IT, dan moeten we echt achter onze oren krabben en zeggen: ‘We hebben nu nog tijd om in te grijpen, maar als we niks doen, dan rijzen de afvalberg, de databerg en onze CO2-consumptie de pan uit.’
LYKLE: Want van een digitale afvalberg kan ik me voorstellen dat mensen denken: ‘Nou en? Het zijn bits en bytes en die nemen fysiek niet zo veel ruimte in.' Maar dat wordt gefaciliteerd door systemen die wel bestaan uit apparatuur die stroom opnemen en dergelijke. Neem ons mee. Welk probleem hebben we eigenlijk?
RACHEL: We hebben hele grote problemen, maar eerst even de eerste poll. Dit is eigenlijk het eerste probleem dat we hebben: de hardware. Data, wat je terecht zegt, zien we niet, voelen we niet, is niet tastbaar. Je denkt: Ik maak gezellig een foto of ik stuur een e-mail, het gaat door het universum en het komt ergens. Maar om dat te faciliteren hebben we datacenters, we hebben leidingen, kabels, satellieten nodig, we hebben mobiele telefoons nodig, iPads, computers. Dus er zit echt een hele wereld achter van dingen die eigenlijk heel veel grondstoffen vragen.
LYKLE: Kijkers, hebben jullie een idee hoeveel apparaten we weggooiden in Nederland in 2022? Waren dat er 20, 50 of 70 miljoen. We zijn met 18 miljoen inwoners in Nederland. Rafael, heb jij het afgelopen jaar een apparaat weggegooid?
RAFAEL TORTOSA JIMÉNEZ: Ja, een telefoon. Ik heb nu m'n derde iPhone. Om de twee jaar moet je een nieuwe, want we hebben allemaal een abonnement, en na twee jaar mag je verlengen, dus dan ga je een nieuwe nemen. Inmiddels heb ik m'n 3e generatie. Dus dan heb ik die laatste en denk ik: Daar ga ik toch niks meer mee doen. Die heb ik weggedaan.
LYKLE: In de prullenbak gegooid of iets anders?
RAFAEL: Ik heb 'm wel weggebracht naar een winkel, want die kunnen de onderdelen nog hergebruiken.
LYKLE: Dat lijkt me de beste plek, want dan hoop je dat die in een recyclestroom terechtkomt. Afhankelijk van de winkel is dat beter of slechter geregeld. Interessant dat je het benoemt met dat abonnementensysteem, want je kunt best langer doen dan twee jaar met een telefoon, toch?
RAFAEL: Dat is zeker waar. Ik probeer me er steeds bewuster van te worden. Maar ik merk toch stiekem dat ik meega met de trends. Vooral camera vind ik bijvoorbeeld heel erg belangrijk. Je ziet dan toch weer dat de nieuwste iPhone de beste camera heeft. Dan denk ik: ‘Ik vind het heel leuk om foto's te schieten, dus dat gaat voor.’ Eigenlijk kan je het beter niet doen, maar toch merk ik dat ik te vaak verleid wordt om wel mee te gaan met de trend.
LYKLE: Alles begint met bewustwording en daar gaat deze vraag over. De meeste mensen zeggen: Er zijn 50 miljoen devices weggegooid in 2022. De minderheid zegt antwoord a, en op de tweede plaats antwoord c, 70 miljoen. In welke ordegrootte moeten we denken?
RACHEL: Rond de 50 miljoen. Maar de snelheid waarmee we consumeren, dat zal de komende jaren meer worden in Nederland dan 50 miljoen. Het is niet alleen je mobiele telefoon en je iPad, maar in huis heb je ook een kastje van je tv-aanbieder, je hebt routers, wifi-koppen. Dus dat zit ook allemaal bij die devices. En als ik nog even mag inhaken op Rafael. Een van de uitdagingen is dat we enorm verleid worden om constant maar die apparaten te vernieuwen, terwijl apparaten eigenlijk nog langer meekunnen. Daar zit ook weer een heel verhaal achter, want als de software uitrolt, dan word je bijna gedwongen door leveranciers om naar een nieuw device over te gaan. Maar we gooien echt te veel weg. Grote zorg.
LYKLE: Grote zorg. Laten we verdergaan, de duim dieper in de wond doen.
RACHEL: Om te weten wat nou het echte probleem is, ik heb deze poll ook bewust meegenomen. Heel veel van onze devices... Een groot aantal wordt in Nederland bij een aantal bedrijven geprobeerd te refurbishen of toch te recyclen. Maar een heel groot gedeelte van de afvalberg komt in Afrika.
LYKLE: Die gooien we letterlijk van ons af naar andere kant van de planeet?
RACHEL: Net zoals wat er bij kleding gebeurt. Er liggen enorme kledingbergen in Afrika, maar ook onze hardware, onze devices belanden in Afrika. Dat gebeurt niet zo netjes als bij de bedrijven die wij in Nederland hebben. Daar zit echt hele andere wet- en regelgeving. Ik heb daar zo meteen ook een foto van, dat je grote bergen met devices ziet, waar mensen en ook heel vaak kleine kinderen tussen wroeten, urban mining, om nog delen van waarde te vinden.
In beeld verschijnt een poll: Hoeveel stuks afgedankte hardware belanden wekelijks op de Ghanese afvalberg? a, 1 miljoen; b, 5 miljoen; c, 10 miljoen; of d, 20 miljoen.
LYKLE: De mensen online zijn al begonnen met het beantwoorden van deze poll. 45 procent zegt antwoord d, 20 miljoen devices komen wekelijks op die Ghanese afvalberg. En antwoord c is nummer twee met 34 procent.
RACHEL: Het overgrote deel heeft het gelukkig goed, want het is 20 miljoen per week. Dus als je ziet... Dat moet er ook naartoe vervoerd worden. Dat kost ook allemaal dieselolie of hoe het daar ook komt. Maar dat ligt daar en het landt overal en nergens, maar niet op de juiste plaats.
LYKLE: Het is echt zonde dat het daar dan ligt en niet nog een keer ingezet kan worden.
RACHEL: Ik heb ook een plaatje meegenomen. Dit is eigenlijk wat je dan ziet in Afrika. Op het rechterplaatje zie je die enorme afvalbergen met devices. Dat is de ene kant van het probleem. De andere kant, het linkerplaatje, zijn eigenlijk al die grondstoffen, die we vooral uit Afrika en China halen, maar in Afrika zijn de arbeids- omstandigheden heel verdrietig. Mensen verdienen eigenlijk bijna niks, moeten het met hun handen doen, levensgevaarlijk, worden aan grondstoffen blootgesteld. Dus van die devices moeten we de levensduur verlengen. Rafael, sorry, met deze mobiele telefoon moet je minimaal zes jaar gaan doen.
LYKLE: Dat wordt een uitdaging, helemaal omdat je een contract hebt en het financieel ook pijn kan doen. Maar het is mogelijk, want je kunt heel goed een refurbished telefoon krijgen. En je kunt best een tijd met software nog toe op oudere devices.
RACHEL: Dat kan, maar dat is wel een van de uitdagingen die ik in m'n werk op het ogenblik meeneem. Trap op groene software. Die software is niet alleen heel energiezuinig, maar software wordt ook zo gemaakt dat je device niet op een gegeven moment onbruikbaar is. Toevallig had mijn zusje een hele oude iPad, ik geloof dat ze daar bijna negen jaar mee heeft gedaan. Die iPad werd niet meer ondersteund door de software. Die iPad was verder goed, want ze is er altijd zuinig op geweest, maar ze moest een nieuwe kopen. Dat is superverdrietig. Op zich is het goed dat de onderdelen gerecycled worden, maar je krijgt altijd waardeverlies van grondstoffen op het moment dat het naar een volgende schakel in de keten gaat. Zolang mogelijk met je apparaten doen, zoals we vroeger 30 jaar met de wasmachine deden, ook dat is essentieel voor devices.
LYKLE: Net als de gloeilamp die al meer dan 100 jaar brandt. Daar zitten nog hele verhalen omheen over bedrijven die daar bewust op inzetten om eerder tot vervanging te komen, want dan hebben ze meer omzet. Je hebt op dit plaatje ook de Sustainable Development Goals staan. Die proberen hier wat actie op mogelijk te maken. Organisaties kunnen die doelen omarmen. Wat staat ons te doen?
RACHEL: Waarom ik ze heb meegenomen, is dat... Ik kom bij een hogeschool vandaan, heb er lang les over gegeven en dan denk je toch dat het niet erg tastbaar is. Wat doe je met die doelen? Maar als je die doelen vastknoopt aan dit soort ongelooflijk treurige situaties in de wereld, zie je bijvoorbeeld… Ik heb SDG 8 en 12 meegenomen, over de arbeidsomstandigheden. Maar ook over klimaat, hergebruik. Dus je kan als organisatie... Alle 17 adopteren is heel ambitieus. Je zou het wel moeten. Maar start met twee, drie of vijf. En vandaaruit praktisch maken: wat kunnen we bij mijn organisatie doen? Dan kan je heel goed kijken, dat doet het Rijk ook, naar andere constructen voor het inkopen van onze hardware. Daar zit op het ogenblik een leasecontract op, zodat ook die leverancier gedwongen wordt om die apparatuur zo lang mogelijk mee te laten gaan. Dus SDG's: het is hoogover, maar juist daarom is het zo goed om ze mee te nemen, omdat je ze echt ook heel makkelijk praktisch kan maken.
LYKLE: En, dat kwartje valt nu bij mij, voor iedereen die zegt: 'We zijn een kennisorganisatie. We hebben geen fysieke stromen waar we hard op kunnen ingrijpen.'
Dat is bij dezen dus duidelijk bewezen onwaar, want juist die digitale wereld kent net zo goed z'n vertakkingen in al deze SDG's en in alle negatieve gevolgen voor de wereld.
RACHEL: Absoluut. Ik werk voor Logius binnen BZK en SDG 16 is het hart van mijn ambitie voor duurzaamheid, omdat het ook echt start met een veilige, goede publieke organisatie. Een samenleving gebaseerd op waarde en democratie is het startpunt, want als dat goed is, voorkom je ook armoede. Dus het is onze plicht om vanuit SDG 16 andere doelen te pakken en hier actielijnen op te maken. Niet van 'blijven praten', maar 'wat gaan we doen?' Dan is zo'n contract over de hardware binnen het Rijk een mooi voorbeeld.
LYKLE: Dan geef je daar mooi uiting aan. Rafael, komen SDG's bij jullie in de opleiding al aan de orde?
RAFAEL: Ik moet zeggen: Eigenlijk best weinig. We leren meer de basisprincipes van onderzoek doen, wetenschap, maar hoe je dat kan toepassen op een duurzamere manier komt vrij weinig. Ik denk dat er organisatiebreed wel dingen spelen. Maar het bericht komt niet echt bij ons terecht, in ieder geval niet bij mij.
LYKLE: Nog niet, maar mogelijk dat dat op lange termijn meer op elkaar in werkt.
RACHEL: Ja, maar als Rafael bij ons weggaat, weet hij alles van SDG's.
LYKLE: Een ambassadeur, precies. Fijn dat je hier bent. (GELACH)
RACHEL: Om nog even wat verder stil te staan. Kijkers thuis lezen ook niet alles, dat kun je later ook weer nalezen, maar als je kijkt binnen Europa, zo'n getal van 73 miljoen ton e-waste, wereldwijd is dat, wij hebben als Europa 12 miljoen ton. Dan denk ik: Dat moeten we op Europees niveau, binnen Nederland, maar iedereen heeft hier ook z'n eigen verantwoordelijkheid in. Je vroeg hoe groot het probleem is. Het probleem is groot, want de voetprint van de IT is vele malen groter dan de voetprint van de wereldwijde luchtvaart. Het energieverbruik van datacenters is ongeveer 3 procent. Maar pak je de hele IT bij elkaar, dan is het 10 tot 14 procent. De luchtvaart is slechts 3 procent. Dat wil niet zeggen dat mensen moeten gaan vliegen. Maar als je data zo bij elkaar zet, met 48 miljard apparaten verbonden met het internet, hebben we een uitdaging.
LYKLE: Dat aantal gaat niet snel kleiner worden, eerder exponentieel toenemen.
RACHEL: Absoluut, want er zijn delen van de wereld waar mensen meer geld gaan verdienen en ook de geneugten van het internet willen, want het is een groot goed. De IT heeft wereldwijd de samenleving heel veel gebracht. Dus het is niet dat ik mordicus tegen IT ben, maar ik denk wel dat het onze plicht is om zuinig of verantwoord om te gaan met IT.
LYKLE: Dan zit je als Rijksoverheid in een positie om het voorbeeld te geven.
RACHEL: We zitten hier voor hoe je je digitale rotzooi op kan ruimen. Aan de ene kant is dat de hardware waar je zuinig op moet zijn. Maar goed, het andere vraagstuk is al die data die we met elkaar verzamelen.
LYKLE: De e-mails, de documenten op de server.
RACHEL: Je foto's, je filmpjes, je Instagram, je Facebook. Mensen die mij een beetje kennen weten dat ik enthousiast ben over LinkedIn. Ook daar ben ik me echt wel bewust dat elke keer als ik iets post... Een e-mail staat voor 4 gram CO2. Op zich niet erg als ik één e-mail per jaar zou sturen. Maar we hebben 450 miljoen Europeanen die allemaal heel enthousiast van alles en nog wat doen. Dan komt die voetprint, door die data, in één keer omhoog.
LYKLE: Je hebt het in dit overzicht over 320 biljoen e-mails dagelijks. Dat zijn echt onvoorstelbare aantallen. Dan gaat het alleen over e-mails. Dan hebben we het nog niet over WhatsApp-, Signal- en Teams-berichten. Maar je kunt er gevoegelijk vanuit gaan dat alles wat je aan berichten verstuurt energie kost en dus tot CO2-uitstoot leidt.
RACHEL: Dat klopt. Die enorme hoeveelheid data die we de hele dag met elkaar delen... Er staat hier ook dat 99 procent van alle data die op dit moment opgeslagen staat van de laatste tien jaar is. Dus sinds 2014 zijn we met z'n allen als een malle data aan het delen en aan het verzamelen als een stelletje hamsters. Dat is pas van tien jaar, dus als ik de komende twintig jaar vooruitkijk, denk ik: Hoe moet het dan als we dit exponentieel zo blijven doen?
LYKLE: Er komen nog wat mooie vragen binnen. Bijvoorbeeld over de opmerking die je maakte over het leasecontract. Hoe krijg je leveranciers dan zo ver? Wat voor verplichtingen staan er in dat contract, zodat we langer met de apparatuur kunnen doen? Kun je daar voorbeelden van geven?
RACHEL: Ik ken iemand die bij SSC-ICT werkt van het Rijk en die mede heeft onderhandeld over dit contract. Ik weet een beetje hoogover, de vele ins en outs ken ik niet. Maar als iemand dat wil, kan ik die verbinden aan het SSC-ICT. Daarin staat dat als je het leaset... De leverancier heeft veel meer baat bij dat een apparaat zo lang mogelijk meegaat, daar wordt die ook voor betaald, in plaats van dat je elke twee jaar verplicht een nieuw apparaat krijgt.
LYKLE: Dus waarschijnlijk grijpt het leasecontract dan een beetje in op het meer gebruikelijke verdienmodel van de leverancier, namelijk zo vaak mogelijk een nieuw product.
RACHEL: Dat is ook wel de transitie. Als je zegt: 'Ik wil naar duurzame ICT, dataverzameling en hardware…' moet je ook wel nadenken van dat die leverancier geld wil verdienen. En als je minder afneemt, wordt zijn verdienmodel anders. Dus je zal ook als samenleving echt met elkaar moeten nadenken van: welke andere duurzame verdienmodellen van 'ik gun jou iets om te verdienen en ik gun de wereld om het heel duurzaam te hebben en dat de burger de beste prijs betaalt…’ Daarin zullen we, en dat gebeurt al, nog sneller moeten nadenken van: hoe kunnen we dit voor iedereen economisch zo gunstig mogelijk organiseren?
LYKLE: Ik kan me voorstellen dat je niet alleen afspraken maakt over prijs, maar dat je bijvoorbeeld ook calculaties maakt over energieverbruik, materiaal terugwinnen, dergelijke. Dat je daar ook targets aan verbindt die bepalen of het contract succesvol is.
RACHEL: Mijn achtergrond is facilitair management. Toevallig zitten we hier op de Zuidas en PwC, hiernaast, heeft daar fors mee geëxperimenteerd. Ze noemen dat 'commercial modelling', dus dat je zorgt dat als die leverancier duurzamer, dus ook minder, doet, beloond wordt voor z'n goede gedrag. Dat is een ander soort denken.
LYKLE: Je noemde net snel even SDG 16. Dat is jouw persoonlijke drijfveer. Wat is de titel daarvan?
RACHEL: Dat is even ingewikkeld. Het gaat over een publieke, veilige samenleving. Met dat vogeltje zittend, de duif.
LYKLE: Dat is precies de plek waar overheidsdiensten hun rol kunnen nemen.
RACHEL: Nogmaals, ik werk bij Logius. Wij zijn van MijnOverheid, DigiD, de Berichtenbox. Wij zijn echt het hart van de digitale dienstverlening van het Rijk, wat superbelangrijk is. Ik ben ook niet bij Logius aan het zeggen: ‘We mogen niet meer digitaal doen’. Juist die digitale snelweg, goed communiceren met de burger, is ontzettend essentieel. Alleen de wijze waarop we dat organiseren, dat is de uitdaging. Hoe kunnen we dat zo duurzaam mogelijk doen? Dus dat je niet de burger overspoelt met heel veel data in die Berichtenbox. Maar dat we zorgen dat, als we dat delen, ook op een zo duurzaam mogelijke wijze wordt opgeslagen. Een van de discussies die ik heb: moet je die dingen weggooien? En als ik naar m'n eigen Berichtenbox kijk, toevallig van de week, dacht ik: ‘Oh, Rachel. Je moet opruimen.’ Ik geloof dat ik terugging tot 2015 met berichten in mijn Berichtenbox. Ik heb ze allemaal nu naar het archief gezet, omdat het dan op een andere plek komt en minder dataopslag vraagt.
LYKLE: Daar kan wat spanning op zitten. Het kan heel fijn voelen om een mailtje in je archief te zetten, zodat je het snel terugvindt als je later een vraag krijgt. Maar daarvoor moet het ook snel beschikbaar zijn. Dan is het in een andere infrastructuur die een ander energieprofiel heeft dan wanneer je zegt: 'Dit gaat naar mijn archief.' Net als je in eigen huis. Het ligt in de kamer, in de kast, bij de hand of ergens op zolder. Voor dat laatste moet je zelf meer energie verstoken om het te vinden. Maar het hindert je minder in de dagelijkse praktijk van je woonkamer.
RACHEL: Hele goede vergelijking. Wat je niet ziet, is wat er in een datacenter gebeurt.
Je hebt 'hot storage', dat je het realtime in luttele milliseconden kan vinden. Uiteindelijk wil je dat wat je niet gebruikt op 'cold storage'. En misschien moeten we ook delen weer ouderwets op tape zetten, wat we echt niet gebruiken. Een van de schokkende feitjes is dat 90 procent van alle data na drie maanden niet meer aangeraakt wordt.
LYKLE (GESCHOKT): 90 procent?
RACHEL: 90 procent, zegt onderzoek. Dat is heel zorgelijk. Ik ben in een datacenter geweest, dat is een andere wereld met snoertjes, warmte, lichtjes, belletjes, geruis.
De hele dag staat dat maar te draaien, omdat we er elk moment bij willen komen.
LYKLE: Een mooie uitdaging voor chief data officers. Niet alleen de kwaliteit van data, maar überhaupt de beschikbaarheid en het afdanken van data.
RACHEL: Ik vind dat we daar als Rijksoverheid goed over moeten nadenken. Het is hartstikke fijn dat je 365 dagen per jaar je belastingen kan indienen. Dus ook op eerste kerstdag om 3 uur 's nachts. Het is fantastisch. De vraag is: hoe zit de infrastructuur erachter? Moet je altijd inkopen op de Digistorm, dat iedereen de hele dag bij de Belastingdienst komt, of moeten we toch weer zeggen: in het kader van duurzaamheid moeten we dat misschien wat afschalen en het op een andere manier organiseren. Maar dat is aan de politiek, niet aan deze coördinator Duurzaamheid.
LYKLE (LACHEND): Precies. Laten we eens even kijken. We zijn mooi door de vragen heen. Wat komt er nu?
RACHEL: Een ander hoofdpijndossier: video's.
LYKLE: Online video's.
RACHEL: Ik heb twee dochters van begin 20 die Netflix, HBO, ze hebben ze allemaal. En die zitten de hele dag maar lekker video's te streamen. Als moeder zeg je dan: 'Denk om je ogen', maar dat is heel ouderwets. Maar de impact van die video's is immens.
LYKLE: Wij doen er ook hard aan mee. We hebben een live webinar. Straks kun je dit ook terugkijken, omdat video heel goed werkt. Dus het is betekenisvol, maar het kost ook wat. Wat zien we hier uitgesplitst?
In beeld verschijnt een cirkeldiagram met de tekst ‘Gebruik: de grootste impact komt van video’s.’ 60% online video, 20% other video, 20% all non-video uses. 34% video on demand, 27% pornography, 21% tubes, 18% others.
RACHEL: Dit is vorige week ook gedeeld in een webinar. Die online video's zijn 60 procent van onze voetprint. Dan zie je inderdaad 'video on demand'. De vraag hierbij is eigenlijk... Pornografie, YouTube, 'others'. Het is heel makkelijk om de hele dag te denken: Ik ga een filmpje opzoeken. Het lijkt ook allemaal gratis. Maar is dit nou echt de 'true price' die je voor je Netflix-abonnement betaalt? Alle kosten voor het milieu, zitten die ook in dat abonnement? Een van de dingen waar ik groot voorstander van ben, hoewel het ook weer heel ingewikkeld is te berekenen... Eigenlijk zou de prijs van Netflix, net als van het vliegverkeer, omhoog moeten om al die milieukosten te kunnen dekken. Het is te goedkoop, laten we dat vooropstellen.
LYKLE: Er komen mooie reacties in de chat. Han schrijft: 'Als ik privé iets inkoop, kies ik het duurste als dat het beste is voor het milieu.' Dat is een beslissing die je voor jezelf goed kan nemen. Jij (Rafael) zit daar misschien anders in. Ik weet niet hoe het voor studenten is in deze tijd...
RAFAEL: Ik denk dat ik op dit moment nog echt wel in de basics zit als in dat ik bewust probeer te zijn met m'n boodschappen. Maar dit gaat wel weer een level hoger. Ik heb pas eigenlijk sinds drie maanden affiniteit met dit onderwerp gekregen. Je merkt voor mijn generatie dat we de basis van duurzaamheid weten, dat we ook steeds meer op jongere leeftijd proberen er duurzaam mee om te gaan, maar dat we ook heel veel waarde hechten aan onze luxe, onze gewoontes. Het wordt steeds belangrijker in deze maatschappij dat je meegaat met de rest. Dan word je toch elke keer wel weer verleid om dingen te doen die niet per se altijd duurzaam zijn.
RACHEL: Kijk naar je mobiele telefoon. Je abonnement loopt af en het lijkt alsof die telefoon gratis is. En als je per maand 20 euro betaalt, lijkt het alsof het betaalbaar is. Maar ik geloof dat als je een iPhone nieuw koopt, dat je richting de 700 à 800 euro gaat. Dan praat je over andere getallen. Ik ben benieuwd als dit 'verboden' zou worden, dat gebeurt natuurlijk niet, en je moet in één keer een paar honderd euro neerleggen, koop je dan nog steeds je iPhone of ga je er netjes voor sparen?
LYKLE: Mooie vragen over het archiveren. Marjon vraagt zich af: ‘Hoe verhoudt zich dat met de regels dat een overheid moet bewaren wat ze allemaal opschrijft? Waar leg je die grens?’ Iemand zegt ook: ‘Heeft de overheid niet een te sterk beeld dat we data niet mogen weggooien?’ De sms'jes van Rutte waar we allemaal boos over werden.
RACHEL: Ik loop dan een beetje vooruit op wat we zo meteen gaan bespreken over 'Digital Cleanup'. Dit is waar ik dagelijks over praat en meediscussieer. We hebben heel veel wetgeving over bewaren. Laten we even teruggaan naar MijnOverheid-box. Alles wat erin staat, wordt tot in de eeuwigheid bewaard. Dat is nu de bedoeling. Dat is de wetgeving. Daar zitten ook wel goede gedachten achter, dat je dingen terug kan vinden. Maar we kunnen niet alles bewaren, net als in je huis. Dus ik denk ook dat dit een oproep is aan beleidsmakers, de politiek, dat gebeurt ook binnen het CIO-Rijk en binnen de andere CIO's, dat we ons echt moeten bezinnen wat noodzakelijk is om te bewaren en wat niet. Wat blijkt als je je e-mailbox leegt als ambtenaar, denk je 'lekker opgeruimd staat netjes'. Nee, die worden op dit moment ergens anders geplaatst en ik geloof 15 jaar bewaard, in het kader van de sms'jes van Rutte. Als ik mail, denk ik bij heel veel mails: ‘Het gaat niet over een bonnetjesaffaire of over een filmrolletje.’ Dat we daar met elkaar terug naar de tekentafel moeten hoe we dit met elkaar gaan oplossen.
LYKLE: Die dingen weet je ook vaak pas achteraf. Erwin Meuleman maakt nog een mooie opmerking. 'Video's van de overheid worden heel vaak als één grote download aangeboden, terwijl die streamingsdiensten het per pakketje aanbieden.' Dus dan begin je met kijken, maar na 2 procent, als je de video niet uitkijkt, wordt de rest niet over de lijn gegooid. Dat is wel weer een minder belastende manier van het uitserveren van video.
RACHEL: Voor die streamingsdiensten is het een verdienmodel. Alles wat te veel geld kost, hebben ze instrumenten voor om dat slimmer te doen. Maar die slimmigheid moeten we veel harder aanjagen.
LYKLE: Precies. Als daar de true pricing ook in zou komen, worden ze daar nog scherper op en kunnen en moeten wij als overheid dat ook zijn.
RACHEL: Dat is ook wel een van de dingen waar ik dagelijks gas op probeer te geven. Om de true price van een applicatie, als ik weer terugkom bij MijnOverheid... Ik ben heel erg benieuwd... Ik heb nog een aantal stagiaires rondlopen die dat voor mij nu aan het uitzoeken zijn. We betalen nu een bepaalde prijs voor MijnOverheid, maar wat is de echte prijs als je alle kosten meeneemt, ook de milieukosten? Hoe gaan we dat dan beprijzen?
LYKLE: Dat betekent als je je afvraagt #HoeDan, het handelingsperspectief voor de individuele ambtenaar kan zijn: 'Misschien ga ik m'n best doen om minder berichtjes op een dag te versturen. Dan heb ik in ieder geval al wat minder zoveel keer 4 gram CO2-uitstoot.'
RACHEL: Dat is wel een van de projecten waar ik me nu mee bezig hou. Dat komt ook voort uit de duurzame cao waar twee collega's van Logius in hebben gezeten en waar Rafael ook op is aangehaakt. Een van de vragen is: hoe gaan we dit nou anders organiseren? Dat we elkaar niet de hele dag gekmaken met e-mail. Het is ook niet goed voor je digitale fitheid om de hele dag plingetjes te krijgen van: Er staat weer mail voor u open. Maar we zullen ambtenaren moeten leren om op een andere manier digitaal met elkaar samen te werken. Niet alleen voor je eigen fitheid, maar ook vanuit milieuperspectief.
LYKLE: (NAAM) reageert trouwens nog: ‘Als je wil weten wat er bewaard moet worden en wat niet en hoe lang, dan kun je contact opnemen met het team DIV-bewaartermijnen.
RACHEL: Die kennen we ook binnen Logius gelukkig. Maar je ziet dan ook weer wat tegenwerkingen. De privacywetgeving is weer anders dan de Woo, Wet open overheid. Dingen zijn niet heel congruent. Gelukkig zitten er ontzettend veel goede collega's die zich met DIV, documentaire informatievoorziening, bezighouden. Desalniettemin, we bewaren te veel.
LYKLE: 'Kun je beter telefoneren dan mailen?', vraagt Carolien.
RACHEL: Dat is een hele goede vraag. Ik denk vanuit persoonlijk contact leggen dat telefoneren vaak sneller dingen oplost, omdat mailtjes over en weer gaan. Maar het is een goede vraag. Dat kan ik uitzoeken, wat slimmer is.
LYKLE: Als het een hele e-mailwisseling uitspaart, is het sowieso effectiever.
RACHEL: Ja, ik denk dat je sneller een antwoord met elkaar hebt. Nogmaals, ik werk pas sinds tien maanden binnen het Rijk. De e-mailcultuur heeft me wel verrast. Stukken gaan over en weer naar tien mensen toe. Dan weet je dat als je dat naar een aantal mensen stuurt, dat die die bijlage allemaal zelf gaan bewaren. Een gemiddelde bijlage, daar is vorig jaar wel wat onderzoek naar gedaan, staat minimaal op vijf plekken bewaard, hetzelfde document.
LYKLE: En wat je net zei, die gaan dus ook mee in de archivering van de e-mailboxen.
RACHEL: Maal vijf.
LYKLE: Oké, we krijgen een beeld. Er zijn dus veel verschillende aspecten aan digitale duurzaamheid.
RACHEL: Ja, het gaat over CO2, over hardware, over hoe we al die data met elkaar delen. Datacenters is ook wel een vraagstuk. Nu is het wel zo dat als je praat over Digital Cleanup of over de digitale voetprint van de IT, dat we heel snel komen bij dat datacenter. Nou moet ik zeggen dat de meeste datacenters vrij groen zijn. Die gebruiken vrij veel groene energie. Maar als dat datacenter alle groene energie gebruikt, wat blijft er dan over voor de rest? Als je bedenkt dat er in China nu een datacenter staat van tien miljoen vierkante meter groot. En onze honger naar data wordt alleen maar groter, dus er moeten meer datacenters bijkomen. Nogmaals, datacenters doen het eigenlijk heel groen. Maar een datacenter is ook gevuld met hardware, wat zo snel uitloopt. Dus het gaat over datacenters en uiteindelijk over de vraag: hoe gaan we nou slim met elkaar, in die technologie die we hebben, en we hebben helemaal nog niet over AI of over 'machine learning' gesproken, hoe gaan we dit dan doen?
LYKLE: Vertel het ons.
RACHEL: Volgens mij hebben we hierna... Even kijken of deze het wil doen.
LYKLE: Inkoop kwam al ter sprake.
In beeld verschijnt een poll: Hoeveel producten en diensten kocht de Nederlandse overheid in 2019? a, 52 miljard; b, 75 miljard; c, 86 miljard; d, 105 miljard.
RACHEL: De Nederlandse overheid kan hier een bijdrage aan doen. Vandaar dat ik deze vraag heb meegebracht. Ik hoop dat de meeste ambtenaren weten voor hoeveel de overheid inkoopt per jaar. Dit is een cijfer uit 2019.
LYKLE: Dan mag je wat verder terug. Waarschijnlijk zitten we in 2024 op een veel grotere inkoop al.
RACHEL: We kopen graag in.
LYKLE: Het meest gekozen antwoord is c, 86 miljard.
RACHEL: Wat zijn we goed op de hoogte van wat er binnen het Rijk gebeurt. Dat was toen 86 miljard euro. En het Rijk koopt op het ogenblik rond de 6 miljard euro aan IT in. Dus we hebben met onze inkoopkracht goede mogelijkheden om met de markt in gesprek te gaan om veel duurzamer IT in te kopen. Dus we hebben heel veel handelingsperspectief.
LYKLE: Ik ben iets aan het lezen, maar daar kom ik later op terug. Ga jij vooral verder.
RACHEL: Als je kijkt naar de doelstellingen vanuit Rijksoverheid, we hebben al de SDG's gehad, de Klimaatwet, is dat onze doelstelling is om te zorgen dat we in 2050 circulair zijn. Dat we geen nieuwe grondstoffen uit de aarde, Afrika of waar dan ook, weghalen, maar dat we dat circulair maken. Een van de tools die ik heel handig vind, is de Ladder van Lansink. Meneer Lansink, die dat in de jaren 70 heeft gedaan, heeft een model bedacht. Hier zijn de zeven stappen. Je hebt ook tien stappen. Ze staan ook in dat linkermodel van Ellen MacArthur. Dat je zegt: Het eerste wat wij moeten doen binnen het Rijk is nadenken: willen we dit kopen? Het beste voor het milieu is 'refuse', niet kopen. Nou kan dat natuurlijk niet. We willen met elkaar natuurlijk wel digitaal communiceren. Dan zal je echt moeten nadenken: kunnen we het verslimmen en reduceren? Dus weer de levensloop verlengen van hardware of nadenken: moet die data van A naar B? Daar moeten we ons de vraag over stellen. Dat kan via de inkoop. Maar inkoop is ook maar een schakel in het hele proces. Dus beleidsmakers, dat is ook mijn oproep hier: zorg dat je die zeven stappen van het r-model hebt en dat bij elk beleid dat je gaat maken, je denkt: 'Refuse, rethink, reduce.' En ook een hele belangrijke: Reuse. Dat kan ook met data.
LYKLE: Dan ergens later is nog een keer 'Recycle'?
RACHEL: Recycle is altijd in alles het minste wat je wil, want recyclen, dan gaat het weer technisch naar de waarde van een product en data... Elke keer dat je er meer energie in moet steken, daalt de waarde van het product. Tenzij je een Vincent van Gogh bent. Mooi schilderij, daar gaat de waarde altijd omhoog. Maar als je een iPhone of iPad recyclet, moet er heel veel energie in gestoken worden om het uit elkaar te halen, er een nieuw product van te maken. Daar hebben we de kracht voor binnen het Rijk.
LYKLE: Ik ben gefascineerd door de creativiteit in de chat. Ik ga ze niet allemaal doen, ik ga er een paar uit halen. Er kwam bijvoorbeeld een vraag voorbij: kun je wat specifieker zijn over de verschillen tussen een e-mail, een chatbericht of telefoneren? Als alles dan energie kost, wat is dan het minst belastend? Ik parafraseer een beetje, maar dat is een vraag. Moeten we ook niet dat archiveren veel meer benadrukken in de organisatie? Want eigenlijk ben je dan slimmer aan het werken. Organisaties doen toch ook al hun best om hun CO2-voetprint te verlagen door meer groene energie in te kopen. Er wordt op heel veel verschillende niveaus van abstractie gereageerd met vragen. En terecht, want iedereen heeft z'n eigen handelingsperspectief of z'n eigen aandachtsgebieden. Jij zei net: 'Bij m'n boodschappen probeer ik het al wel te doen, maar van die digitale wereld begin ik me nu pas bewust te worden.'
RAFAEL: Ik had toevallig laatst een interessant gesprek met iemand en die zei: De kern zit in preventie. Een stukje awareness van hoe je die preventie kan implementeren. Het verschil tussen een e-mail versturen of via SharePoint iets delen, maakt al een verschil. Op SharePoint kan je in één keer iets uploaden met bestanden en daar kan in principe iedereen bij. Uiteindelijk wil je ook richting beleid of handelingsperspectief dat er op SharePoint alle data komt, berichten, e-mails, dat soort dingen, en vooral met die bijlage, want die schijnt het meeste energie te trekken.
LYKLE: Dat voorbeeld gaf je net, dus dat lijkt evident houtsnijden. Maar, zegt René dan:
Moeten we slimmer met elkaar omgaan of moet de technologie slimmer worden? Ik denk dat we met Internet of Things en AI een heel eind komen in het verslimmen van onze 'grid'. Is dat zo'n utopisch-technologische oplossing?
RACHEL: Het is grappig wat je zegt van zoveel meningen, gedachtes en ideeën. Dat kom ik dagelijks in m'n werk tegen. Moet je nou de technologie voorrang geven of de mens? Ik denk dat we samen met elkaar op pad moeten gaan om het te verslimmen en beter te doen. Nogmaals, als je kijkt naar AI, het gaat echt heel veel brengen. Als je hoort wat er in de gezondheidszorg voor mogelijkheden zijn om veel eerder te detecteren of mensen ziek zijn, denk ik: Wat fijn dat deze technologie er is. Alleen er zit ook een voetprintkant aan, dus hoe gaan we zorgen dat die technologie ten faveure van de hele wereld en van al die milieuschade voorkomen, dan dat we zeggen: We gaan het niet doen. Als je dan ziet binnen het Rijk, dat was een van de andere vragen, dat is ook wel een punt waar wij ons druk over maken. Als je voor het eerst gaat werken bij de Rijksoverheid heb je prachtige onboardingsprogramma's, dat je mensen leert kennen en hoe het werk werkt. Maar er is niks in dat programma dat je leert: welke afspraken hebben we nou over hoe we digitaal met elkaar samenwerken? Waar leer je nou wat je wel of niet moet bewaren? Vaak zie je mensen: 'Ik bewaar het maar, want je weet maar nooit' en dat alles bewaard wordt. Die gesprekken voer ik nu. Kunnen we zorgen dat als mensen in dienst komen, en misschien moet je daar later nog wat training op geven… Een herijking van: hoe werken we digitaal samen?
LYKLE: Laten we de volgende stap nemen in de presentatie.
In beeld verschijnt een poll: Ik ontvang op een gemiddelde werkdag .. mailberichten. a, minder dan 5 emailberichten; b, ongeveer 15 emailberichten; c, exact 25 emailberichten; d, meer dan 30 emailberichten.
RACHEL: Deze is wel leuk, want ik was wel benieuwd hoeveel e-mails mensen per werkdag ongeveer verzamelen. We hebben al gezegd dat het over triljoenen e-mails gaat. Dan hebben we het nog niet eens over WhatsApp, Signal of wat dan ook. Dus als je het heel praktisch maakt, want daar ben ik met Rafael en nog een club mensen mee bezig, hoe gaan we nou voorkomen dat we al die 'digital clutter' blijven verzamelen?
LYKLE: We hebben 5 procent hele bijzondere kijkers vandaag, want die weten namelijk dat ze exact 25 e-mailberichten iedere dag gemiddeld in hun mailbox hebben zitten. De grootste groep zegt: Het zijn er ongeveer 15 elke dag. Dat is 61 procent. Maar nog steeds zegt een derde van onze kijkers: Meer dan 30 gemiddeld. En een heel klein percentage zegt: Minder dan vijf.
RACHEL: Dan is de vraag wat je daarmee doet. Je beantwoordt ze, dat hoop ik natuurlijk. Maar wat is dan de vervolgstap? Weggooien, bewaren, stop je het in mapjes, ga je het nog naar mensen doorzetten. Vandaar dat we ook vanuit de duurzame cao met een project bezig zijn met data als onbekende vervuiler. Een afgeleide daarvan is dat we een training, daarvoor heb ik Rafael 'in dienst genomen', om een training Digital Cleanup te organiseren. We hopen dat dat dit jaar klaar is.
LYKLE: Wat gaat dat inhouden? Wat ben je voor de training Digital Cleanup aan het doen?
RAFAEL: Het interessante is, wat ik al kort had benoemd, drie maanden geleden kwam ik in contact met Rachel over dit onderwerp. Ik had er eigenlijk nog nooit echt over gehoord. ChatGPT, data, in mijn studie gebruikt iedereen dat dagelijks. Toen vertelde Rachel mij over data als onbekende vervuiler. Dus ik had een beetje onderzoek gedaan wat het nou inhoudt. We hebben dat nu natuurlijk al een beetje besproken. Het interessante wat ik vond, is dat ik bewust werd van: 'Oké, alles wat ik dagelijks gebruik qua data, heeft gevolgen voor het milieu.' Dat is de eerste stap waar wij nu erg mee bezig zijn, awareness creëren. Dat is ook wat we nu aan het doen zijn van: wat houdt dit nou in? Waar wij ons op willen focussen, is beginnen met de e-mailboxen en kijken van: we slaan zoveel op, hoe kunnen we dat nou reduceren? Voor ons is het ook nog heel nieuw, want er is wel wat bekend, maar het is allemaal nog vrij nieuw. Al het onderzoek staat nog een beetje in de kinderschoenen. Wat we willen gaan doen, is nu een pilot starten. We gaan dus mensen trainen hoe je deze handelingen gaat doen. Hoe ga je zorgen dat dit dagelijks of wekelijks, dat het iets wordt van bewustzijn, wat is het handelingsperspectief? Ik heb ook al met verschillende mensen gesproken en wat je ziet is dat mensen wel willen veranderen en bewust willen zijn, maar dat ze vaak niet weten hoe ze het moeten doen. Dat is waar wij hier inkomen. Wij willen mensen trainen, bewust maken en leren hoe je dit gaat doen. Het grappige is dat we het zelf ook nog aan het leren zijn, omdat het nog heel nieuw is. Dat maakt het een heel interessant project.
LYKLE: Er zijn ook wat dingen tegenstrijdig. Vorig jaar tijdens de Maand van de Digitale Fitheid hadden we een mooi webinar over slimmer omgaan met Outlook en daar was het expliciete advies: 'Gooi het allemaal in je archief, want de zoekfunctie is zo goed geworden dat je al je mailtjes altijd wel terug kunt vinden.' Maar nu merken we: wacht even, er zit spanning op. Misschien moeten we daar toch een andere manier voor verzinnen.
RACHEL: Absoluut. We zijn nu een training aan het ontwerpen van twee uur. Die gaan we ook hopelijk in mei testen om te kijken... Wij noemen dat een handelingsperspectief omdat er handelingsverlegenheid is, maar heel praktisch: wat kan je nou gewoon doen? Net als dat je elke zaterdag je huis opruimt. Je eerste vraag was 'Wat heb je zaterdag gedaan?', lekker opruimen. Dat je ook een routine maakt dat je ook digitaal moet opruimen.
RAFAEL: Ik denk dat het ook heel belangrijk is om te kijken: hoe ga je zorgen dat mensen dit gaan doen en het vasthouden? Ik denk dat het heel leuk is om een training te krijgen. Vaak zie je dan mensen al enthousiast zijn, die gaan dan meedoen. Maar hoe zorg je nou dat dit een dagelijks of een wekelijks terugkomend iets is? Dat is denk ik de kern van wat we hiermee willen bereiken.
LYKLE: Ellen vraagt waar ze meer informatie kan vinden over deze pilot.
RACHEL: Ze kunnen sowieso bij mij op de lijn komen.
LYKLE: Jouw contactgegevens komen op het eind in beeld.
RACHEL: En er staat ook op de Rijksportal, als je 'Digital Cleanup' vindt of 'data als onbekende vervuiler', vind je ook wat meer informatie. Maar we zijn echt hard aan het werk om het dit jaar goed uit te rollen.
RAFAEL: Het idee is ook uiteindelijk vanuit CAO Rijk dat dit rijksbreed wordt geïmplementeerd. Dus uiteindelijk zal iedereen hiermee te maken krijgen, is onze ambitie.
LYKLE: Ze kunnen zelf al op onderzoek uit, maar het wordt ze vanzelf gepresenteerd.
RACHEL: Daar gaan we wel vanuit.
LYKLE: Dat is de bedoeling.
RAFAEL: Dat is onze ambitie.
RACHEL: Dan ga ik even door, want we hebben te veel slides meegenomen.
In beeld verschijnt een poll: Hoeveel van het wereldwijde elektriciteitsverbruik komt van digitale technologie? a, 5%; b, 10%; c, 20%.
RACHEL: Deze ga ik weggeven: 10 procent elektriciteitsverbruik, heel zorgelijk.
In beeld verschijnt een poll: Eén opdracht/vraag aan AI staat voor…? a, 1 uur een lamp branden; b, 1,5 uur een lamp branden; c, 2 uur een lamp branden.
LYKLE: Deze is wel leuk, want dit is natuurlijk van vooral het laatste jaar, generatieve AI. Zoals ChatGPT waar je van alles en nog wat moois mee kan doen. Die verbruikt ook stroom. Deze poll is voor jullie. Hoeveel stroom denk je dat 't verbruikt als je 'n vraag stelt? Is dat een uurtje het licht aan… En dan hebben we het over een traditionele gloeilamp, of een led-lampje?
RACHEL: Dat is een goede vraag, Lykle. Wat ben je wakker vanmorgen. Een lamp. Denk Doe Duurzaam kwam van de week op de lijn: Rachel, heb je nog een boektip? Ik heb de boektip gegeven The Carbon Footprint of Everything. Mike Berners-Lee heet die schrijver. Die heeft een prachtig boekje geschreven waar alles vertaald wordt naar uren licht of naar hoeveel bomen, dat soort zaken. Dat is ook wat ik vaak tegenkom, dan zeggen mensen: Wat is nou een ton CO2? Het is net als data ontzettend ontastbaar. Dit is een heel grappig boekje waar die vertaling is. Dus ja, bij AI... Ik weet niet of je al uitslagen hebt.
LYKLE: Ja, 46 procent denkt dat het 2 uur een lamp zou kunnen laten branden.
RACHEL: Dan valt het mee, want het is een uurtje. Maar goed, een uurtje maal 450 miljoen Europeanen met één opdrachtje AI, zijn heel veel lampen, heel veel elektriciteit.
LYKLE: Dit is het moment voor de generatiekloof, want jij zit op dit moment in een opleiding. Worden generatieve AI-applicaties bij jullie veel gebruikt?
RAFAEL: Ja, ik kan wel beamen dat 95 procent het op dagelijkse basis gebruikt. En als je dan ook kijkt in het kader van deze vraag, denk ik dat ik wel makkelijk +50 vragen per dag stel.
LYKLE: Dus je ouders hebben je nog geleerd om 't licht uit te doen als je de kamer uitloopt, maar ondertussen heb je nog veel meer lampjes overdrachtelijk aangezet door het gebruik van generatieve AI.
RAFAEL: Het gaat supersnel. Ik zat toevallig na te denken over m'n hele schoolcarrière die inmiddels vijf jaar duurt. Toen ik begon, schreef ik de eerste twee jaar alles nog op een kladblok op en gebruikte ik nog helemaal geen laptop. In het derde jaar raakte ik een beetje verslaafd aan m’n laptop, gebruikte ik helemaal geen papier meer en kon ik ook niet meer schrijven. En nu in m'n vijfde jaar denk ik bijna niet eens meer zelf na, maar laat ik alles door ChatGPT doen. In vijf jaar veranderen we zo enorm erg. En eigenlijk pas als je je daar echt van bewust wordt, merk je dat pas.
LYKLE: Als we het hebben over duurzaamheid, dat zou een ander webinar moeten zijn, maar ik herinner me uit een filmpje dat ik langer geleden zag… Hier bovenin heb je een waanzinnige rekencapaciteit die ook extreem efficiënt wordt gebruikt. Maar je hebt dat nu allemaal ge-outsourced naar datacenters en dergelijke. Daar mag je nog even zelf over nadenken, maar het beeld is duidelijk. Ik generaliseer 'm nu in een leeftijdsconflict, maar er zitten wel dat soort verschillen in. De mensen die nu wellicht beleid zouden kunnen maken op deze onderwerpen, zijn niet per se ook de mensen die zelf die spullen gebruiken op die manier. Ze moeten goed geïnformeerd raken.
RACHEL: Ik zie het wel bij CIO Rijk. Er zitten echt heel veel leuke, jonge, enthousiaste, in ieder geval zijn ze veel jonger dan ik, die daar echt wel dichtbij staan, dus ik ben hoopvol dat dat goed opgepakt wordt. Wat je ziet, is dat die voetprint van AI...
Het is één heel groot softwareprogramma, dus AI is net zo zorgelijk als al het andere. Dan wil ik toch nog even, want de tijd raast...
In beeld verschijnt een poll: Wie zijn de grootste vervuilers? a, ikzelf; b, het bedrijfsleven; c, AI en ChatGPT; d, Facebook, Instagram en Netflix; e, het datacenter.
RACHEL: Dit vind ik ook zo'n leuke poll. Wie zijn nou de grootste vervuilers? Dat is ook vaak een vraag, een discussie die ik met mensen heb.
LYKLE: Wie denken jullie, lieve kijkers, wie de grootste vervuilers zijn?
RACHEL: We hebben het net over AI gehad. Dat is een zorgelijke. De filmpjes... Het bedrijfsleven kun je altijd van alles de schuld geven.
LYKLE: Jazeker. Grote datacenters van Facebook in de polder, ja of nee.
RACHEL: Ik was vorige week in Groningen. Collega's van de hogeschool bij Eemshaven zeiden dat er nu hele grote zwarte dozen uit de grond worden getrokken. Ze maken zich daar echt zorgen over de 'verzwarting' van het landschap.
LYKLE: De meeste kijkers zijn denk ik wel aan op het onderwerp, want 32 procent geeft als antwoord: Ikzelf ben de grootste vervuiler. 12 procent zegt het bedrijfsleven, 4 procent zegt AI en ChatGPT, 33 procent zegt Facebook, Instagram, Netflix, die grote partijen, en 20 procent zegt het datacenter. Maar datacenters zouden er niet staan als wij die diensten niet zouden gebruiken.
RACHEL: Uiteindelijk, dat is dan wel weer grappig, wijzelf, dus elk individu draagt bij aan deze enorme zorgelijke voetprint. Dat betekent dus ook dat bedrijven en Rijksoverheid dingen moeten doen, maar uiteindelijk... Ik vind het ook lastig. 'Een goed milieu begint bij jezelf' is ooit bedacht als commercieel verdienmodel. Dus ik wil 'm ook niet zo zwart-wit maken, maar we kunnen allemaal wat bijdragen.
LYKLE: 'Een beter milieu begint bij jezelf' is een jij-bak in de zin van: in je eentje kun je maar zoveel impact hebben, maar met z'n allen telt het wel op. En het specifieke publiek van dit webinar bestaat uit medewerkers van Rijksoverheid. Wij hebben met z'n allen wel de mogelijkheid om voorbeeldgedrag te laten zien en invloed te hebben op grote uitgaves, maar ook regelgeving.
RACHEL: Ik heb hiervoor tien jaar onderzoek gedaan naar vooral circulaire bedrijfsvoering en wat ik zie, en dat is ook deel van het onderzoek van Rafael, dat het veranderen van je eigen gedrag heel moeilijk is, maar we hebben wel de kracht met z'n allen om het systeem zodanig in te richten dat het heel makkelijk wordt om de juiste keuzes te maken. Dat zie je ook als je fysiek afval hebt bij de afvalbak. Dan denk ik: De beste systeemkeuze is zorgen dat je het niet inkoopt. Dan kan je het ook niet verkwisten. Ik heb onderzoek gedaan in gevangenissen. Daar moet eten zijn, beddengoed, van alles. Dus je moet dingen inkopen, maar als je dat dan inkoopt in het systeem, doe dat zo duurzaam mogelijk, zodat het individu makkelijk kan handelen en dat je niet die handelingsverlegenheid hebt, maar een handelingsperspectief.
LYKLE: Daar zijn we nu aan toe, de praktische tips, of niet? Daar wordt met smart naar uitgekeken zie ik al in de chat.
RACHEL: Deze, hier gaan we voorbij.
LYKLE: Eerst het boekje dat je net noemde.
RACHEL: Het is The Carbon Footprint of Everything van Mike Berners-Lee. En hij heeft een boek hiervoor geschreven, 'How Bad Are Bananas?' Maar het is een heel grappig boekje. Goed, praktische tips.
LYKLE: Wat gaan we doen?
RACHEL: Wat ik voor mezelf heb gedaan toen ik startte in deze functie bij Logius: nieuwsbrieven. Ik heb ze afgeschaft. Heel eerlijk. Ze komen binnen, soms ga je erdoorheen, maar de meeste, zeker als je veel e mail krijgt, heb je geen tijd voor. Doe het niet.
LYKLE: Geen nieuwsbrieven meer ontvangen.
RACHEL: Dat is natuurlijk heel vervelend die veel moeite doen om ze te schrijven. Maar ook daar zullen we met z'n allen moeten nadenken: kan dat niet slimmer, beter of anders?
In beeld: Praktische tips. 1. Meld je af voor (onnodige en niet gelezen) nieuwsbrieven; 2. Haal de bezem door je mailbox; 3. Houd je bureaublad schoon. Dit geldt ook voor mappen en bestanden; 4. Verwijder alle apps die je niet gebruikt; 5. Zorg voor een overzichtelijke structuur voor je mappen om zoeken te voorkomen; 6. Zet alle notificaties uit. Dus geen tussentijds bericht van het nieuws of van je Whatsapp of Signal; 7. Kijk uit voor de ‘vampier-app’ die op de achtergrond meekijkt; 8. Doe geregeld software-updates; 9. Zorg dat je niet afgeleid wordt tijdens taken. Geen YouTube of Facebook tussendoor; 10. Omarm menselijke interactie.
RACHEL: Je mailbox opruimen. Zorg dat je niet heel veel in je downloads hebt, wat je verwijdert, gooi dat ook echt weg. Hoewel we nog wel discussie bij het Rijk hebben dat het vaak weer ergens anders wordt bewaard. Maar goed, ik ga ervan uit dat dat niet in hot storage gaat, maar in cold storage, dat het in ieder geval minder voetprint heeft. Je bureaublad. Ik heb 'm dit weekend opgeruimd, Rafael. Studenten zaten altijd te klagen van: Wat heb je veel op je bureaublad. Die is schoon. Ik heb alles naar SharePoint gebracht. Op je telefoon, verwijder apps die je niet gebruikt. Ik had wel even moeite om mijn app van de CPC Loop in Den Haag., want ik heb een mooie tijd gelopen... Die ga ik dit weekend verwijderen, want dat kost allemaal energie. Zorgen voor een overzichtelijke mappenstructuur zit erbij. Notificaties. Het is ook beter voor je gezondheid dat je niet de hele dag pingetjes krijgt of berichtjes 'er is weer mail voor u'. Dat kost ook minder CO2, want dat is toch weer 4 gram. De 'vampier-app'. Dat zijn allerlei appjes die alles van je trekken. Die zuigen je voetprint leeg, dus niet doen. Doe geregeld software-updates.
LYKLE: Nog even die vampier-app, dat raakt ook je persoonlijke privacy. Je hebt bij Bits of Freedom een 'device-wasstraat'. Er zijn veel apps die nu toestemming moeten vragen om jouw gegevens te mogen gebruiken. Die toestemming zou je kunnen weigeren. Niet alle apps zijn daar even eerlijk in, dus voorkomen is beter dan genezen.
Vraag je af welke apps je echt nodig hebt en probeer de rest niet te gebruiken.
RACHEL: Nee, dus dat is een tip. De hele dag YouTuben en Facebooken tussendoor. Elke keer dat je erop komt, zet dat ook weer een pushje. Ik ben niet degene die zegt: 'U zult niet moeten', maar als je echt heel duurzaam wilt zijn, is dit een actie die je kan doen. En omarm uiteindelijk toch de menselijke interactiviteit.
LYKLE: We komen dan toch ook wel weer mooi terug op digitale fitheid. Heel veel van deze dingen vallen samen met effectiever en prettiger werken door minder in je mailbox te zitten en meer persoonlijk contact te hebben. En misschien werken sommige metaforen. Als je denkt: Die mailtjes, wat zal het nou? Stel je voor dat je reclamedrukwerk in de brievenbus ontvangt, dat laat je ook niet een enorme stapel worden, dat gooi je ook weg. Of je zorgt voor zo'n sticker op de bus. Dat zijn allemaal dingen waarmee je echt verschil voor jezelf kan maken. En ik denk dat je dan ook wellicht je collega's kunt inspireren als ze merken wat het voor jou doet.
RACHEL: Ja, absoluut. Deze praktische tips gaan we ook in onze training goed wegzetten, dat we met mensen aan de slag gaan.
In beeld: Voor de organisatie. Welke reden is er voor de organisatie om Digital CLeanup te organiseren? Wat gaan we als organisatie precies opruimen? Wie moeten we betrekken in de organisatie? Hoe gaan we het dan praktisch doen? Welke stappen moeten worden gezet om tot uitvoering te komen?
RACHEL: Ik heb ook iets voor organisaties, want wat ik al zei: Je moet vooral het systeem ook zodanig inrichten. Het verbaast me dat dit pas de vierde keer is van Digital Cleanup. Het is vijf jaar geleden opgericht en dit jaar was de vierde keer dat dit een internationale dag was. Ik denk dat organisaties hier veel meer aandacht aan zouden moeten besteden. Ook met elkaar afspraken maken. Bewaartermijnen, daar heb je de mensen van DIV nodig. Je hebt mensen van HR nodig om in de onboarding te zorgen dat mensen digitaal fit blijven, ook op dit dossier je heel goed moet nadenken wie je er allemaal moet bij betrekken. Het is niet alleen van ICT of alleen van de archiefmensen, het is van ons allemaal. En dat je mensen ook helpt als organisatie hoe je dit praktisch moet doen. Je moet mensen echt meenemen in die digitale geletterdheid om ze dat perspectief te geven.
LYKLE: Dan pluk je daar ook de vruchten van als organisatie. Want je gaat als organisatie op die schaal minder energie verbruiken.
In beeld: Wat levert Digital Cleanup op? Kostenbesparing, verhogen van bedrijfsefficiëntie, verminderde CO2-uitstoot, minder kwetsbaar voor cybercriminaliteit.
RACHEL: Dan kom je weer, die sheet heb ik eerder laten zien, bij kostenbesparing. Heel veel CFO's worden daar heel blij van. Je bent minder gevoelig voor cybercriminaliteit. Dus op alle fronten gaat dit bijdragen als we veel bewuster worden van onze IT-voetprint.
LYKLE: Dat lijkt me een mooi moment om te gaan afsluiten. Er is nog veel meer informatie te vinden. Op deze slide staat van alles bij elkaar. Maar als je serieus aan de slag wil en je je voor die pilot wil aanmelden, zorg dan dat je Rachel een berichtje stuurt. Haar gegevens staan hier.
In beeld: Rachel.Kuijlenburg@logius.nl.
LYKLE: We zijn aan het einde van dit webinar. Dank voor jullie aandacht en deelname. Het is onderdeel van de Maand van de Digitale Fitheid. Je hebt nog een week te gaan voor allerlei andere mooie bijeenkomsten. En als deze maand voorbij is, kun je al deze webinars nog steeds terugkijken en delen met je collega's. Doe dat verstandig, maar zorg ervoor dat je ze aantikt en aansteekt met al deze inspiratie. Het webinar, dankjewel Rachel Kuijlenburg, dankjewel Rafael, werd jullie aangeboden door RADIO, de RijksAcademie voor Digitalisering en Informatisering Overheid. Wil jij contact met ons opnemen, kan dat via deze QR-code bijvoorbeeld (www.it-academieoverheid.nl/contact). Heel erg bedankt voor jullie aandacht. Ik hoop dat het inspirerend was en dat er veel van mag komen. Tot de volgende keer.
(STILTE)
In beeld: Ruim je digitale rommel op.
RADIO Webinar: Denk na over je dataopslag!

RADIO-webinar ‘Denk na over je dataopslag’. Host: Lykle de Vries. Tafelgasten: Rachel Kuijlenburg, coördinator Duurzaamheid bij Logius, en Pepijn van der Spek, impactprojectleider Duurzame ICT.
In beeld: Logo Rijksoverheid. Logius. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Denk na over je dataopslag! 17 maart 2025. Rachel Kuijlenburg & Pepijn van der Spek.
LYKLE: Hallo, welkom bij het RADIO-webinar: Denk na over je dataopslag. Dit webinar vindt plaats in het kader van de Maand van de Digitale Fitheid. Ik vind het superleuk dat we teruggaan naar het onderwerp van duurzaamheid, want vorig jaar was dit webinar over digitale duurzaamheid ook een enorme hit. Ik ben heel benieuwd wat er gebeurd is. Mijn naam is Lykle de Vries. Ik ben werkzaam bij RADIO, de RijksAcademie voor Digitalisering en Informatisering Overheid. Wij zijn er voor alle collega's binnen Rijksoverheid en daarbuiten om je te helpen digitaal fitter, vaardiger en bewuster te worden. We hopen dat dit webinar daarbij helpt. Om ons bij te praten over digitale duurzaamheid zijn er twee gasten bij mij aangeschoven: Rachel Kuijlenburg, welkom. Je bent coördinator Duurzaamheid bij Logius. Fijn dat je er bent. En Pepijn van der Spek, impactprojectleider Duurzame ICT. Onder andere ook betrokken bij de duurzame CAO Rijk. Bij sommige mensen ook bekend. Jullie samen gaan ons bijpraten over wat er speelt en gaat spelen. Achter de schermen, lieve kijker, is mijn collega Marie Louise Borsje aanwezig om de chat in de gaten te houden. Zij zal ook vragen aan mij doorspelen die jullie stellen. Mochten er technische vragen zijn, zijn de mensen van WebinarGeek ook tot je beschikking. Rachel, het is een jaar geleden dat we het hadden over digitale duurzaamheid. Zullen we even terugspoelen? Kun je ons vertellen wat er allemaal gebeurd is?
RACHEL: Het is een waanzinnig mooi jaar geweest op het gebied van aandacht krijgen voor dit ingewikkelde vraagstuk. Ik heb ontzettend veel positieve reacties gehad naar aanleiding van het webinar. Ik durf ook heel vaak te zeggen: Kijk dit, dan snap je het probleem. Ik heb echt het gevoel, vandaar dat ik ook hier met Pepijn zit, dat we op de goede golf zitten en dat er heel veel gebeurt. Maar aan de andere kant: er is ook heel veel nodig, want als je kijkt wat qua AI gebeurt… Het is echt een ingewikkeld vraagstuk waar we absoluut wat aan kunnen doen.
LYKLE: Zullen we eens kijken naar wat het afgelopen jaar gedaan heeft?
RACHEL: Ja, ik heb wat meegenomen. Ik wil vandaag wat vertellen over duurzaamheid en digitalisering, de recap. Wat heeft het jaar nu gebracht? Denk na over je dataopslag, het thema van dit webinar. En uiteindelijk vooral: wat kunnen mensen doen om hier mee aan de slag te gaan?
LYKLE: Heel fijn. Wat is je eigen handelingsperspectief? Hoe kun je helpen?
In beeld: de Sustainable Development Goals tegenover afvalbergen in Afrika en hoe mensen in Afrika handmatig materialen recyclen.
RACHEL: Als eerste duurzaamheid en dataopslag. Vorig jaar had ik dit plaatje ook meegenomen, want wat het zo complex maakt, is dat lekker met elkaar Instagrammen, Facebooken, e-mailen, data opslaan, foto's verzamelen... Het is allemaal heerlijk en maakt het leven ook echt absoluut aangenaam, dus dat is heel grappig. Wat de meeste mensen zich minder realiseren, en daar heb ik dit jaar met heel veel partijen over gesproken, is dat dit plaatje symboliseert wat IT is, namelijk een grondstoffenverhaal. Iets wat in Afrika, China of in Brazilië wordt geworven. Allerlei grondstoffen. En die uiteindelijk aan het eind van de lijn, dat andere plaatje, weggegooid worden en heel vaak ook op vuilnisbergen in Afrika weer terechtkomen.
LYKLE: Dus wij zien ze als prachtige, glimmende, hippe apparaten, maar daarvoor en daarna is een hele keten die we eigenlijk nooit zien, maar die heeft de meeste impact.
RACHEL: Die heeft heel veel impact. Tuurlijk is het supertof als je een nieuwe telefoon in je handen hebt, een nieuwe e-reader, of een nieuwe router koopt voor in huis. Allemaal om die data van A naar B te laten doen. Maar ik denk dat het belangrijk is, dat heb ik ook dit jaar gepoogd, dat mensen veel meer realisatie hebben van: we hebben apparaten nodig om die data van A naar B te krijgen. Daar moeten we echt goed over nadenken. Dat is ook het volgende plaatje.
In beeld: De grondstoffenstrijd.
RACHEL: Er is een hoop onrust in de wereld. En hier gaat het om, wat er allemaal gebeurt. Veel oorlogen draaien om grondstoffen. Heel veel gedoe in de wereld draait om grondstoffen. Er wordt gigantisch veel geld verdiend aan grondstoffen. Maar er zijn ook heel veel mensen die daar de prijs voor betalen.
PEPIJN: We zien de afgelopen jaren de spanningen toenemen in de wereld rondom grondstoffen, rondom gebieden waar spanning ontstaat door controle over die kritieke grondstoffen.
LYKLE: De discussie gaat over Oekraïne, maar ook over Groenland. Een deel daarvan gaat over wat er in de grond zit daar.
PEPIJN: En ondertussen gebeurt er heel veel in Afrika. Afrika is rijk aan grondstoffen, aan mineralen en aan ertsen. Allemaal essentiële onderdelen voor elektronica.
LYKLE: En ook steeds meer overladen met afgedankte eindproducten.
PEPIJN: Ook dat, zeker. Wie die essentiële bodemschatten in handen heeft, domineert ook het wereldtoneel. Dat is in toenemende mate belangrijker, en in toenemende mate levert dat ook meer spanning in de wereld op.
LYKLE: Moet je dit dan platslaan naar: hoe minder nieuwe apparaten we gebruiken, hoe makkelijker de grondstoffenstrijd is? Of ben ik dan te kort door de bocht?
RACHEL: Nou, ja, hoe minder... Die grondstoffen zijn uiteindelijk uitgeput. We hebben de grondstoffen voor twee zaken nodig: de energietransitie en IT. Dat zijn twee vraagstukken. Ik denk dat we als mensheid ontzettend kundig en vaardig zijn om slimme oplossingen te bedenken voor grondstoffen die we al uit de grond hebben gehaald. Dus dat we echt gaan recyclen, repurposen of refurbishen, om het maar met hippe termen te benoemen. Het belangrijkste in die hele grondstoffentransitie, omdat er zoveel mensen in de wereld de prijs betalen, dat zijn die arme mensen die het uit de grond halen of het moeten opruimen, die geen leefbaar loon hebben, dat wij hier aan deze kant van de wereld de verantwoordelijkheid hebben om zuinig met apparaten om te gaan, om oplossingen te verzinnen dat we niet nieuwe grondstoffen nodig hebben, maar dat we dit anders met elkaar gaan organiseren.
LYKLE: Dus veel meer denken in: wat ging vooraf aan het moment dat ik nu even snel een TikTok-filmpje maak of een chatbericht stuur.
PEPIJN: Bewuster met data betekent bewuster met devices, betekent uiteindelijk minder grondstoffen.
RACHEL: We hebben natuurlijk ook een vraag meegenomen. Dat is de vraag: welk aardmetaal is nodig om een smartphone te maken?
LYKLE: Dat is de eerste vraag die we ook aan jullie stellen, kijker. Je kunt hem in de poll gaan beantwoorden. Mocht je dit webinar ondertussen al lekker fullscreen gezet hebben, dan is het verstandig om hem even uit fullscreen te halen, want anders zie je de poll niet. Welk aardmetaal is nodig om een smartphone te maken? Is dat indium, tantaal of lithium? Het zijn niet de enige materialen die we nodig hebben, maar dit zijn een paar die best moeilijk te krijgen zijn.
RACHEL: Dit zijn drie essentiële metalen die nodig zijn in heel veel apparaten, maar de vraag is dus: welke van de drie is 't meest noodzakelijk voor de smartphone? Maar eigenlijk in alle apparaten die praten met het wereldwijde web, dus ook je router. Stel je voor dat heel veel geld hebt en zo'n koelkast hebt die praat met de supermarkt, ook daar zitten allerlei chips in voorzien van die aardmetalen. Je ziet ze niet. Ze zijn superklein eigenlijk. En toch hebben we ze in hele grote massa's nodig...
LYKLE: Tot en met de kabeltjes die je gebruikt om je apparaten mee op te laden of te verbinden. Daar zit ook steeds vaker best veel superkleine elektronica in. Daar ben je je misschien niet eens van bewust. Veel mensen denken dat lithium absoluut noodzakelijk is. We komen het ook tegen als onderdeel van batterijen en accu's, dus het is niet raar dat mensen het zeggen. De tweede, tantaal, daarvan denkt iedereen: die bestaat niet eens. Er zijn maar heel weinig mensen die erop stemmen. Het was een strikvraag, lieve kijker, want ze zijn alle drie nodig. Zijn ze in gelijke hoeveelheden nodig?
RACHEL: Dan vraag je heel veel details, want zo technisch ben ik niet. Maar zonder deze drie metalen kan je eigenlijk geen smartphone maken. En deze metalen komen ook uit alle windstreken van de wereld. De een komt voornamelijk uit Afrika. Met die mijnen, denk maar even weer aan dat plaatje. Oekraïne is nu een plek waarvan ze denken: daar zitten heel veel van dit soort metalen. Tantaal komt volgens mij uit China, maar wordt ook in Brazilië gevonden. Wat in ieder geval helder is: deze aardmetalen komen niet uit Europa. Dus als Europa zijn wij superafhankelijk van die andere continenten, waar heel veel gedoe en toestanden zijn. Maar onderaan de streep is er een hele grote groep mensen op de wereld die echt de prijs betalen voor onze honger naar apparaten.
LYKLE: Dit lijkt in heel veel aspecten op het verhaal over onze kleding. Welke materialen worden gebruikt? Zijn die milieuvriendelijke geteeld? Maar vooral ook: is de keten waarin ze verwerkt worden tot kleding menswaardig?
RACHEL: Vandaar dat ik het ook zo belangrijk vind dat we die Sustainable Development Goals goed positioneren op die keten van hoe dan een smartphone van niks naar uiteindelijk weer hopelijk een herbruikbare smartphone te maken. Die mensen die onderaan de keten staan krijgen helemaal geen leefbaar loon. Ik word er soms verdrietig van, dat ik denk: wat moeten we nou doen om te zorgen dat het veel eerlijker verdeeld wordt en dat iedereen gewoon een acceptabel, mooi, leefbaar leven kan leiden.
LYKLE: Wat we nu heel evident gepresenteerd krijgen, is dat die footprint, waar we het ook vaker over hebben, die gaat niet alleen maar over je eten, kleding en het energie van je huis, maar het gaat ook echt over alle andere zaken van je werk- en privéleven als je het hebt over digitale zaken. We hebben nog een mooie quiz, of niet?
RACHEL: Ja, we hadden er nog eentje.
In beeld: Hoeveel apparaten als laptops en mobiele telefoons worden jaarlijks aangeschaft in Nederland? 21 miljoen apparaten, 32 miljoen apparaten of 43 miljoen apparaten?
LYKLE: Hoeveel apparaten als laptops en mobiele telefoons worden jaarlijks aangeschaft in Nederland alleen? Denk eraan: Nederland heeft ondertussen 18 miljoen inwoners. Dat aantal blijft stijgen. (LYKLE LACHT) Alhoewel steeds meer mensen oud worden en 'n keer afscheid van ons zullen nemen, maar voorlopig is de lijn nog stijgende. Dus hoeveel apparaten kopen we per persoon in per jaar?
PEPIJN: We hebben veel devices. Hoeveel devices heb je zelf?
LYKLE: Ik zie het al een beetje lopen. Hier zijn de mensen al wat meer ingetuned. Dit wordt nu een strijd tussen de laatste twee antwoorden. Maar dit gaat over nieuwkoop, niet eens over tweedehands.
RACHEL: Nee, dit zijn echt cijfers over... Dan moet je wel nadenken: het gaat niet alleen over laptops, smartphones en e-readers. Er zijn gigantisch veel apparaten in je huishouden of in je organisatie die geconnect zijn met het wereldwijde web. Data komen niet vanzelf van A naar B. Dat voelt wel zo, dat je denkt: het zit in een cloud, het is magisch. Maar er is ontzettend veel apparatuur nodig om iets van A naar B te krijgen in die dataopslag. Dat is ook wel mijn queeste van afgelopen jaar. Om dat veel meer leefbaar, tastbaar te maken voor mensen, van: in data zit een hele lifecycle van apparaten om te zorgen dat dat komt. Als ik naar de uitslagen kijk, heeft 47 procent het niet goed. Of eigenlijk meer.
PEPIJN: Want het is...
RACHEL: 43 miljoen apparaten.
LYKLE: Is dat over het afgelopen jaar gerekend?
RACHEL: Over 2023 zijn deze cijfers.
LYKLE: En wat is de langeretermijntrend? Is het elk jaar zoveel, minder of meer?
RACHEL: Wat ik in de trend zie... We krijgen steeds meer apparaten tot onze beschikking. Het is ingewikkeld. Ik heb m'n laptop thuis. Daar liep Windows uit. Het was een prima apparaat, 9 jaar oud. Het werd niet meer ondersteund, dus ik werd gedwongen een goed apparaat toch te vervangen.
LYKLE: Vanwege de softwarelicenties.
RACHEL: Echt met pijn in m'n hart heb ik hem netjes naar de urbanminingindustrie gebracht, zodat ze hem kunnen gaan hergebruiken. Maar dat maakt het ook zo complex.
LYKLE: Dus, lieve kijker, de aantallen zijn nog groter dan je misschien al dacht. We komen straks nog terug op die aantallen.
RACHEL: Wat je ook moet bedenken: 43 miljoen apparaten worden op een dag ook weer afgeschreven. Dat is een enorme berg. Wat gebeurt er met die berg? Als je kijkt naar wat er gerecycled wordt bij grote leveranciers, is dat ongeveer 4 procent van wat ze uitleveren ook echt terugkomt bij zo'n leverancier. 96 procent vindt andere wegen. En een heel groot gedeelte komt dus weer in dat arme Afrika terecht op zo’n berg als afval.
LYKLE: Dan is er geen houden meer aan. Dan is het niet meer alsnog te minen.
RACHEL: Nee. Nou ja, ze halen er wel wat uit. Wat er gebeurt, is dat die mensen in die arme wijken er een vuurtje onder zetten om dat plastic weg te smelten. Dan kunnen ze wat uit het beetje ijzer of lithium halen waar ze een beetje geld aan verdienen. Maar dat is hartstikke slecht voor het milieu. Dat gesmolten plastic loopt in het milieu weg.
LYKLE: Het is ook minder effectief, want je hebt niet de perfecte scheiding van alle materialen.
RACHEL: Het liefst zou ik willen dat er statiegeld op alle apparaten komt, maar met flesjes vinden we het al ingewikkeld.
PEPIJN: Het is goed om je apparaat in te leveren. Wat we nu zien, met name ook zakelijk, is dat je na drie jaar een nieuw device thuisgestuurd krijgt en dat het oude device niet wordt ingeleverd. Dat het toch vaak in de kast blijft liggen, van: waarom zou je hem inleveren?
RACHEL: En dan praten we nog niet over de snoertjes, adapters en al het andere.
PEPIJN: Overal waar metalen in zitten.
LYKLE: Dat zou iemand zelf makkelijk kunnen doen. De kasten en lades opentrekken, kijken van: heb ik dit niet meer nodig? En terugbrengen naar een plek waar ze er wat beters mee kunnen doen.
RACHEL: Maar dan moet er wel een plek zijn waar je dat kan brengen. Ik begrijp het ook wel. Op die telefoons staan data. Als die telefoon is afgeschreven... Ben je bij je werk, kan je hem binnen Rijksoverheid naar het SSC-ICT brengen. Daar zijn afspraken over. Maar als je thuis bent, moet je moeite doen om het ergens naartoe te brengen. Die moet je ook maar weten te vinden. En dan moet je ook maar zorgen dat die telefoon zo beschermd is dat je denkt: dat durf ik uit handen te geven. Want je hebt het gevoel dat er data op dat device staan.
LYKLE: Je bankierenapp, je persoonlijke foto's, je aantekeningen, waar je geweest bent. 'Kijk, hier heb je m'n fysieke agenda.' Dat doen mensen ook niet graag.
RACHEL: Nee, dus daar zou de overheid meer aandacht aan mogen besteden.
PEPIJN: Met Google kun je een handleiding vinden over je hoe je je telefoon echt goed wist voordat je hem inlevert. Want, inderdaad, die persoonlijke informatie wil je er zeker af hebben.
RACHEL: Maar als je moeder 85 is...
LYKLE: ...dan moeten we elkaar helpen. Het gaat nu over apparaten, maar het gaat ook vooral om de data die we met die apparaten heen en weer sturen en voeden. Hoe gaat het daarmee?
In beeld: Het mobiel dataverbruik van Nederlanders 37 keer hoger in tien jaar tijd; gemiddeld 8,7 GB per maand; het verbruik stijgt niet alleen, maar de stijging is ook steeds sneller en sneller. Daarnaast het schilderij ‘Ceci n’est pas une pipe’ van Magritte.
RACHEL: Dat is het volgende plaatje. Het plaatje, de pijp, dat er bij zit is een mooie schilderij van Magritte. Ceci n'est pas une pipe. Dat is met die data zo boeiend: je ziet het niet. Ja, uiteindelijk op je beeldschermpje dat je zegt: Wat een mooie foto heb ik kunnen delen met m'n vrienden allemaal. Of: Ik heb een mooie e-mail geschreven. Maar dat dataverbruik, die dataopslag is echt niet tastbaar. Maar wat we zien in dat dataverkeer: mobiel dataverbruik onder Nederlanders is in 10 jaar tijd 37 keer hoger geworden dan 10 jaar terug. Dat is echt exponentieel. We gebruiken gigantisch veel gigabyte per persoon.
LYKLE: 8,7 gigabyte per persoon per maand.
RACHEL: Dan denk je: Wat is dat dan? Weet jij dat?
PEPIJN: Onder andere de video's die je kijkt, de videocalls die je doet. Dat zijn de foto's die je maakt met je telefoon. Daar gaat veel data in zitten.
LYKLE: Ik heb ooit onthouden dat als je dit gesprek zou opnemen in alleen audio, dan is het in de beste kwaliteit 1 megabyte tot 100 megabyte maximaal. Dan heb je de allerbeste audiokwaliteit. Maar de videoversie ervan is nog eens tien keer zo groot op z'n minst.
PEPIJN: Daarbij neemt de videokwaliteit elk jaar toe. HD, 4K, 8K, et cetera. Daarmee neemt ook exponentieel de hoeveelheid data toe die nodig is.
LYKLE: Nou moeten we eraan toevoegen dat juist om dat verkeer soepel te houden er allerlei compressietechnieken gebruikt worden. Maar die kunnen ook gevaarlijk zijn. Als je foto's JPEG opslaat, opent, en weer als JPEG opslaat en je blijft dat herhalen, dan hou je vier pixels over van je originele foto. Sommige van die algoritmes kunnen dus je data ook beschadigen. Dat is ook nog wel een overweging. Maar dit houdt dus voorlopig nog niet op?
RACHEL: Nee, en dan komt er nog AI overheen. Volgens mij hebben we daar ook een leuke slide van meegenomen.
LYKLE: Maar misschien gaan we eerst even nog een vraag stellen. Want, beste kijker, we hebben het over gigabytes gehad. Maar een terabyte een jaar opslaan in de cloud, wat zou dat aan CO2-uitstoot kosten? 0,5 ton, 1 ton, 2 ton of 3 ton. Denk erom: een gemiddelde personenauto zit al in de buurt van 2000 kilo. Soms ook dankzij de batterij die er in zit. Moeilijk dat soort balansen. Maar een pasgeboren olifantje is toch gewoon keuze één. Dat is een serieuze hoeveelheid gewicht.
RACHEL: Dat vind ik wel zo boeiend aan dit hele fenomeen van gigabyte, terabyte, zettabyte.
LYKLE: Het is helemaal...
PEPIJN: ...abstract.
LYKLE: Het woord Google komt ook al van een onmogelijk grote hoeveelheid. We kunnen ons dat niet voorstellen.
RACHEL: Nee, dat is bijna niet voorstelbaar. Als je kijkt naar die dataopslag... als het goed is komt daar zo meteen… Even terug naar de aantallen. Daar staan ze. Dan zie je eigenlijk dat...
LYKLE: Er wordt nu getwijfeld tussen de laatste twee opties door de meerderheid.
PEPIJN: Nek aan nek.
RACHEL: We kunnen het makkelijk maken. Het antwoord is 1 ton.
LYKLE: 1 hele ton. 1000 kilo als je een jaar lang een terabyte in de cloud opslaat. Dan staat het ergens in een datacenter. Dat datacenter verbruikt stroom, water voor de koeling, en aan het eind van het jaar heb je 1000 kilo CO2 geproduceerd.
RACHEL: Ja, dat is echt superveel.
LYKLE: Een kuubskist aardappelen, misschien wel meer. (LACHEND) Voor de mensen in de agrarische sector.
PEPIJN: En die footprint van zo'n datacenter zit in heel veel aspecten. Dat zit hem in de server, in de infrastructuur. Daar komen we volgens mij straks nog even op. Het is een heel complex scala van samenwerkende devices, netwerken, die uiteindelijk samen voor het verbruik zorgt, voor de footprint.
LYKLE: Daar komen we nog op terug. We gaan nog even door met meteen de volgende quiz erachteraan om nog even wat duidelijker te krijgen hoe dat staat. Die 1 ton CO2-uitstoot, 1000 kilo, voor een jaar terabyte opslaan in de cloud, is dat net zoveel als 72 keer een enkeltje van Amsterdam naar Parijs met de trein, is dat hetzelfde als zes maanden elektriciteitsverbruik grijs, dus nog niet van de zonnepanelen, door een gemiddeld huishouden in Nederland, of is dat net zoveel als 30 bomen die een jaar lang groeien?
RACHEL: Dat is het weer. Die ton CO2, waar hebben we het dan precies over?
LYKLE: 72 enkele reizen van Amsterdam naar Parijs. Dat betekent dat je meer dan eens per week vanuit Amsterdam naar Parijs vertrekt, en dus ook terug moet komen. Maar dat je dus heel regelmatig een langeafstandstreinreis maakt. Nou is dat verhoudingsgewijs milieuvriendelijker dan het met de auto in je eentje doen. Maar goed. Die andere spreken ook tot de verbeelding. Helemaal als je kunt kijken naar een plekje waar je wat bomen ziet staan. Stel je er eens 30 bij elkaar voor. En hoe groot die worden in een jaar. Vorig weekend, toen het zo mooi weer was, heb ik m'n coniferen een kop kleiner gemaakt. Die waren veel te hoog geworden. Dat was in een jaar tijd en daar heb ik veel werk aan gehad. Niet helemaal hoe 1000 kilo werkt, maar het kan flink groeien.
RACHEL: Het antwoord is a, 72 enkele reizen van Amsterdam naar Parijs. Dat is echt superveel. Qua elektriciteitsverbruik is het acht maanden in plaats van zes, dus nog langer. En als je 1 ton wilt compenseren, zijn dat 50 bomen die een jaar lang moeten groeien...
LYKLE: ...om die ene ton te compenseren.
RACHEL: We verbruiken ongelofelijk veel CO2 met z'n allen. Dus er moet heel veel moeite gedaan worden om te zorgen dat die CO2 uit de lucht wordt gehaald.
LYKLE: Nou hebben we wel het afgelopen jaar geroepen: Dat lossen we op met AI, toch?
RACHEL: Ja...
LYKLE (LACHEND): Pepijn, help ons.
PEPIJN: Ja, AI inderdaad. AI heeft hele mooie kanten, maar ook wat minder mooie kanten. Het energieverbruik van AI is berucht mag ik wel zeggen. AI heeft verschrikkelijk veel energie nodig om getraind te worden. Volgens mij hebben we daar ook een slide van. En daarnaast: elke vraag die je stelt aan een AI-systeem als ChatGPT... Kijk, hier staat die. Je ziet het staan. Het ontwikkelen en trainen vraagt evenveel energie als 1000 auto's die elk 1000 km rijden, oftewel 500 ton. Dat is enorm. En het stellen van vragen, je ziet het hier ook staan... Eén vraag is evenveel als het opladen van je mobiele telefoon. Dus je zou AI kunnen gebruiken om energiezuiniger dingen te doen, maar voordat je dat kunt, moet je wel een getraind model hebben.
LYKLE: Er is enorm veel in geïnvesteerd. We focussen nu vooral even op de energie- en de watervraag, maar we moeten ook niet vergeten dat daar ook zo'n keten is met mensen die onder hele slechte omstandigheden helpen bij het trainen, die ook de meest vreselijke dingen te zien krijgen om ze te categoriseren en de meeste stomme werktijden en omstandigheden hebben om hele repetitieve taken te doen. Dat zit hier ook nog een keer bij.
PEPIJN: Gelukkig zijn er wel steeds meer start-ups met groene AI-systemen, die zo geprogrammeerd zijn dat ze minder energie vergen om te trainen en te gebruiken, en daarnaast ook niet op publieke servers draaien, maar die je zelf kunt draaien. Dus er is wel een kentering gaande, omdat men er nu toch wel achter komt dat het veel verbruikt.
LYKLE: Ik kijk even naar de laatste bullet: de benodigde energie voor het trainen van AI-modellen verdubbelt elke 3 maanden. Het gaat serieus impact hebben op het leven van ons als burger als er zoveel energievraag van één partij in het netwerk zit.
RACHEL: Dat zijn de grote zorgen. En nogmaals: ik geloof ook dat AI heel veel goeds gaat brengen. In de gezondheidszorg, allerlei werk kunnen we beter en leuker maken. Dus AI is echt een tool dat ons als mensheid heel veel kan brengen. Onze oproep is: doe dat dan dus ook vooral duurzaam. Doe het bewust. Probeer echt AI te laten werken voor de mensheid in plaats van dat de mensen alleen maar weer aan het consumeren zijn. 'Doe mij een gezellig, makkelijk getraind modelletje om een of andere flutbijdrage te verzinnen.' Dus je wilt ook niet 'fast AI' hebben zoals 'fast fashion'. Je wilt echt duurzame AI hebben.
LYKLE: Tegelijkertijd: als je aan iets nieuws begint, ben je nog lang niet klaar om te optimaliseren. Dan moet je ontdekken waar je dat kan doen. Dus misschien is dit een fase waar we doorheen moeten, maar ik wil nu wel even de uitspraak horen. Je zegt zelf: Ik denk dat AI ons ook veel goeds kan brengen. Dus het is niet zo dat iedereen nu als de wiedeweerga moet gaan stoppen om te kletsen met ChatGPT, plaatjes te maken met Midjourney, en noem al die dingen maar op.
RACHEL: Dit is een gewetensvraag.
LYKLE: Maar dat is eigenlijk al dit.
RACHEL: Bij allerlei nieuwe technologieën, wat je terecht zegt, moet je door een soort stormfase heen dat dit uiteindelijk ten goede keert. Alleen de vraag is: lukt het ons als mensheid om het ten goede te laten keren? Met fast fashion proberen we ook al jaren te roepen: 'Dat moet anders. We moeten geen kleren kopen.' En dan zie je leuke oplossingen als Vinted of tweedehandswinkels. Maar als we niet uitkijken, zijn we zo doorgeslagen dat we bijna niet meer terug kunnen. Dat is dus wat je ziet. Misschien is dat een bruggetje, laat ik hem toch maar zeggen... Voor AI heb je ook datacenters nodig, want het moet ergens opgeslagen worden. Nederland is een datacenterland. We hebben relatief heel veel datacenters in Nederland. Dat betekent dus dat we dit wel doen, maar dat we zoveel energie nodig hebben dat we in die energietransitie data- of netwerkcongestie hebben.
LYKLE: Veel datacenters in verhouding tot het aantal inwoners, ons grondoppervlak?
RACHEL: Grondoppervlakte. Nederland heeft zo'n 250 datacenters.
LYKLE: Ik zie ineens een parallel met de vleesindustrie.
RACHEL: Het is een bewuste keuze van de overheid. De kabels komen ook bij Katwijk aan land, dus het is goed dat we in Nederland economisch hierin investeren. Maar als je naar een land als China kijkt, heel veel groter dan Nederland, daar zijn 500 datacenters. Wel het grootste datacenter van de wereld staat er, ongeveer 1 miljoen m2. Maar goed, die AI moeten we ergens kwijt. Daar hebben we datacenters voor nodig. Cloud bestaat niet. Cloud is een slimme plek hoe je die datacenters met elkaar verbindt en gebruikt.
LYKLE: De cloud is niet magisch, letterlijk de wolken in en het kost niks. Nee, je moet er infrastructuur voor neerzetten en iemand moet dat financieren, iemand moet dat aanzetten.
PEPIJN: De cloud is iemand anders z'n computer.
LYKLE: Nou. Hier gingen we vorig jaar ook doorheen tijdens dit gesprek, dat je denkt: Potverdorie zeg, het valt wel tegen.
RACHEL: Nou ja, dat niet. Wat je zegt: waar je mee start, is denk na over je dataopslag. Dat moet je als organisatie doen. Ik denk ook dat je als individu daar ook een verantwoordelijkheid in hebt. Dus we hebben daar ook een plaatje voor meegenomen. Dit is natuurlijk waar we nu mee bezig zijn.
LYKLE: We verwachten dit kalenderjaar ruim 181 zettabyte. Wie verzamelt dat dan? Nederland, Rijksoverheid, wereldwijd?
RACHEL: Dit komt volgens mij van de Verenigde Naties, dit cijfer. Het is ook een inschatting. Ik denk ook elke keer: Hoe meet je dit dan? Dit zijn natuurlijk rekenmodellen, misschien wel AI, die zoiets berekenen. Maar als je dan denkt: '181 zettabyte, wat is dat dan?', dan maken ze de parallel dat het alle zandkorrels op de wereld zijn. Of als je 181 zettabyte op dvd'tjes zou branden dat je ze 23 keer achter elkaar kan leggen naar de maan en weer terug. Dus we hebben gigantisch veel data.
PEPIJN: Niet te omvatten.
LYKLE: Nee, echt niet te bevatten.
RACHEL: En dat is van dit jaar, dus met AI erbij. Daar maakt men zich dus zorgen over, dat dat exponentieel maar blijft groeien. Dat komt ook omdat we niet opruimen.
LYKLE: Ah, dat klinkt als een handelingsperspectief op z'n minst.
RACHEL: Een zeer goed handelingsperspectief. Dat is ook het overgangetje naar wat we het tweede halfuur willen bespreken, namelijk groeten van de databerg. Volgens mij zou jij deze slide doen, Pepijn.
PEPIJN: Ja, want als we het over data hebben zie je dat maar 14 procent van de data die we gebruiken 'business critical' is, oftewel data waar we echt wat mee doen. 32 procent van die data die we hebben is overbodig, verouderd, was ooit business critical, maar nu niet meer. Maar hoe verder we naar beneden gaan... 54 procent data is al niet meer herleidbaar binnen de organisatie, was ooit relevant, maar niemand weet meer waarom en wanneer. En 68 procent van de data wordt helemaal niet meer gebruikt, staat ergens opgeslagen op een server, maar niemand weet waarom en waarvoor.
LYKLE: Alsof je een gang vol met kamers met kasten hebt met dossiers erin waar nooit meer iemand een hand oplegt.
RACHEL: Je wilt natuurlijk niet teruggaan naar vroeger. Maar vroeger had je een archivaris. Die zat vaak in de kelder. Die had mooie dozen. Die werden gevuld. Op het moment dat het archief vol zat, gingen we opruimen en kwam er een grote container... Ik kom uit het facilitair domein, dus dat kan ik me goed herinneren. Dan kwam er zo'n vrachtwagen, gespecialiseerd om alles te vernietigen. Dan werden er keuzes gemaakt. De informatiehuishouding aan de voorkant, de hardcopyversie, moest goed georganiseerd zijn. In de cloud wordt dat ingewikkelder, want wat staat waar? En zit er nou ook data aan waarvan je zegt binnen de Rijksoverheid: 'Dit mag weggegooid worden'? Daar zijn systemen voor. Bij Logius werken we met Doc-Direkt.
LYKLE: Digidoc, en allerlei andere versies van documentmanagementsystemen.
RACHEL: Ja, maar als je dan naar je eigen pc of laptop kijkt... Dat is ook een oproep aan de ambtenaren die dit webinar bekijken: ga eens na wat je ergens op een schijf hebt staan, wat je ook nog op je laptop hebt staan, wat je misschien nog met vijf mensen gedeeld hebt. Het is supermakkelijk om te delen. Dat was vroeger met kopiëren en printen ook al. Maar online is dat veel makkelijker.
LYKLE: Wellicht dat het ook een rol heeft gespeeld... Er is een soort democratisering gekomen door digitale producten op het maken van content, het maken van documenten, presentaties, spreadsheets, noem het maar op.
PEPIJN: En het verspreiden ervan.
LYKLE: Digitale artefacten. Dat kon dus ook allemaal vrijelijk gebeuren in heel veel organisaties, zonder dat het direct geraakt werd door die hele formele archiveringsregels en dergelijke. Dat werkt elkaar dan ook op de verkeerde manier in de hand.
RACHEL: Zeker. Het is ook wel grappig, en om deze reden dat we met elkaar verbonden zijn. Op het moment dat je in dienst treedt bij een organisatie, is het zelden dat je les krijgt in: wat zijn de afspraken met elkaar hier hoe we die data bewaren? We gaan er maar vanuit dat je binnenkomt en dat je met Outlook kan werken en dat je weet hoe je moet opslaan. Iedereen doet het een beetje gevoelsmatig vanuit je beste intentie. Maar hierdoor krijg je een soort van woekering van data. Dus wat wij bij de duurzame CAO doen, daar komen we later nog op terug, is echt het ontwerpen van een e-learning dat als mensen in dienst treden dat we mensen trainen: wat zijn de afspraken, de werkwijzes hier? En hoe ga je nou zorgen dat belangrijke informatie, in het kader van de Wet openbare overheid, goed wordt opgeslagen, terug te vinden is, maar dat het je ook helpt om digitaal fit te blijven.
LYKLE: Want daar komen die dingen ook weer samen. Je zou het niet alleen maar doen om minder CO2 te verstoken, je zou het ook doen om transparanter te kunnen zijn, zaken makkelijker vindbaar te maken en dus ook succesvoller samen te kunnen werken, omdat je minder tijd verdoet aan zoeken naar: wat is de laatste versie?
PEPIJN: Het is de Maand van de Digitale Fitheid. Daar past dit perfect in. Want door minder data te hebben is het overzichtelijker, kun je het makkelijker terugvinden en ben je uiteindelijk productiever.
RACHEL: Vorige week zag ik een onderzoek. Een gemiddelde kenniswerker is per dag ongeveer één tot twee uur aan het zoeken naar bestanden. Die data staan ergens opgeslagen en niemand weet waar het mogelijk zal zijn. Heb je wel de goede versie of heeft iemand in jouw versie zitten sleutelen en je kan het niet vinden? Ik zeg altijd: Niemand komt aan het einde van de dag van z’n kenniswerk en zegt: 'Ik heb vandaag lekker zitten e-mailen en twee uur zitten zoeken. Dat is mijn toegevoegde waarde aan de BV Nederland.' Dat beter met elkaar organiseren, is gewoon hartstikke essentieel.
LYKLE: En daar gaan ze dus ook hand in hand. Je noemt die getallen. Uit ander onderzoek blijkt ook dat 240 uur op jaarbasis voor een kenniswerker, dat die op die manier tijd verdoet. Daarbovenop komt nog hoe handig hij of zij wel of niet met z'n apparaat is. Dat kan ook tussen de 4 en 40 uur op jaarbasis schelen. We compenseren ook nog voor dingen die we wel wisten, maar niet terugvinden. Uiteindelijk telt het op tot tussen de 500 en 1000 uur per jaar dat een organisatie, niet alleen overheden, per medewerker kwijt zijn aan dit soort onhandigheid. Je zou niet alleen heel veel CO2 besparen, maar je zou ook enorm veel winnen in je eigen effectiviteit en die van collega's.
PEPIJN: En daarmee arbeidsvreugde.
RACHEL: Je werkt gemiddeld 1640 jaar als je fulltime werkt.
LYKLE (LACHEND): 1640 jaar of uur?
RACHEL (LACHEND): Uur, sorry. Anders word je wel heel oud. Dus als je dan al 500 uur van die 1640 uur aan het zoeken bent, dat kunnen we toch beter besteden.
LYKLE: Je zou nu dus al meteen een heel happy gevoel kunnen krijgen van: Ik ben minder CO2-afval aan het veroorzaken door minder kopietjes te versturen, meer op te ruimen. Dat is het ook. Het is niet zo van: ik heb m'n mailtje gelezen, ik sleep het in een mapje ergens in m'n Outlook-archief en daarna stopt het met energie verbruiken.
PEPIJN: Het is niet weg.
RACHEL: Als je zegt: een gemiddeld e-mailtje is 7 gram CO2, zonder bijlage, maar dat is inclusief vijf jaar bewaren ergens in een cloud, op een server. De bewaartermijn zit er ook echt in. In een archief heb je de ruimte nodig en zit het in een doos als het hardcopy is, maar als het digitaal is, dan staat het ergens te staan. Daarvoor heb je elektriciteit nodig, water, apparaten om het op te slaan. Het staat niet stil.
PEPIJN: Ter verbeelding hebben we vanuit de pilot duurzame CAO Rijk ook een installatie laten ontwikkelen door een aantal ontwerpers die met ballonnen aangeven hoeveel CO2 er nou eigenlijk in een mailtje zit. Dan schrik je. Dat zijn best grote ballonnen.
LYKLE: We moeten stoppen met hamsteren. (GELACH)
In beeld: een hamster achter een toetsenbord.
RACHEL: Ik vind dit altijd een heel zoet plaatje. Ik roep overal waar ik kom: We zijn met z'n allen digitale hamsters geworden. We zijn alleen maar data. Allemaal fijn, al die foto's. Dit is het handelingsperspectief. Hier moeten we over nadenken. Een hamster bewaart alleen eten wat die in de winter nodig heeft. Die gaat niet heel veel zitten hamsteren om het nog vijf jaar te bewaren. We moeten veel meer op maat nadenken: wat willen we nou bewaren?
PEPIJN: Bewuste hamster.
LYKLE: En niet de eekhoorn, want die is heel vergeetachtig. Daarom heeft die veel verschillende plekjes. De hamster is het betere dier, om een vergelijking te maken. We gaan even terug naar jullie, beste kijkers. Deze keer mag je zelf het antwoord invullen. Je mag zelf selecteren, bedoel ik. Het is geen goed-of-foutvraag. Maar heb je enig idee hoeveel foto's je op dit moment hebt staan op je mobiel?
In beeld de antwoordmogelijkheden: ±100, ±1000, ±5000, ± meer dan 10.000.
Het is een poll. We zijn heel benieuwd. Ik zou voor mezelf al twijfelen of ik niet 'd' aan moet tikken, want ik heb ergens in 2008 m'n eerste iPhone gekregen. Vervolgens ben ik ook in dat ecosysteem doorgegaan, dus ik heb een fantastische geschiedenis. Het is heerlijk om foto's van m'n kinderen terug te zien, van reizen die ik gedaan heb. Dus ik denk dat het er echt wel heel veel zijn.
RACHEL: Een foto is een fantastisch moment. Vaak stel ik deze vraag ook bij workshops of presentaties die ik geef. Dan gaat men allemaal braaf naar z'n telefoon. Dan zeg ik: Toen mijn overgrootouders in 1918 trouwden... Twee foto's. Dat was echt een speciale foto. Die hangt heel mooi bij m'n moeder thuis. Ga nu naar een gemiddelde bruiloft... Je hebt een fotograaf, die maakt er een paar honderd. Al je bezoek maakt ook een paar honderd bij elkaar. Dan heb je vaak nog iemand die een video opneemt. Dus het is enorm geëxplodeerd. Dan heb je al die trouwfoto's. Durf je dat weg te gooien? Ik heb een hondje, ben ik heel gek van. Ik heb foto's van toen hij puppy was. En ik voel het zelf ook, dat ik denk: durf ik dit weg te gooien? Dit is zo'n mooi moment.
LYKLE: Maar daar kan je ook op een andere manier naar kijken. Ik gaf het voorbeeld van een Apple-apparaat. Ik gebruik die iCloud-service. Dan wordt het gesynchroniseerd naar de servers van Apple en naar andere apparaten van mij. Maar ik kan ook best zeggen: 'Deze foto wil ik bewaren. Die sla ik op op een usb-stick, een solid state harde schijf.' Die zijn tegenwoordig niet meer zo groot. 'Dan leg ik die ver weg in de kast. Dan heb ik hem wel, maar neemt het geen stroom.'
RACHEL: Je moet dus een extra handeling doen. Het is net zoals je statiegeldflesjes naar de winkel brengen. Er moeten extra handelingen gebeuren om dit goed op te slaan. Ik zit te kijken of we nog naar de poll terug kunnen, de resultaten. Ik krijg er heel vaak boze reacties op. Mensen die zeggen: Ik heb lekker veel foto's. Gemiddeld zie ik dat mensen 5000 foto's ongeveer op hun telefoon hebben staan. Ikzelf ook. Ik probeer tegenwoordig echt op tijd weg te gooien. 5000 dus. Maar ik kom ook mensen tegen, die hebben 60.000, 70.000 foto's. Dat gebeurt. Dan maak je een gezellige foto, doe je klik, klik, klik. Dan heb je er 10. Dan kies je de beste uit voor Instagram, WhatsApp, maar de rest gooi je niet weg.
LYKLE: We zien in de poll: de eerste optie zijn minder mensen. De laatste optie zijn er meer, maar minder dan de middelste twee.
PEPIJN: 100 foto's vind ik bemoedigend.
LYKLE: Enkele duizenden. Nog steeds wel flinke aantallen. Zullen we nog eens een vraag erachteraan doen? Die hebben we ook nog. Dit was weer een digitaal ding. O ja, één stapje terug. Hoe gaan we nou aan de slag? We hebben al een paar dingen genoemd, maar jullie zijn de experts. Dus waar vinden jullie dat we moeten beginnen?
RACHEL: Het begin is om na te denken over je digitale fitheid. Als het jezelf raakt, als je er last van hebt, dan is het het makkelijkst om te gaan handelen. Ik daag ook iedereen die naar dit webinar luistert of kijkt uit: denk eens na hoeveel tijd je kwijt bent met zoeken. Wil je daar geen ander handelingsperspectief op? Dat is denk ik heel belangrijk. Alhoewel ik ook van mening ben dat we heel veel systemisch kunnen oplossen. Dat het vraagt om nieuwe technologieën. Onze e-learning moet daarbij gaan helpen. Dat je skills, kennis en vaardigheden krijgt om het goed te doen. Die foto's op je telefoon, kan je die niet op een andere manier ergens bewaren? Daar moet je wel kennis voor hebben en je moet er skilled in zijn.
PEPIJN: Ander voorbeeld. Er wordt heel veel gemaild binnen Rijksoverheid. Iedereen mailt alles aan iedereen, iedereen staat in de cc. Dat kan ook anders. Dat kan je ook met Teams via een chat doen bijvoorbeeld, waardoor je niet al die mailtjes rond hoeft te sturen, waarbij je een linkje stuurt naar één document in plaats van dat je het document als bijlage meestuurt. Dat zijn al enorme verbeteringen die je kunt aanbrengen.
RACHEL: Dan moet wel de samenwerkingsruimte het doen. Dus het is ook een oproep naar de collega's die deze IT-technologie verzorgen. Het vraagt om echt integraal nadenken met elkaar, waarin je HR nodig hebt, die zegt: We gaan zorgen dat mensen de juiste skills en vaardigheden hebben. Je hebt de IT-mensen, die zorgen dat het systeem het doet.
LYKLE: En datgene het makkelijkst maakt wat het beste voor ons allemaal zou zijn.
RACHEL: Ja, en dan heb je ook nog de manager nodig, die daarop managet. We hebben ook een slide meegenomen van: hoe ga je dan aan de slag? Laten we toch maar eerst die van de organisatie nemen.
In beeld: Hoe ga je aan de slag? Voor jezelf: Wees je bewust dat ook IT een voetprint heeft; ruim je mailbox op, ook thuis; minder beeld; recycle apparatuur of geef het door; gebruik een groene zoekmachine. Als organisatie: Informatiehuishouding op orde; ontdubbel of verklein het digitale archief; ontwikkel duurzame tooling zodat medewerkers o.a. slim data delen; denk na over databudgetten; check of de organisatie een e-wastebeleid heeft, voorkomen is beter dan genezen; sten een green(e-)team samen; check de IT-keten (leveranciersmanagement en contractmanagement).
PEPIJN: Beleid.
RACHEL: Beleid. Is je informatiehuishouding op orde? Dat is echt de eerste vraag. Er zijn afdelingen voor die dit met hart en ziel doen, en toch bereiken ze niet alle ambtenaren. Dus ik denk dat hier een opgave ligt om te zorgen dat we daar met elkaar juiste afspraken maken, dat het beleid klopt. Als je die informatiehuishouding op orde hebt, dan kan je dat ontdubbelen doen. Dan kan je zorgen dat mensen dat verkleinen of ontdubbelen. Wat ik al zei: er moet tooling zijn, zodat medewerkers dat goed kunnen doen. Dat je niet loopt te zoeken waar. M'n eigen ergernis met de samenwerkingssites. Bij Defensie moet ik echt een omweg doen om te zorgen dat iemand aangesloten is. Als je haast hebt, ook ik ben niet roomser dan de paus, dan denk je: 'Jemig, toch maar even een pdf'je meesturen.' En dat wil je niet. En wat ik heel leuk vind, zijn die databudgetten, hè, Pepijn.
PEPIJN: Wat we nu zien is dat de mailboxen elke keer worden vergroot, zodat mensen maar geen mail hoeven weg te gooien en er geen klachten komen bij de helpdesk over 'mijn mailbox is vol'. Maar dat is niet wat je wilt. Eigenlijk zou je juist die mailboxen misschien wel moeten verkleinen en mensen daarbij moeten dwingen om hun mail op te ruimen, om die prullenbak eens leeg te gooien.
LYKLE: En als ze goed ondersteund worden in hoe ze die keuzes maken wat wel of niet bewaard moet worden en waar, dan wordt dat ook makkelijker.
PEPIJN: Je ziet dat SSC-ICT ook wel tools ter beschikking stelt om mail te archiveren, los van de server. Dus die dingen zijn er wel, maar digitale fitheid, je moet het weten en kunnen.
RACHEL: Ja, dus die organisatie heeft daar een verantwoordelijkheid in. E-waste. Zonder apparaten kan je geen data met elkaar delen. Dus zorg dat je als organisatie echt een e-wastebeleid hebt, want voorkomen is beter dan genezen.
LYKLE: Bijvoorbeeld ook dat als een apparaat z'n levensduur gehad heeft dat het ook netjes ingenomen wordt, zodat de kans het grootst is dat het hergebruikt, repurposed, gemined kan worden voor materialen.
RACHEL: Ja, dat betekent dus dat het apparaat dat je gaat inleveren echt ontdaan is van alle pincodes, simlocks en wat dan ook, dat het hergebruikt kan worden. En dat die data ook niet nog op het apparaat staat.
LYKLE: Kleine overlap met cybersecurity.
PEPIJN: Voor de zakelijke apparaten is het allemaal goed geregeld. Als die apparaten worden ingeleverd, worden ze netjes geschoond en kunnen ze daarna of worden gerecycled, of voor maatschappelijke doeleinden worden ingezet. Maar dan moet het wel worden ingeleverd.
LYKLE: Als dat niet gebeurt, dan is de rest zoek. Helder.
RACHEL: Binnen Logius, leuk om te benoemen, hebben wij een Green Team. Dat is wel een heel fijn 'instrumentarium', een groep mensen. We zijn nu met z'n tienen ongeveer. Echt groen-ambassadeurs die dit heel belangrijk vinden. Nadenken over je digitale dataopslag bespreken we ook vaak in het Green Team. We geven gevraagd en ongevraagd advies aan de directie. Dat is een mooi instrument in een organisatie om die verduurzaming te versnellen en aan te jagen. Het zijn mensen uit de dwarsdoorsnede van de organisatie.
LYKLE: Dan heb je ook draagkracht en contact.
RACHEL: Wat ook een hele belangrijke is, is met je leveranciers contact te hebben, want bij die dataopslag zit een enorme keten van partijen in die allemaal belang hebben bij dat die data worden gestored. Dat betekent leveranciersmanagement, contractmanagement, dat dit een gesprekspunt is dat je met je leveranciers bespreekt. Hoe ga je om met je data?
PEPIJN: En meenemen in contracten.
RACHEL: Dus dat als organisatie. En voor jezelf. Wees bewust dat IT footprint heeft. Het is echt fantastisch als je je kinderen kan laten gamen, of 's avonds nog even een voetbalwedstrijd kan zien op een andere manier. Het is heel fijn dat het leven zo is georganiseerd. Maar het heeft een footprint. We zijn natuurlijk nu bezig om ambtenaren, kenniswerkers binnen Rijksoverheid, na te laten denken over hun data. Maar ook thuis heb je ook je digitale archief. En minder beeld. Het is natuurlijk heel ingewikkeld.
LYKLE: Dit gaat over videoconferenties?
RACHEL: Videoconferenties, video on demand, alles wat je aan het doen bent. Als je met meer dan tien mensen in een online vergadering zit, dan kan je ze toch niet alle tien zien. Zet je beeld uit, want dat is besparend en zorgt dat er minder waterverbruik is.
PEPIJN: Zowel data als energie.
RACHEL: Recycle je apparatuur en gebruik groene zoekmachines. Dat vind ik zelf ook ingewikkeld. Gisteren zag ik een chat op LinkedIn voorbijkomen met allerlei adviezen over goede AI-tools die je kon gebruiken. Ik miste de duurzame, dus die heb ik even toegevoegd. Is er ook een duurzame AI-chat? En misschien moeten we daar ook als Rijksoverheid, of in ieder geval de partijen die dit faciliteren, dat die echt moeten zeggen: wij gaan voor groen.
LYKLE: Ik dacht dat we ook nog de mensen thuis gingen vragen naar hun mobiele telefoons.
PEPIJN: Daar ben ik benieuwd naar.
LYKLE: Wat heb je thuis nog aan afgedankte telefoons in een la of kast liggen?
In beeld de antwoordmogelijkheden: 0, 1 tot 4, 5 tot 9, meer dan 10.
LYKLE: Je mag weer kiezen. Geen goed antwoord. Maar als je iets anders aanklikt dan de eerste twee, dan heb je kansen laten liggen om materiaal te recyclen. Je ziet vrij vaak wel dat als je een nieuwe telefoon koopt, dat je je oude in kan leveren en er misschien nog geld voor krijgt. Maar als je heel zuinig bent op je telefoon en zo oud is dat die niks meer waard is, is het dan nog steeds de moeite om hem netjes te laten innemen?
RACHEL: Altijd. Elk device dat je al 10 of 15 jaar in een kast hebt liggen, in het kader van urban mining... Want er zijn echt fantastisch goede recyclebedrijven in Nederland die op heel verantwoorde manier de ertsen en mineralen eruit halen, alles wat bruikbaar is. Je kan ze ook voor goede doelen inleveren, voor Stichting AAP of CliniClowns.
LYKLE: Dan gaan eventuele opbrengsten naar hen.
RACHEL: Daar gebeurt heel veel, in dat urban mining. Maar ik denk dat je nog gigantisch veel kan winnen met urban mining. Dus alles wat in je kast ligt.
LYKLE: De meerderheid van de mensen heeft één tot vier telefoons in de la liggen. Niemand heeft er meer dan tien liggen, denkt die. (LACHEND) Sorry, hoor, ik zou even checken. Maar er is nog wel wat te winnen. Ik snap ook dat je een telefoon achter de hand houdt als reserve voor het geval je actieve telefoon stuk gaat. Maar vier voor één persoon is misschien wel een beetje veel.
RACHEL: Op een gegeven moment lopen ze ook uit, en worden ze niet meer ondersteund. Accu's gaan stuk. Maar ook met je snoeren en alle randapparatuur. Als je het niet meer gebruikt, ruim het op. Je wil geen hamster zijn. Je kan niet alles bewaren.
LYKLE: En ook voor de ruimte in je huis is het fijn als het niet meer in de weg ligt, je niet eerst nog die doos opzij moet zetten voordat je bij de andere dingen kan.
PEPIJN: Je doet er niks mee, hebt er niks aan. Terwijl als je het inlevert, kan het hergebruikt worden.
LYKLE: Heb je toch weer een paar karmapunten ook. Het kwam net al ter sprake. Pepijn, volgens mij mogen we nog even naar impact. O, eerst deze nog even. Bewaren of weggooien?
In beeld: Bewaren of weggooien? Belangrijke documenten; beslissingen; reconstructieproces. Noot: het proces waarin je werkt moet gereconstrueerd kunnen worden aan de hand van de bewaarde documenten en e-mails.
RACHEL: Vorig jaar hebben we die ook gehad. De Rijksoverheid heeft heel veel al gedaan aan richtlijnen. Dus als je naar het Rijksportaal gaat, kan je zelf op zoek gaan naar: hoe moet ik bewaren of weggooien? De richtlijn is: belangrijke documenten om een proces te construeren moeten bewaard worden. Dat moet bewaard worden op de G-schijf, dat moet bewaard worden in de officiële systemen die jouw rijksonderdeel gebruikt. Dat is in je eigen organisatie. Er is altijd een collega die daar verantwoordelijkheid voor heeft. Maar zorg dat je de juiste kennis hebt en de juiste vaardigheden om dit te doen. We hebben daar nog een aantal andere. Hij kwam al, de cc. Dat moet je niet doen.
In beeld: Bewaren of weggooien? Privémails hoef je niet te bewaren. Andere voorbeelden van e-mails die je niet hoeft te bewaren: een e-mail die je cc of ter informatie ontvangt; e-mails met werkafspraken; nieuwsbrieven, nieuwsoverzichten, reclame; e-mails die te maken hebben met personeelszaken; e-mails die ter herinnering naar je zijn gestuurd en die geen nieuwe actie vereisen.
LYKLE: En als je ge-cc’d bent, zou je dat moeten weggooien.
RACHEL: Volgens mij is de beste afspraak om niet meer te cc'en in een organisatie. Als je wilt dat een ander er iets mee doet, het leest, zet die dan in de aanhef. Je kan meer weggooien dan je denkt. Dat staat ook in die richtlijn. Het belangrijkste is het OHIO-principe, Only Handle It Once, met een e-mail. Beter voor je digitale fitheid, en beter voor de duurzaamheid.
LYKLE: Johan Cruijff vond dat ook belangrijk. Eén keer raken en doorspelen. Niet meer mee terugkomen.
RACHEL: Dat is ook het bruggetje. Waar we met z'n allen naar streven, is dat we als ambtenaren waarde toevoegen. Die pilot duurzame CAO vind ik een hele mooie. Heel blij dat ik daarop mag aansluiten.
In beeld: Besparen van dataopslag; verbeteren van digitale fitheid ambtenaren; betere inbedding duurzame principes en bijdragen aan Klimaatwet. De pilots in dit project zijn: hardware, data, inzicht & opleiding.
PEPIJN: Dat is inderdaad een mooi bruggetje. Die pilot duurzame CAO Rijk is de gezamenlijke afspraak tussen vakbonden en werkgever Rijk om aan de slag te gaan met verduurzamen in de arbeidsvoorwaarden. Die gaat nog een stap verder dan de huidige CAO. Als je kijkt waar het voor ICT om gaat, dan gaat het om hardware, wat je nodig hebt voor je werk, om daarop te verduurzamen. We noemden net eventjes het recyclen van devices. Maar misschien ook wel een duurzamere keuze van devices, langer doen met een apparaat. We hebben het vandaag uitgebreid over data gehad. En ook inzicht in de opleiding. Weet hoe je beter met je data en met je apparatuur om kunt gaan om uiteindelijk daarmee digitaal fitter te zijn, beter je werk te kunnen doen, duurzamer je werk te kunnen doen en een betere, blijere ambtenaar te worden.
LYKLE: Die pilot loopt al langer. In de huidige versie van de CAO zijn ook al wat resultaten van eerdere onderdelen van de pilot verwerkt. Dus dat blijft groeien. Je doet al mee, kan ik zeggen tegen iedereen die onder de Rijks-CAO valt. Laten we naar een afronding toe gaan. Er komt, leuk, wat binnen in de chat. We moeten even terug naar de vraag die we stelden over die terabyte een jaar lang opslaan. We hebben gezegd dat het goede antwoord 1 ton was. Maar ik had per ongeluk in de poll aangetikt dat 2 ton het goede antwoord was. En de vervolgvraag was: die 72 treinen, is dat dan voor 1 ton of 2 ton?
RACHEL: Als ik het goed heb is dat voor 1 ton. We hebben alle linkjes bij de shownotes gezet. Links- of rechtsom: we hebben heel veel resources nodig om dit te doen. Het is heel lastig tastbaar, dus in het kader van 'denk groot, dit moeten we oplossen, doe klein en begin ergens', is dat toch bij jezelf nagaan: hoe kan ik bijdragen aan een betere wereld? Dat we niet die mensen in Afrika heel verdrietig met het handje die grondstoffen uit de grond moeten laten halen, of dat we het op een boot dumpen ergens op de wereld. We hebben met z'n allen impact op wat we met elkaar doen, en ook wat we voor de toekomst van de wereld met elkaar willen.
LYKLE: Ruim je digitale bestanden op, doe langer met je devices, en als een device klaar is, zorg dat het in die stroom terechtkomt waarin het hergebruikt of opnieuw gemined kan worden.
PEPIJN: Dat is laaghangend fruit.
LYKLE: Dat kan iedereen zo al doen. We noemden groene zoekmachines. Kun je daar voorbeelden van geven? Heb je een paar namen?
RACHEL: Die heb ik even niet zo paraat, maar die gaan we wel toevoegen.
LYKLE: Dan voegen we het toe aan de shownotes. Dank voor de vraag. Maarten wil weten: heb je een goede tip voor plekken om oude elektronica in te leveren? Je gebruikt urban mining als term.
RACHEL: Als je googlet, hopelijk op een groene zoekmachine, 'waar kan ik m'n telefoons inleveren?'… Bij mij in de buurt, Den Haag Centrum, kon het bij een fotowinkel waar het ook naar een heel goed doel ging. Het is een beetje van welk doel jij heel prettig vindt. Maar zet het niet zomaar op straat, verbrand het niet.
LYKLE: Misschien krijg je er nog euro’s voor als je hem netjes inlevert bij de fabrikant of de winkel waar je hem gekocht hebt. Is die ouder, dan kan die nog steeds heel waardevol zijn voor een goed doel.
RACHEL: Urban mining, misschien moeten we daar volgend jaar een keer een webinar over houden, is gewoon heel mooi. Eigenlijk hebben we alle grondstoffen al. Als we het maar uit de laatjes, de kasten, de krochten van het huis halen, of van de organisatie, dan kunnen we met z'n allen heel veel nieuwe systemen bouwen.
LYKLE: Dan naderen we het einde van dit uur, met een hele geweldige update op het gebied van digitale duurzaamheid. Ik denk dat ik ga afsluiten, met jullie welnemen. Dit webinar is onderdeel van de Maand van de Digitale Fitheid. Als je daar nog meer van wil weten, kun je naar maandvandedigitalefitheid.nl gaan om nog andere evenementen later deze maand te zien. Het webinar werd gemaakt door RADIO, de RijksAcademie voor Digitalisering en Informatisering Overheid. Werk je bij de Rijksoverheid of een andere overheid, aarzel niet om ons aan te tikken en hulp te vragen bij alles wat je wilt weten over digitalisering. We vinden het superleuk om jullie te helpen, en je hebt maar weer gehoord hoe belangrijk het is dat we daar met z'n allen de schouders onder zetten. Rachel Kuijlenburg, Pepijn van der Spek, heel erg bedankt dat jullie hier waren. Marie Louise, heel erg bedankt voor het bemensen van de chat en het starten van de polls. Heren achter de camera en achter de microfoon, superbedankt voor alle hulp. Jullie, lieve kijkers, bedankt voor het kijken en deelnemen. Deze opname komt later in de maand beschikbaar om terug te kijken. Daar zullen wij vanuit RADIO tijdig bericht van geven. Voor nu wil ik jullie danken voor jullie deelname, en graag tot de volgende keer.
In beeld: Logo Rijksoverheid. Logius. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Denk na over je dataopslag! 17 maart 2025. Rachel Kuijlenburg & Pepijn van der Spek.
Terugluisteren Denk Doe Duurzaam Podcasts
Luister eens een podcast van Denk Doe Duurzaam terug over de verduurzaming van de bedrijfsvoering van het het Rijk. Speciaal voor jou aflevering 3 en 9 over duurzame ICT en onzichtbare data.
Denk Doe Duurzaam Podcast aflevering 3: De weg naar duurzame ICT bij het Rijk
Denk Doe Duurzaam Podcast aflevering 3: De weg naar duurzame ICT bij het Rijk
00:00:05 - 00:00:50
Peter van Emden: Dit is de Denk Doe Duurzaam podcast van de Rijksoverheid waarin we praten over alles wat nodig is voor een duurzame bedrijfsvoering bij het Rijk. In deze aflevering hoor je meer over de uitdaging van drie categoriemanagers voor het verduurzamen van ICT-hardware. De ambities zijn hoog, maar er is nog een weg te gaan naar 2030, het jaar waarin de bedrijfsvoering van het Rijk klimaatneutraal moet zijn. Veel informatie vind je op de website, DenkDoeDuurzaam.nl, en daar kun je je ook abonneren op deze podcast en op onze nieuwsbrief. Ik ben Peter van Emden. Vandaag te gast in de uitzending: Muharrem Karaarslan, Lucien Claassen en Rene Bergsma. Welkom heren. En ook Ivo Bonajo jij bent programmamanager van Denk Doe Duurzaam. Ivo Welkom.
00:00:50 - 00:00:52
Ivo Bonajo: Dank je wel leuk om hier te zijn.
00:00:52 - 00:00:59
Peter van Emden: Ja, om bij de categorie managers te beginnen, Muharem kun jij kort aangeven wat. Wat doet een categoriemanager eigenlijk?
00:01:00 - 00:01:42
Muharrem Karaarslan: Een categoriemanager is verantwoordelijk voor rijksbrede inkoop van generieke producten en of dienstverlening. Daarnaast is er ook de categorie, dankzij die inkopen een plan waar kennis en ervaring gebundeld kan worden en geconcentreerd kan worden. Over ins en outs hè, marktontwikkelingen van de producten en diensten die een categorie inkoopt zo kun je denken aan in ons geval, waar duurzaamheid rondom ict en hardware gebundeld kan worden, waar rijksbreed gebruik van gemaakt kan worden. Kijk even naar Lucien in zijn geval.
00:01:42 - 00:02:14
Lucien Claassen: Nou ja, mijn verantwoordelijkheid is ICT werkomgeving Rijk en dat is een categorie die gaat over alle ICT, die in de kantoorpanden ziet en die de medewerking van het Rijk meekrijgen dus dan kun je denken aan de vergader schermen. Hier staat toevallig ook eentje, die in de vergaderzalen staan, maar ook de de laptops de smartphones, de tablets die mensen meekrijgen naar huis, maar ook op kantoor, de printers, de beeldschermen eigenlijk alles wat je daar aan ICT ziet dan sluiten wij hele grote contracten voor rijksbreed.
00:02:14 - 00:02:20
Peter van Emden: Ja, hoe? Hoe belangrijk is het om daar dan duurzaam in te in te zijn?
00:02:20 - 00:03:26
Lucien Claassen: Echt heel belangrijk, maar dat ligt ook een beetje, zeg maar aan hoe je als categoriemanager in die wedstrijd zit. Hè, wij hebben een categorie waarvan wij eigenlijk willen dat die zo duurzaam mogelijk is. We willen als categorie ook echt als ambitie bij de koplopers van Europa horen, van de publieke inkopers qua duurzaam inkopen van ICT. En daarom heb ik al een aantal jaren geleden iemand uit mijn categorie, want formeel had ik categorie eigenlijk alleen maar contractmanagers en inkopers en een categoriemanager nou, ik had als categorie al een marktanalist en een adviseur duurzaamheid, dus ik had al iemand vrijgemaakt die zeg maar dat werkgebied kon gaan verkennen. Ja, en dat heeft uiteindelijk geleid dat we zeg maar een voorsprong hebben kunnen nemen, ook op het gebied van duurzaam inkopen. En de grap is: zeg maar, op het moment dat jouw afnemers om duurzaamheid gaan vragen, moet je eigenlijk als inkoper al geregeld hebben, want wij sluiten contract voor meerdere jaren. En op het moment dat er een afnemer komt die zeggen: ja, ik wil nu een hele duurzame telefoon, of ik wil nu een hele duurzame tablet. Dan kan het maar zo nog eens drie jaar duren voordat je een nieuw contract hebt, omdat je lopende contracten nog worden uitgediend.
00:03:26 - 00:03:26
Peter van Emden: Dat je dus eigen.....
00:03:27 - 00:03:37
Lucien Claassen: Dat hadden wij, ja, dat hebben wij dus op die manier voorzien. Dus wij zijn eigenlijk voor de muziek uit gaan lopen en wij hebben al duurzame contracten gesloten voordat eigenlijk onze afnemers erom gingen vragen.
00:03:38 - 00:03:47
Peter van Emden: Oké, en jullie hebben ook een een gezamenlijke klantenraad heb ik me laten vertellen. Wat is een, een, een klantenraad? Dan wend ik me even tot tot Rene Hallo René.
00:03:47 - 00:04:06
René Bergsma: Hallo Peter, ja, wat is een klantenraad ja, dat is eigenlijk, geeft het eigenlijk al aan wat het wat het woord voorsteld. Het is een groep gebruikers in onze organisatie op directieniveau die eigenlijk richting geven aan de ontwikkelingen die waar wij op in kunnen spelen als inkopend Rijksoverheid ja.
00:04:06 - 00:04:12
Peter van Emden: Ja, en wat is wat is dan de rol van Denk Doe Duurzaam in in dit in dit geheel?
00:04:17 - 00:06:05
Ivo Bonajo: Momenten die ik altijd geleerd zeggen denk ik doe het duurzaam, hè het rijksbrede programma om de duurzaamheid van de Rijksoverheid nou te helpen bevorderen, denk ook juist omdat binnen heel veel plekken binnen de Rijksoverheid aan duurzaamheid wordt gewerkt. Gelukkig zeg ik daar ook bij dat dat op steeds meer plekken gebeurt. Maar de Rijksoverheid is een hele grote organisatie. Twaalf ministeries 140000 medewerkers, nou ja, heel veel ICT, waar we het vandaag over hebben, maar ook heel veel mobiliteit, heel veel gebouwen dus dat is een hele grote opgave. En nou, het is goed dat er op heel veel plekken aan gewerkt wordt. Maar soms is het ook belangrijk om daar de verbinding tussen te leggen, te kijken of al die initiatieven optellen tot nou bijvoorbeeld de doelstelling klimaatneutraal in 2030. En soms is het voor mensen ook best wel lastig door al die bestuurlijke lagen heen te komen. En dan gaan we als het programma ook helpen om, ja, als dingen vastlopen of stilstaan, om dat in beweging te krijgen. En ik denk wat ik altijd heel leuk vond aan de categorie managers en nog steeds is dat in die inkopen wordt het heel erg concreet. Hè dat beleid wat je als Rijksoverheid maakt. En nou, het gaat over concrete producten, dingen die je vast kan houden. En tegelijkertijd dat is eigenlijk ook wat leren zeggen, heb je ook een duurzame vraag nodig vanuit de top van die ministeries. Nou ja, als programma zijn we ook echt wel heel erg bezig om ervoor te zorgen dat die duurzame vragen ook komt en dat ook per ministerie duurzaamheidsbeleid is, zodat het dus niet alleen vanuit onderaan de organisatie omhoog wordt gebracht, maar dat er ook een duurzame vraag is. En als die ja, volgens mij, als die samenkomen dan dan krijg je versnelling.
00:06:05 - 00:06:14
Peter van Emden: Ja, eventjes aan een vraag aan de andere drie heren, de gasten zelf. Waar waar raken jullie categorieën elkaar?
00:06:14 - 00:06:53
René Bergsma: Ik denk dat het bij elkaar komt bij de klant, dus onze gebruiker, onze deelnemer, die heeft een behoefte en die verdeelt die weliswaar in de regel over onze categorieën, maar er zijn meer categorieën die ICT inkopen; dus software is ook inhuur een heel groot onderdeel daarvan is ook een onderdeel van ICT portfolio inkoopporfolio. En de tweede vergelijking is de markt. We komen ook samen in het gezicht van het Rijk naar de markt toe en dat is waar we het moment, denk ik, daar met elkaar over hebben. Impact maken doen we als inkoop door die markt te bewegen ook duurzaam spullen te gaan leveren. Met name Lucien en ik zit op echt dezelfde marktpartijen te acteren, hoewel daarachter wel weer andere partijen als vendor als fabrikant zitten.
00:06:53 - 00:06:57
Peter van Emden: Muharrem wil jij eens wat vertellen over jouw categorie. Wat doe jij?
00:06:57 - 00:07:42
Muharrem Karaarslan: De categorie connectiviteit is verantwoordelijk voor het rijksbrede inkoop van connectiviteitsdiensten . Waar je aan kunt denken zijn een aantal 1000 vaste verbindingen en ja grosso modo drie tot 400000 mobiele verbindingen. Dat zijn kantoorpanden hè, die voorzien worden van data verbindingen en internetverbinding maar het zijn ook boeien van bijvoorbeeld Rijkswaterstaat, matrixborden, telefoons, smartphones, tablets, radarposten, vuurtorens dus eigenlijk alles. Heel veel objecten van de Rijksoverheid die heel erg belangrijk zijn voor het primair proces van heel veel organisatieonderdelen hebben dataverbindingen nodig.
00:07:43 - 00:07:48
Peter van Emden: En dan en jij bent verantwoordelijk voor die data zelf, begrijp ik dat goed.
00:07:49 - 00:07:52
René Bergsma: Ik zou niet zeggen dat ik voor die data verantwoordelijk ben.
00:07:54 - 00:07:56
Peter van Emden: Ieder geval dat dat het allemaal goed opgeslagen en verwerkt kan worden.
00:07:57 - 00:08:32
René Bergsma: Ja, dat klopt je nou, dat is eigenlijk denk ik eens wat het is en we kennen allemaal de datacenters die, zeg maar in het publieke debat, wel de boventoon voeren van Google of van Microsoft of in Zeeland. En dat moet je ook bij een categorie datacenters voorstellen, in die zin dat alle spullen die daarin staan, dus dat zijn de kasten waar die al die service en storage en netwerkcomponenten ingezet worden, zeg maar door de ic noord ingekocht worden voor het hele rijk. En en dat stukje hè dat we dat goed doen, dat we dat netjes met de markt ook afspraken over maken en goed beheren. Dat is wat de categorisaties doet.
00:08:32 - 00:08:41
Peter van Emden: Lucien, jij bent verantwoordelijk voor de inkoop waar let jij nou op qua duurzaamheid? Zeg maar hoe. Hoe kun jij die duurzame vraag twee, drie jaar voor zijn?
00:08:42 - 00:10:10
Lucien Claassen: Ja, dat is inderdaad goed dat je dat zegt, hè, twee, drie jaar voor zijn, hè, je moet inderdaad op de muziek vooruitlopen Murarrem die legt het begin even uit. Categoriemanagement, maar dat is echt een strategische functie. Hè. Dus wij moeten niet alleen nadenken wat de inkoop behoefte is over twee, drie jaar, maar we moeten ook nadenken van wat willen we over op duurzaamheid gebied? Over twee, drie jaar, omdat het altijd ja, een aanbesteding, daar zit een behoorlijk traject voor om voor te bereiden. Dus je kijkt altijd: zeg maar ver in de toekomst. Ja en wat wat wat wij willen zeg maar als categorie qua duurzaamheid en wat wij nu doen in de contracten, dat is aan de ene kant MVI bestaat uit meerdere pijlers, waarbij de meeste impact op kunnen maken is op klimaat, op circulariteit en op ISV. MVI is: maatschappelijk verantwoord inkopen is tegenwoordig een bijgekomen sinds vorig jaar, het maatschappelijk verantwoord opdrachtgeverschap en inkopen en daar gaan we dat denk ik zo meteen nog over hebben. Maar dat betekent dus zo duurzaam mogelijk. En als je kijkt naar wat wij dan in die contracten doen; we zorgen ervoor dat de de werker apparatuur zolang mogelijk gebruikt kan worden. Dus we eisen een repareerbaarheid van de apparatuur, zodat het gerepareerd kan worden. We eisen een lange beschikbaarheid van reserveonderdelen we eisen lange garanties op bepaalde onderdelen die kritisch zijn, en we eisen softwareupdates zodat het apparaat ook veilig blijft. En dat is eigenlijk een soort samenspel als je dat faciliteert kun je lang met apparaten doen, en uiteindelijk wil je zo lang mogelijk met apparaten doen, want dat is vanuit circulariteit maar ook vanuit klimaat de meest handige optie.
00:10:10 - 00:10:21
Peter van Emden: Ja, wat ik hier ook een beetje weet je, ik heb zelf bijvoorbeeld, ik heb zelf mijn werktelefoon er ligt al driekwart jaar een nieuwe telefoon klaar op mijn bureau om nog eens een keer te installeren. Maar dit ding doet het nog prima.
00:10:22 - 00:10:53
Lucien Claassen: Hhet is goed dat je het zegt, hè, één van de speerpunten die wij in het categorie plan opschrijven is dat we eigenlijk een ontdubbeling van de ICT nastreven. Want heel veel ontdubbeling ontdubbeling ja, iedere ambtenaar heeft een telefoon van de zaak en maar ook nog een privé telefoon, dus die heeft de twee. Dat betekent twee, één keer materiaalgebruik twee keer twee voetprint en dat geldt ook voor laptops of andere computersspullen vaak heb je in privé iets en je hebt iets van je werk. Ja, hoe mooi zou het zijn, zeg maar als je het voor mekaar kan krijgen dat je dat je maar één apparaat hebt, die je zowel privé als zakelijk kan gebruiken, op een veilige manier.
00:10:53 - 00:11:00
Peter van Emden: Ja, dus eigenlijk zou je zou je zou je zeggen, de Rijksoverheid die moet in zijn Medisch contracten, meer Dublin, telefoons.
00:11:01 - 00:11:50
Lucien Claassen: Die hebben we al als alle telefoons die wij nu inkopen die zijn al de SIM of daar zit een mogelijkheid in om met een met een losse simcaart een losse sim te maken. Dus die mogelijkheid is er al. Maar het is ook een die mindswitch van: ga je het aanbieden? En we hadden het over die opdrachtgever en dit is echt een opdrachtgevers vraag, hè, geef, geef ik zeg maar in het assortiment van de Stedin verlenen. Geef ik die die eindgebruiker die ambtenaar de keuze tussen een telefoon en een losse simkaart die je eigen telefoon kan drukken. Of doe je dat niet? Hè? Of geef ik hem een telefoon die die ook privé mag gebruiken, maar die zijn eigen simca in mag stoppen, een zakelijke telefoon of doe ik dat niet? Er zijn naturlijk meerdere varianten van hè, om te ontdubbelen maar het is echt wel een een beleidskeuze om dat dan te stimuleren, want dienstverleners kunnen dit mogelijk maken, maar die moeten daar wel een een duurzame opdracht over krijgen.
00:11:50 - 00:11:52
Peter van Emden: Ja, die kan ik wel volgen. Ik zie Ivo.
00:11:53 - 00:13:35
Ivo Bonajo: Ja, dus opdrachtgeverschap is nu al een paar keer genoemd, dus ik ik de neiging om daar wat over te gaan vertellen. Maar ik, ik denk dat dat dus heel belangrijk is. Ik werk best al lang bij de Rijksoverheid nu bijna tien jaar en ik heb heel vaak gezien, zeker in die eerste jaren, als we dan een duurzaamheidsissue hadden, dan was de standaardreactie oh dat gaan we aan de inkopers vragen. Nou ja, die hè, die inkoopfunctie kan ervoor zorgen dat de duurzame producten worden worden ingekocht, maar het is ook echt heel erg een organisatievraagstuk hè, dus ook nadenken over dat moet echt vanuit die opdrachtgevers komen. Hoeveel van die producten heb ik eigenlijk nodig? Ga ik ze na twee jaar vervangen, na drie jaar vervangen of naar vier jaar vervangen? Nou, dat, dat besluit wordt niet in een inkooporganisatie genomen, maar hè binnen het Rijk, bij onze ICT-dienstverleners bijvoorbeeld, en er hoort ook ook ook nog duurzaam gedrag bij hè, hoe ga je de medewerkers in je eigen organisatie inlichten of voorlichten tot duurzaam gedrag? Hoe doe je dat slim? Vind ook wel een mooi voorbeeld, je had het net over die telefoon die bij jou al een tijdje op de plank ligt. Ja, waarom? Waarom staat er in een mal als als je zo'n instructie krijgt? Daar ligt een nieuwe telefoon voor je klaar, niet een mogelijkheid om aan te geven: "Ik wil mijn huidige telefoon nog langer gebruiken", want ik heb zelf ervaren als je belt en je zegt: als je dat wil, dan kan het wel. Maar ja, als je het voor medewerkers heel ingewikkeld maakt, dan dan gaan ze dat niet doen hè. Dan neem je dat nou, neem je dat gewoon aan. Dus die die rol van die opdrachtgever, die O is ook echt toegevoegd om te benadrukken: duurzame is echt een veel breder vraagstuk dan alleen wat we inkopen dat is ook weer zelf mee omgaan, onze eigen organisatie.
00:13:35 - 00:14:00
Peter van Emden: Wat dit kan, dat weten we al, want in de vorige podcast ging het ook over over over duurzame lunches en dergelijke. Daar is de mogelijkheid voor een voor. Als je, als je een lunch wil, waar waar vlees in zit, moet je wat moeite doen en dit zou dus ook. In theorie is het mogelijk. Maar goed, in theorie is heel veel mogelijk. Waar lopen jullie in de praktijk nu tegenaan? En dan begin ik even aan mijn rechterkant bij bij René.
00:14:01 - 00:15:14
René Bergsma: Loop ik er de praktijk tegenaan? Nou, ik denk dat het wel mooi is dat we begonnen met die ambitie. Die is hoog, zoals gezegd werd, en die wordt ook wel vanaf bovenaf zo beleefd hè, dat er veel druk is. We zitten een soort klimaatcrisis en dan moet er circulair zijn en zelfs dit jaar eigenlijk al, hè voor sommige onderdelen daarvan, dat vertalen naar de uitvoering. Wat dat nou betekent dat is voor niet alleen voor ons, denk ik, als categoriemanagement een uitdaging, maar ook voor gewoon de opdrachtgever zelf en daarin elkaar vinden van: hé, waar ben jij mee bezig? Ik vond het een mooi voorbeeld van het ontdubbelen hè, we hebben het hier over telefoons die ontdubbeld worden, maar in 2012/13 hebben 128 datacenters die het rijk toen het uit had, probeert terug te brengen naar vier. Ik zeg niet dat het er vier uiteindelijk zijn geworden, maar het zit. Er is een enorme ontdubbeling geweest en hier hebben we niet over een telefoontje hebben we gewoon over kubieke meters aan aan ruimte voor allemaal telefoontjes als het ware in staan. Dus het is een enorme effiencyslag en duurzaam is eigenlijk effiency. Dat heeft inkoop eigenlijk heel veel profijt van. Maar als je het samen met elkaar doet, dan maak je daar ook de winst, zeg maar haal je daarin. Wat waar je tegenaan loopt, is: denk ik, toch met elkaar samen optrekken om die enorme ambities ook handen en voeten te geven.
00:15:15 - 00:16:03
Ivo Bonajo: Ik vind ook wel een mooi, mooi voorbeeld van die datacenters en de hoeveelheid daarvan. Dus wat wat ik vaak nog zie in de praktijk, is dat dan de duurzaamheid is van de duurzaamheidsmensen. Maar maar je hebt juist ook die andere mensen nodig, mensen die nadenken over efficiëntie, kostenbesparing, dat het ook gewoon onderdeel is van de, van het standaardwerk want het voorbeeld wat ik eerder ook gaf over dat vinkje in zo'n mailtje opnemen van ik wil hem langer houden heb je geen duurzaamheidexpert voor nodig om dat voor elkaar te krijgen. Daar heb je gewoon iemand voor nodig die dat even programmeert en het erin zetten, en even gewoon. Als je vanuit efficiency denkt, zou je dat al moeten doen. Dus ik denk dat ook dat we vaak nog tegenaan lopen is dat duurzaamheid nog iets te veel van de duurzaamheidsmensen is en niet van andere plekken in de organisatie
00:16:03 - 00:16:13
Peter van Emden: Ik zou hem wel in ieder geval van zo'n telefoontje zelfs nog een stapje verder willen trekken. Dat je een mailtje krijgt van: hé, je hebt je, je hebt je toestel, je hebt je het toestel nu twee jaar. Als jij niet aangeeft dat je een toestel wil, dan?
00:16:14 - 00:16:22
Lucien Claassen: Dat is nog mooier. Nou, sterker nog, je zou zelfs in die mail aan kunnen geven, wat de besparing is van de voetprint op het moment dat je een jaar langer doet, hè, die geeft, hebben wij gewoon.
00:16:22 - 00:16:26
Peter van Emden: Iedereen er verantwoordelijk voor, want hoe hoe lang kunnen we met een telefoon doen?
00:16:26 - 00:17:53
Lucien Claassen: Tegenwoordig kun je met een android telefoon en met een appel telefoon ongeveer vijf jaar doen, je kun je het ongeveer vijf jaar lang security updates. ook nu, op de android telefoon zijn voldoende merken die dat kunnen leveren. Het enige probleem waar je nu nog tegenaan loopt en wat een beetje is, zeg maar de accu. Bepaalde merken hebben de naam, zeker vanuit het verleden, dat die accu na een jaar of drie echt slecht worden. Ja, dat dat kun je oplossen. Er zijn al merken die die die accus leveren, die die 1600 cycli meegaan. Nou, als je dat deelde 356 dagen, één keer per dag laden, dan kan die echt prima vijf jaar mee. Maar wat je eigenlijk wil, is dat alle fabriek kanten gewoon uiteindelijk accus gaan leveren in de telefoon die zo lang meegaan en en dat kunnen we vanuit inkoop regelen door bijvoorbeeld de garantie op een accu mee te prijzen in de telefoon. Dus ze zeggen: elke telefoon die jullie ons leveren als rijk heeft vijf jaar garantie op de accu. Komt die onder een bepaald percentage capaciteit, dan ga je gratis voor ons vervangen en daarmee zet je druk op die markt om zeg maar, telefoons te leveren die wel qua achter gewoon vijf jaar mee kunnen. Maar dat is ook een enorme besparing, want nu krijg je iedere twee jaar een nieuw toestel. Efficiency is een paar keer genoemd, hé hier volgens mij zeg maar zijn, is dit, zeg maar, als je naar de TCO: total cost of ownership kijkt van ICT, dan is duurzaam doen zelfs goedkoper. Want als je langer doet met apparaten dan wordt uiteindelijk. Dan worden de gemiddelde kosten per jaar worden lager. Ja, dus uiteindelijk gaan gaan gaan gaan besparingen en duurzaamheid je hand-in hand en, en dat moet echt bestuurders aanspreken.
00:20:12 - 00:20:26
Peter van Emden: Als ik het zo een beetje samenvat en correct me if im wrong: is eigenlijk de grootste opgave om iedereen een een gezamenlijke verantwoordelijkheid te geven en daarin mee te nemen.
00:20:26 - 00:20:50
Muharrem Karaarslan: Ja, ik denk inderdaad, hè, de sandwich intern, dus zowel bestuurders als als de operatie, dat je die enigszins op één lijn krijgt en de de markt, dus de leveranties en soms zijn dat hele grote bedrijven, heel ver weg. Dus dat is ja, dat zijn volgens mij nog onderbelicht: hoe krijg je de markt in beweging? En dan niet alleen duurzaamheid-technisch van circulariteit en klimaat, in hoeverre kun je dat technische noemen. Maar ook de sociale kant; ketenverantwoordelijkheid in het verre oosten. Dat zijn ook zaken die we, ik vooral, in mijn aanbestedingen een prominente plek geef.
00:21:46 - 00:21:48
Peter van Emden: Wie moeten als eerste nu echt in actie gaan komen?
00:21:49 - 00:22:18
René Bergsma: Volgens mij zijn we al een tijdje in beweging. Kan me herinneren, dat ik, ook ik werk al een tijdje het Rijk weet ik dat ik in 2018, toen het nog lege zaal, dit onderwerp, hè 100 procent duurzaam inkopen moest het toen zijn en dan zien wat er nu eigenlijk allemaal gebeurt. En de vraag die je stelt interesseert me wel: Hè van, hè, mis je iets in de klantenraad, ik ben eigenlijk hartstikke tevreden over de klantenraad, echt voor het eerst dat we zo'n grote groep hebben die we direct kunnen benaderen, en die hebben het hele categorie plan, zeg maar goedgekeurd.
00:22:19 - 00:22:19
Peter van Emden: Dat mag ook gezegd worden.
00:22:19 - 00:23:03
René Bergsma: Precies en we kunnen vier jaar lang volop aan de slag, met alle ambities die erin staan. En ik denk ook dat muharrem terecht aangeeft hè, we proberen een soort launching customer te zijn met elkaar, dus dat de Rijksoverheid zichzelf ook daadwerkelijk neerzet als van wij hebben behoefte aan duurzame circulaire verantwoord geproduceerde energie-neutrale producten af te nemen. Dus ja, ja, time for action ik denk dat we echt al volop in beweging zijn en ik zie heel veel goede voorbeelden juist op die werkvloer ook ontstaan en die verdwijnen wel eens wat in in de aandacht hè. Dus en dat vind ik het mooi aan Denk Doe Duurzaam, dat is een podium is waarin je ook al die positieve ontwikkelingen die er zijn, hè dat dat je die ook aandacht kunt geven.
00:23:03 - 00:23:08
Peter van Emden: En wat is dan een voorbeeld waar jij gewoon echt trots op bent? Of je denkt van ja, dat moet meer gedeeld worden. Dit is je kans.
00:23:08 - 00:23:36
René Bergsma: Ja, ik geloof dat trots niet altijd een goed woord is, maar ik, ik vind wel dat dat als ik kijk bijvoorbeeld bij IUC Noord, dat watergekoelde noodstroomvoorzieningen zeg maar inrichten dat is echt niet een doel wat we zelf zeg maar verzinnen of zo, maar dat hebben ze daar wel op opgepakt, dat hebben ze gewoon daar zelf neergezet. Dat zijn van die initiatieven die eigenlijk net wat buiten ons omheen gaan, maar wel in samenwerking plaatsvindt met de leveranciers die daar zeg maar een rol in spelen. En zeker in het noorden is natuurlijk alles met waterstof zeer interessant op dit moment.
00:23:36 - 00:24:42
Lucien Claassen: Één van de koersen die voor ons belangrijk is, dat is, zijn ze maar de afspraken in het klimaatakkoord en wat wij, wat wij doen wij bij plotten grafieken waarvoor bepaalde segmenten van ICT, bijvoorbeeld van telefoons, van laptops, daar staat de voetprint van onze ICT op het referentiejaar 1990. Dat is eigenlijk gelijk aan 2019 ongeveer en we willen daar een afbouw in die dezelfde richting conferentie, dezelfde hellingshoek heeft, zeg maar als de afbouw die nodig is om het Klimaatakkoord te halen, en vervolgens gaan wij elk jaar, gaan wij daar zeg maar de nieuwe CO2 voetprint in plotten en dan kijken we zeg maar of de totale voetprint die dat onderdeel van de inkoop veroorzaakt, of dat zeg maar dezelfde afbouw heeft als nodig is om het Klimaatakkoord te halen, klinkt heel ingewikkeld. En als we zeg maar op de goede weg zijn om het klimaatakkoord te halen, dan zegt die kpi, hij staat op groen, dat is een Key Performance Indicator en dat geeft eigenlijk aan of je op de goede koers zit. En als we niet op de goede weg zijn, dan staat die op rood. En dan moeten we dus in actie komen.
00:24:42 - 00:26:09
Muharrem Karaarslan: Het mooie wat wij ook proberen in onze aanbesteding is de KPI's van de leveranciers te gebruiken. Hè, in eerste instantie kijken we of dat in grote lijnen overeenkomt met de kabinetsdoelstellingen. Dan adopteren wij die en dan-vragen we van hé, ik wil dat je je eigen kpi zorgvuldig toepast op de dienstverlening die ik bij je inkoop. Dus dan hoef je niet zelf iets te bedenken, want dan leun je dus op de innovatiekracht eigenlijk van de markt om de afspraken die ze intern hebben gemaakt toe te passen op de de contracten die wij dan met ze hebben. En soortgelijk hebben we ook met met Social Return gedaan nu. Voorheen was het heel gebruikelijk dat social return hè, dat dat zijn mensen met met een met afstand tot de arbeidsmarkt, dat het percentage werd gekoppeld aan het contract of contractwaarde. Dus: hoeveel besteed je? Wat is je onder zet? En een percentage daarvan werd dan gevraagd om in te zetten voor mensen met een afstand op de arbeidsmarkt, wat wij gedaan hebben in in de huidige meting we hebben dat daarvan losgekoppeld en we hebben het percentage gekoppeld aan de draagkracht van de organisatie. Dus we hebben een percentage van het werknemersbestand van een leverancier gebruikt om social return, invulling te geven aan Social Return.
00:26:10 - 00:26:13
Peter van Emden: Daarme stimuleer je ze dus eigenlijk ook om ook op andere projecten daaraan te werken. Begrijp ik dat goed?
00:26:13 - 00:26:45
Muharrem Karaarslan: Inderdaad, daarmee stimuleer je dus dat ze over de hele linie op een duurzame wijze plek creëren voor mensen met een afstand tot de tot de arbeidsmarkt. En je voorkomt dat aan het einde van jouw contract de plekken die gereserveerd zijn voor die mensen ook wegvallen. En je vroeg net nog van wat? Wat hebben je bereikt? Hè, wat is het verschil? Nou, dit is ook weer daar één van. Dus over over de hele linie hebben we op heel veel punten proberen we verschil te maken.
00:26:46 - 00:27:52
Ivo Bonajo: Maar mag ik nog wat toevoegen: over de KPI klinkt heel, heel technisch. Wat daar ook leuk aan is aan het werken met KPIs dat je een ander deel van de organisatie namelijk ook meekrijgt en dat is het deel waar de financiële controlers werken. Dus de financiële functie. Heel leuk voorbeeld van een duurzaamheidscoordinator van een ander ministerie zij zei van zij zijn de slag met de prestatieladder en alle ministeries aan het implementeren ze zei ik: ik kreeg nooit een voet tussen de deur bij onze financiële mensen, bij de financiële functie, bij de controles. Die vonden duurzaamheid maar vaag. Want nu zijn we met die CO2-prestatieladder aan de slag. En dat gaat natuurlijk over getallen, grafieken en het hoofd is helemaal om, die vindt duurzaamheid leuk, die heeft er ideeën bij, die gaat daarin meedenken dus soms als iets heel technisch klinkt, kan dat voor andere mensen juist een hele wereld openzetten dus dat vind ik ook wel heel mooi. Met nou ja, KPI altijd goed om te gebruiken om te zien maak je stappen vooruit. Maar ook ook andere mensen raken veel meer betrokken bij het vraagstuk.
00:27:52 - 00:27:54
Peter van Emden: Ja, je leert je pappenheimers kennen.
00:27:54 - 00:28:29
Muharrem Karaarslan: Precies ja, ja, aanvullend hè, in de gesprekken met de markt heb ik dus een paar keer te horen gekregen van ja, wat wat wij nu moeten doen is van Powerpoint naar Excel want hè, het was inderdaad tot ja, heel lang is het een Powerpoint kwestie geweest. Duurzaamheid, hè, dat dat mooie verhalen, maar de vertaling naar Excel daar. Ik merk nu bij mijn leveranties dat ze nu die slag aan het maken zijn en en het is een lastige en dat is eigenlijk wat jij zegt, ja.
00:28:29 - 00:29:42
René Bergsma: Wat je wat je mooi terugziet in dit verhaal, is dat daar waar we het hebben over telefoons die duurzaam worden ingekocht die energie-neutraal geproduceerd worden, die met weinig schaarse grondstoffen geproduceerd zijn. Geweldige oplossing. Wil dat niet zeggen dat we daarmee als Rijksoverheid energie-neutraal zijn. Ook de data die verzonden wordt vanaf de telefoon, over dat netwerk moet ook, dat netwerk moet ook duurzaam. CO2-neutraal moet ook, hè zo ingericht worden. En dan komt het bij die datacenters hè, en dat en dat die moet ook neutraal acteren en dat is het nog veel erger, want die zijn 7x24 draaien die hè bedoelt, telefoontje is leuk en aardig, maar zo'n datacenter is 7x24 zo'n groot energieverbruik, zoekt dat maar eens op daar word je niet vrolijk van en dat is het mooie vant wat Ivo aandraagt; het is een integrale aanpak wat je nodig hebt. Dus het concept bijvoorbeeld van netzero datacenters want wij zeg maar proberen te promoten, betekent eigenlijk dat de leverancier de toeleverketen is CO2-neutraal. Wij als producent, zeg maar van datacenters en alles wat er mee samenhangt zijn ook neutraal. En jij, ik mijzelf als gebruikers, dienen ook ons zeg maar gedrag zo te beïnvloeden dat we verantwoord omgaan met al die mooie apparatuur die we tot onze beschikking hebben.
00:29:42 - 00:29:45
Peter van Emden: Ivo is nog iets wat wat jij wil toevoegen aan dit gesprek?
00:29:45 - 00:30:54
Ivo Bonajo: Nou ja, ik, ik vond het wel leuk. Jij stelde net de vraag: wie moet er als eerst in beweging komen? Ik zit altijd op de lijn van: er moeten meer mensen tegelijkertijd in beweging komen. En ook vanuit die verschillende rollen. Dus wat wat ik? Wat ik wel zie binnen de Rijksoverheid omdat er zoveel mensen betrokken zijn, dan gaan mensen zeggen: ik vind het belangrijk, maar de ander, die moet een stap gaan zetten. Ik zeg dan altijd: ja, maar je kan vanuit je eigen rol een stap zetten en dan maak ik niet uit wat dat is. Als je opdrachtgever bent, dan zeg je dus gewoon tegen die ICT-dienstverlener hè, die interne dienstverlener. Ik wil die duurzame producten. Als jij medewerker bent en je krijgt weer dat mailtje 'van je telefoon inleveren' dan zeg je gewoon: ik wil hem langer houden of ik wil langer mee mee doen. Nou ja, volgens mij wat de mannen ook laten zien hier aan tafel: als je inkoper bent, kan je al die inkoopexpertise die je in hebt inzetten om duurzame producten uit die markt te krijgen, dus vooral niet op elkaar gaan wachten en niet naar een ander verwijzen. Ik word altijd een beetje kriebelig als mensen gaan zeggen van: graag willen dat er één actie houder is voor alles. Dan dan dan gaat iedereen naar elkaar blijven kijken en dan krijg je meestal geen beweging.
00:30:55 - 00:30:57
Peter van Emden: Terwijl eigenlijk moet iedereen actie houden?
00:30:57 - 00:30:59
Ivo Bonajo: Ja, maar meestal vanuit een andere verantwoordelijkheid.
00:31:00 - 00:32:04
René Bergsma: Dus iedereen moet houden, maar je hoort ook wel van, niemand is ook tegen en iedereen ziet ook die uitdaging wel hè. Dus we zijn allemaal bepaalde manier wel betrokken. Maar het is de vraag die ik vraag krijg van: maar hoe dan? En en we hebben het dan over opdrachtgever, maar als je nagaat wat er gebeurt, zeg maar van een opdrachtgever, een bestuurder, zeg maar dat voordat dat bij de leverancier tot een opdracht verwerkt wordt. Daar zitten allemaal schakels tussen. Wat ik binnen de categorie datacenters recent afgelopen jaar heb geïntroduceerd, is noemen we een innovatielab en dan proberen we eigenlijk vraagstukken die ons, ja, waar we al een tijdje tegenaan lopen, beet te pakken en in een multidisciplinaire setting dus dan hebben we inkopers betrokken, met aanvragers en met categorie zelf. En hoe hoe koop je nou eigenlijk circulair in. In zo'n thema, waarvan allemaal mondvol eigenlijk hebben. Maar maar hoe doe je dat dan? En dat is echt zo'n vraag van zo'n inkoper die dan zeg je maar, geef me dan handvatten dus wij vertalen net als ze met inkopen met impact ook een handvat voor ons is, proberen wij ook weer in onze keten de volgende schakel aan te geven hoe je dat beter kan doen.
00:32:04 - 00:32:07
Peter van Emden: En je hebt daar een antwoord op, begrijp ik?
00:32:07 - 00:32:28
René Bergsma: Eerlijk gezegd, vaak denk ik dat ik het antwoord misschien wel weet, maar als zij dan specifiek vragen, hoe doe je dat dan? Dan krijg je een discussie en zeggen ze: ja, maar dat lukt niet om deze en deze reden, en we zouden uit dit kunnen doen. Nou, zo ontstaat er een betere oplossing en dat is toch eigenlijk de clou elke dag een stapje beter voor wat degene voor de grote grote maatschappelijke vraagstukken waar we voor staan.
00:32:29 - 00:33:17
Ivo Bonajo: Ja, ik ik, want ik hoor twee dingen in het verhaal van Rene of misschien voeg ik er eentje aan toe. Maar dus dingen beter doen, duurzamer doen. Dat vind ik een hele belangrijke opgave en die blijft nog steeds belangrijker. Maar ook de dingen die we al doen: vaker doen. Maar wat ik nu nog, wat ik gelukkig merk, als ik een vraag krijg over iets met duurzaamheid van ICT, dan kan ik bijna altijd het antwoord geven: nou, dat gebeurt daar en daar al, of dat is daar uitgedacht. Alleen wat je tegelijkertijd ook ziet is, dan doet wel één van die ICT-dienstverlener verleners het, maar dat doen de andere. Dat zijn er vier, vijf, zes, nou ja die doen het nog niet. Dus ook dat wat we al doen, veel vaker gaan doen. Dat is volgens mij ook een hele belangrijke, nou ja, oplossing om stappen te zetten in onze duurzaaming.
00:33:17 - 00:35:23
Muharrem Karaarslan: Maar in dat kader helpt categoriemanagement natuurlijk, omdat wij inkopen voor alle ICT-dienstverleners. Ik ben zelf nu bezig met met drie aanbestedingen en wat ik gedaan heb om duurzaamheid een goede plek te kunnen geven in de aanbesteding. Ben ik anderhalf jaar geleden begonnen met een ontdekkingsreis zo heb ik hem ook genoemd. We hebben gesprekken met de markt geïnitieerd, meerdere gesprekken, en ik heb mijn dilemma op tafel gelegd. Ik heb aangegeven wat mijn doel is, hè wat de kabinetsdoelstellingen zijn en wat mijn ambitie is vanuit het categorieplan op het gebied van duurzaamheid en de vraag gesteld een openvraag: waar staan jullie en hoe kunnen mij helpen? En ik ben ambitieus maar ik wil de markt niet overvragen. Dus hè, waar kan ik landen met mijn eisen? Dat proces heeft twee jaar geduurd en we hebben heel veel meters gemaakt, echt heel veel meters en ik ben echt op het randje gaan gaan kleuren, we hebben de aantreding documenten ook vroegtijdig, meerdere malen met de markt gedeeld en feedback gevraagd. En ik kan, als ik nu terugkijk naar wat we gedaan hebben, waar we nu aangeland zijn en dat vergelijkt met oude contracten. Ja, mega winst, echt megawinst. In de orde van uberhaupt, thema's die er niet instonden staan er nu in. Dat heeft ertoe geleid dat ik bijvoorbeeld met Somo op het gebied van ketenverantwoordelijkheid een framework heb ontwikkeld, die nu landt in de aanbesteding en we hebben van vanuit PianOo al de vraag gekregen of ze dat kunnen adopteren. Dus orde van grootte: heel veel. Somo is een NGO met heel veel kennis op het gebied van ISV: internationale sociale voorwaarden.
00:35:24 - 00:35:25
Peter van Emden: We gaan een beetje afronden.
00:35:28 - 00:36:16
René Bergsma: Voor je afrond: ik denk wat we nog niet echt hebben behandeld. Maar dit zeg maar zoals wij, mensen die hier zitten of staan in dit geval, zo zitten we ook wekelijks. Daarover overleggen en delen ook zeg maar onze, nou, zeg maar briljant failures en en best-practices en dat is hebben we het niet echt gezegd. Maar eigenlijk stimuleren we elkaar om niet alleen over het onderwerp, over duurzaamheid, voor ICT net zozeer relevante thema's zeg maar onze kennis te delen. En zo heb ik vanuit Lucien zijn categorie met hè met name Johan Rodenhuis over afval en grondstofcompensatie en CO2-compensatie hebben overgenomen en ik denk dat we elkaar daarin? Om zoals net werd aangeven door Ivo, vaker hè naar de markt toe de juiste vraag te stellen.
00:36:16 - 00:36:35
Lucien Claassen: Ja, en ook eenduidig, hè. Het is handig als de ene categorie bepaalde duurzaamheidseis oplegt aan de markt en een andere categorie koopt in eenzelfde soort markt, dat dat op elkaar lijkt, dat niet elke keer elke aanbesteding compleet anders en een verrassing is, maar dat er een lijn in zit waardoor, ondanks dat we drie categorieën zijn, wel de uitstraling naar buiten hebben als één overheid.
00:36:36 - 00:37:00
Muharrem Karaarslan: Ja, en je had het net over massa, hè, het is belangrijk dat op op een zo integraal mogelijke wijze gebeurt, zodat je ook gezamenlijk elke dag een stap vooruit kunt maken. En IT: de komende jaren zal dat nog steeds meer naar naar elkaar toe bewegen en dus dat is ook heel erg nodig. Ja, vandaar ook nogmaals een gezamenlijke klantraad helpt daar enorm bij.
00:37:01 - 00:37:09
Peter van Emden: Laatste vraag, en ik denk dat ik hem aan Lucien ga stellen: wat zou de luisteraar van deze podcast zelf kunnen doen om het verschil te maken?
00:37:09 - 00:37:50
Lucien Claassen: Nou, ik denk vooral consuminderen. De rode draad, denk ik in het verhaal van de circulaire-economie is dat we met z'n allen heel erg gewend zijn in de maatschappij te leven, waar alles maakbaar is, waar je onbeperkt kan consumeren en waar je dus gewoon elke twee jaar of elk jaar een nieuwe telefoon kan hebben. Nou ja, daar moet je heel kritisch over nadenken. Als je echt duurzaam wil leven, begint dat vooral bij je eigen gedrag en zelf kritische vragen stellen. Inderdaad, Ivo gaf het voorbeeld: je krijgt een mailtje wil je je telefoon inleveren, er ligt een nieuwe voor je klaar. Is dat echt nodig? Denk elke keer na: is het nodig om elke keer nieuw te krijgen of kan ik nog gewoon prima met wat ik heb uit de voeten. Kan ik daar mijn werk mee doen?
00:37:52 - 00:38:39
Peter van Emden: Goede vragen, heren, dank je wel voor het mooie gesprek. Dit was aflevering drie alweer van de Denk Doe Duurzaam Podcast. Wil je nou meer weten over het programma of de verduurzaming bij het Rijk of over in het geval van vandaag: de de ICT, taken en verantwoordelijkheden binnen de Rijksoverheid. Abonneer je dan vooral op onze nieuwsbrief; die vind je op de website. Daar vind je ook deze podcast en ook de andere podcast, maar ook video's en verhalen, bijvoorbeeld voor alles over de duurzaming van de bedrijfsketen. Ik bedank onze gasten: Ivo Bonajo natuurlijk, programmamanager vanuit Denk Doe Duurzaam en de categoriemanagers: Muharrem Karaarslan, Lucien Claassen en René Bergsma. Dank dat we hier bij jullie te gast mochten zijn en even studiootje konden bouwen.
00:38:40 - 00:38:44
Muharrem Karaarslan: Ja, en een mooi gedaan trouwens de studio hier in Utrecht.
Denk Doe Duurzaam Podcast aflevering 9: De onzichtbare vervuiler: data
Denk Doe Duurzaam Podcast aflevering 9: De onzichtbare vervuiler: data
00:00:05 Peter van Embden: Mails met veel bijlagen, verschillende online samenwerkingsruimten en veel ongebruikte bestanden in de opslag. Iedere rijksambtenaar met kantoorwerk heeft hiermee te maken, maar deze huidige manier van omgaan met digitale gegevens is niet zonder gevolgen. Alle dataverkeer en de opslag ervan gaat via datacenters, die een enorme CO2-uitstoot genereren. Weinig mensen zijn hiervan op de hoogte, maar ook allerlei grote diensten die stampen veel data weg, bijvoorbeeld voor berekeningen. Denk aan het KNMI of de Belastingdienst. En met ander gedrag, andere software en goed nadenken over wat nu echt de footprint verkleint, kun je veel duurzamer omgaan met data. Tegenover mij staat Rachel Kuijlenburg, jij bent coördinator duurzaamheid bij Logius: één van de uitvoeringsorganisaties van het ministerie van BZK. En je hebt ‘een hart voor duurzaamheid’, staat hier op mijn blaadje en je hebt digitale duurzame digitalisering eigenlijk als opdracht.
00:01:00 Rachel Kuijlenburg: Ja, Peter, ja, nou als eerste dank dat ik hier mag zijn om het verhaal te doen. Ik werk voor Logius. Logius is, ja, de facilitator voor de communicatie tussen overheid en de samenleving. En dat is een hele mooie taak die wij doen. Maar daar hangt ook een footprint aan. Dus ik maak mij druk bij Logius om de footprint te verkleinen.
00:01:23 Peter van Embden: Ja, data wordt ook wel de stille vervuiler genoemd.
00:01:26 Rachel Kuijlenburg: Ja, data is eigenlijk het nieuwe plastic hè? We hebben echt een enorme data-soep en dat komt omdat data, ja je ziet het niet, maar uiteindelijk gaan alle data naar een datacenter. Dat zijn van die prachtige strakke dozen die bij Emmeloord staan of in de Eemshaven. En daar worden al die data opgeslagen en dat gaat heel rap op het ogenblik.
00:01:48 Peter van Embden: Hoe… ja, jij hebt er onderzoek naar gedaan ook. Wat in dat onderzoek heeft jou verrast? Zeg maar, wat had je niet zien aankomen?
00:01:58 Rachel Kuijlenburg: Nou, toen ik een jaar geleden startte bij de overheid in deze rol, had ik heel veel verstand van bekertjes en kantoren en voedselverspilling, en textiel. Eigenlijk de voetprint van de hele IT, dat heeft me heel erg verrast en wat je moet zien, het is een… Het is een enorm ingewikkelde puzzel van datacenters, maar het heeft ook te maken met je devices, het heeft te maken met de software, het heeft te maken met de opdrachtgever. Dus het lijkt wel echt een gordiaanse knoop, dus dat heeft me verrast.
00:02:29 Peter van Embden: Maar die gordiaanse knoop, die is ooit opgelost door hem gewoon doormidden te hakken? Dat gaat dus niet zomaar, ben ik bang.
00:02:34 Rachel Kuijlenburg: Nee, binnen die IT gaat dat niet. Maar we kunnen daar heel praktisch dingen aan doen, hè? Dus als je zegt van “ik voel mij verantwoordelijk voor de footprint van IT”, nou, dat is het echt heel makkelijk… is te zorgen dat als je devices – dus je mobiele telefoon, je laptop, je iPad, je gameconsole – zo lang mogelijk meegaat. Want heel praktisch: tachtig procent van de footprint van de IT zit in de productie van hardware.
00:02:57 Peter van Embden: Ja.
00:02:57 Rachel Kuijlenburg: Ja, dus als je… hoe langer je met je hardware omgaat, des te beter voor het milieu.
00:03:05 Peter van Embden: Ja, dat klinkt eigenlijk heel logisch. Heel Logius, wou ik zeggen. Langer… dus langer ermee omgaan. Ik heb zelf, mag ik even een klein praktijkvoorbeeld noemen, ik heb een half jaar geleden een laptop gekregen of iets minder dan een half jaar geleden, een manager laptop. Want alle Thinklines gaan eruit en iedereen krijgt een laptop. Binnen drie maanden kreeg ik een mailtje: ‘hé, je moet hem vervangen.’
00:03:26 Rachel Kuijlenburg: Ja, ja, ja, nee, herkenbaar vraagstuk. Ik krijg dit ook vaak toe gemaild van: hoe zit dat? Kijk in principe: binnen de Rijksoverheid hebben we afgesproken dat een laptop vijf jaar meegaat. Maar die laptop gaat alleen maar goed mee als de software goed geüpdatet is. Dus als de software nou ja, heel veel nieuwe features vraagt of heel veel nieuwe eisen stelt, ja, dan heb je een snellere processor nodig. Dus dat betekent dat die software nou ja, mede bepaalt hoe snel de hardware moet worden vervangen. Dus er zit een relatie tussen software en hardware. Dus we moeten zorgen dat dat met elkaar matcht, en dat we zo lang mogelijk met je hardware doen. En dat is heel vervelend dat jij dan na drie maanden je laptop moet vervangen, dat je denkt: hé, hoe kan dit? Ja, die vragen, die stel ik ook regelmatig aan de collega's van het shared-servicecenter ICT van, joh, leg me dit uit.
00:04:23 Peter van Embden: Ja, waarom? Wat kan de Rijksoverheid daar zelf aan doen met bijvoorbeeld laptops of mobiele telefoons?
00:04:30 Rachel Kuijlenburg: Nou, ik weet dat ze bij de inkoop van de mobiele telefoons en de laptops op het ogenblik echt streven naar andere manier van inkopen. Dus dat we zorgen dat die laptops of die hardware zo lang mogelijk meegaan, dat we ook misschien in, hè, leaseconstructen zitten. De meeste mensen kennen wel het voorbeeld van de lichten op Schiphol. Die zijn eigendom van nou ja, voorheen Philips, ik ben even de naam kwijt van die nieuwe club. Dus Schiphol koopt eigenlijk licht in als dienst en dat betekent dat de lichtfabrikanten eigenlijk er baat bij heeft om zijn hardware zo lang mogelijk te laten bestaan. Dus dat kunnen we ook in de ICT doen. Dus maak een ander inkoopcontract dat die leverancier denkt van: nou, ik verdien meer geld als ik zorg dat die hardware zo lang mogelijk leven geef.
00:05:19 Peter van Embden: En als Rijksoverheid hebben we daar volgens mij best een aardige vinger in de pap, want het gaat niet over een paar honderd medewerkers die we hebben.
00:05:27
00:05:27 Rachel Kuijlenburg: Nee, nee, nee, nee, nee, nee. Als je… ik heb cijfers… nou, gevonden, dat binnen de hele Rijksoverheid, en dan praat ik ook over de waterschappen en over de provincies, dat we jaarlijks zo'n zeven miljard euro kopen aan IT.
00:05:43 Peter van Embden: Zeven miljard!
00:05:43 Rachel Kuijlenburg: Ja, zeggen de cijfers, hè? Ik heb ze niet helemaal geverifieerd maar laat drie miljard zijn.
00:05:49 Peter van Embden: Ik zou zeggen: laat het een miljardje meer of minder zijn, het blijft veel geld.
00:05:51 Rachel Kuijlenburg: Het is hartstikke veel geld, dus we hebben echt wel… we kunnen impact maken met onze inkoop. En dat is ook een van de dingen waar ik me heel hard op maak. Wan die inkopers, dat is niet alleen een adviseur, die inkopers moeten echt een duurzame strateeg zijn die kritische vragen stelt aan de leveranciers en zorgt dat spullen en diensten zo lang mogelijk meegaan. Maar die inkopers moeten ook echt kritisch zijn naar de opdrachtgever die zegt van, joh: ik wil nieuwe iPads hebben. Ja, waarom? Ja? En dat is wel een verandering van, nou ja, hoe je je werk moet inrichten.
00:06:26 Peter van Embden: Ehm, we hebben het nu gewoon over de inkoopkant. Wat kan ik als klant aan de klant-kant doen om duurzamer te werken met mijn spullen?
00:06:34 Rachel Kuijlenburg: Nou, het enige… het eerste is natuurlijk zuinig zijn op je hardware. Want tachtig procent, hè, zit in de hardware. Het tweede is dat je echt heel goed moet nadenken over de data die je produceert. En ik heb twee dochters van in de 20 die gek zijn op TikTok en Instagram, je moet je realiseren dat je daar heel veel data mee produceert. Kan ik die stoppen? Nee, maar wat een ambtenaar wel kan doen, is zorgen dat je digitale rommel opruimt dus dat je dat niet maar laat bestaan in jouw computer. Dus heel praktisch wat je kan doen is als ambtenaar nou je digitale rommel in je emailboxen opruimen.
00:07:09 Peter van Embden: Ja, en als je dingen toch wil bewaren?
00:07:12 Rachel Kuijlenburg: Ja, dan moet je het wel slim bewaren. Doe het niet in je email, maar doe het op een shared omgeving of op de harde schrijf. Ieder geval, daar moet ook.. Er is ook heel veel beleid over hoe we dingen moeten opslaan, maar in dat beleid staat nergens dat je alle belangrijke stukken in je email moet opslaan en het is ook slecht voor de WOO-verzoeken. Dus volg het archiefbeleid en sla het niet op in je email en wees praktisch, ga niet aan iedereen cc’en. Dat is ook zo echt een raar fenomeen binnen de Rijksoverheid.
00:07:45 Peter van Embden: En ja, iedereen die staat wel ergens in de cc. Terwijl ik denk: ja, ja, leuk, als ik naar mezelf kijk hoeveel mailtjes ik ‘s morgens: ja leuk, delete, delete, delete, al die out-of-office reply’s. Ik ben er zelf ook schuldig aan. Ik heb zelf standaard de out-of-office aanstaan maar eigenlijk is dat mailtje een klein stukje van je footprint.
00:08:06 Rachel Kuijlenburg: Nou ja, kijk, een gemiddeld mailtje zonder bijlage is vier gram CO2. Dat is niet zo erg, maar als je ziet dat we 320 miljoen emails per dag met z'n allen sturen, in de wereld een biljoen emails is het… Dan is het maal vier gram. Doe je een email met een bijlage erbij, dan is die al gauw 36 gram, maal het aantal mensen dat je het stuurt. Dus ja, de vraag is van: waarom moeten al die bijlages mee en kan je dat niet duurzamer en slimmer doen?
00:08:33 Peter van Embden: Ik zie een aantal publieksvragen hier binnenkomen. Diederik, die vraagt: zijn we niet te bang geworden om dingen weg te gooien?
00:08:41 Rachel Kuijlenberg: Oh, ja, absoluut. Maar dat doen mensen in hun fysieke huishouden thuis ook, heel veel mensen. Ja, we zijn allemaal hoarders, hamsters. Ik zie ook dat nou ja, in de werkende omgeving, dat mensen ook allemaal digitale hamsters zijn. En ik geef nu vaak een training en dan zeg ik tegen mensen van: we gaan nu je verwijderde box opruimen en dan raken ze echt in paniek van, dat kan niet. Van: waar vind ik dan dat mailtje? Ja, maar je doet hem in de box ‘verwijderd’, dus dan moet je hem weggooien. Dus dat is ja, een grappige constatering. We durven niet weg te gooien.
00:09:15 Peter van Embden: Ik zie Diederik hier in mijn ooghoek staan. Ik haal hem er gewoon eventjes bij, kom hier eventjes staan. Is je vraag een beetje beantwoord?
00:09:21 Diederik: Jazeker, ja, ik herken dat wel. Dat we digitale hamsters geworden zijn met z'n allen of de digitale hamster in ons is aangewakkerd.
00:09:28 Rachel Kuijlenberg: Ja, ja, en het systeem laat ertoe hè, ja.
00:09:31 Peter van Embden: Het systeem laat dat toe, ja. Dank je wel voor je vraag, Diederik en eet smakelijk, want er wordt hier intussen druk geluncht. Een andere vraag uit het publiek, waar men hier mee aan komt lopen, is: hoe kunnen we het meer onder de aandacht brengen?
00:09:43 Rachel Kuijlenberg: Ja, dat is ook een hele goede vraag. Ja, wat ik doe, samen met heel veel stagiaires en ook met het coördinatorenoverleg van de duurzaamheidsmedewerkers, is training geven, aandacht vragen. En ja, kijk, uiteindelijk… Wat het meest helpt, is gewoon harde cijfers krijgen, hè, en dat je daarmee naar directies gaat en zegt van ‘joh dit is jouw footprint, vinden we niet oké.’ Dus er moet beleid gemaakt worden en niet alleen beleid, maar ook heel praktisch, van: wat gaan we doen om te zorgen dat we gewoon een andere email-cultuur krijgen en minder data verzamelen?
00:10:22 Peter van Embden: Hoeveel tijd heb je jezelf daarvoor gegeven om dat te veranderen?
00:10:25 Rachel Kuijlenberg: Nou kijk, mijn motto is: denk groot, doe klein en begin ergens. En elke, nou ja, de ene persoon waarvan ik denk van ‘die verandert zijn gedrag’, die vertelt dat ook weer aan vijf, zes, zeven mensen door. Het is moeilijk, gedragsverandering, maar juist door, ja, weet je… uiteindelijk moeten we het met z'n allen doen.
00:10:45 Peter van Embden: Een andere vraag uit het publiek. Je hebt al een aantal keren genoemd: het opslaan in de cloud. Waarom is het duurzamer om de cloud te gebruiken? Is het duurzamer? Want datacentra die verbruiken ook wel een paar kilowattuur.
00:10:57 Rachel Kuijlenberg: Nou, dat is ook weer heel mooi… mooie vraag is dit, want het is ook een vraag waar ik heel erg mee worstel hè. Op het ogenblik is de mantra van: we moeten het in de cloud opslaan. Dat heeft absoluut voordelen, omdat zo'n grote provider die kan, nou ja, beter zien zeg maar, hoe die dat zo duurzaam mogelijk doet en waar die het opslaat. Het is… het lijkt effectiever, maar het beste is gewoon minder data opslaan. En gisteren toevallig in The Guardian stond een vrij groot artikel over nou ja, de meer energieverbruik van datacenters. In principe hebben de jongens van Microsoft, Amazon, nou noem ze allemaal op, hartstikke mooie ambities naar 2030 en 2050. Wat ze zien is dat eigenlijk ze meer energie aan het verkwisten op dit moment zijn, dan dat ze, nou, hadden bedacht. En dat komt mede omdat we meer data hebben. Hè, negentig procent van de data die in datacentra staat opgeslagen, is van de laatste tien jaar en daar komt AI overheen. Wat geweldige tooling is, wat echt absoluut kan helpen om te zorgen dat er mooie oplossingen komen voor de gezondheidszorg. Of, zoals het kabinet nu zegt, hè, de problemen in de gezondheidszorg, bij personele beschikking. Dus het helpt, maar het vraagt ook vreselijk veel energie. Dus we hebben de opdracht, en zeker de mensen die dit schrijven, om te zorgen dat het zo zuinig mogelijk geschreven wordt. En dat we ons de vraag moeten stellen, moet je voor elk probleem dan AI gaan gebruiken?
00:12:29 Peter van Embden: Ja, of kun je het ook gewoon uit een boek halen? Wat gewoon offline is, wat je gewoon kan lezen?
00:12:33 Rachel Kuijlenberg: Nou ja, kijk weet je, we hebben ook geen schillenboer meer, dus we moeten wel reëel blijven. Mensen hè, deze tools en technieken zijn er, maar onze opdracht en dat vind ik wel, nou ja, dat zie ik, zeg maar als mijn taak als coördinator duurzaamheid voor het applicatieportfolio van Logius… we hebben het nodig, we moeten een goede communicatie hebben met de burger, maar dat moet wel zo, energiezuinig.
00:12:57 Peter van Embden: Die snap ik, dat is een goede en dat is jouw taak.
00:13:01 Rachel Kuijlenberg: Nou, het is niet eens mijn taak. Ik voel dat echt als morele innerlijke opdracht. Het borrelt en we kunnen oplossingen vinden. Weet je, soms denken we, dat vind ik wel binnen het Rijk, dat we heel veel ‘ja-maren’ van: het kan allemaal niet. Terwijl ik denk van ja, weet je, dingen zijn zo opgelost als er maar een wil is, is een weg, en dat gaan we gewoon doen.
00:13:22 Peter van Embden: Wat is voor jou, als we aan het einde van deze podcast een kleine tip mee willen geven aan de luisteraar, wat is nou de beste manier om grote bestanden te delen?
00:13:31 Rachel Kuijlenberg: Grote bestanden, ja, bij Logius werken wij met Confluence, dat is ook zo’n samenwerkingsruimte. Je kan het met Teams doen, je kan het met SharePoint doen. Ja, ieder geval van die samenwerkingsruimtes, je moet dat echt even kijken bij je organisatie. Wat daar de usantie is, welk platform wordt nou gebruikt. Maar ga in de samenwerkingsite en stop met het rondpompen van bijlages.
00:13:54 Peter van Embden: Dank je wel voor deze tip. Ik ga daar morgen mee stoppen. Ehm, Rachel Kuijlenberg, dank je wel voor jouw bijdrage aan de Duurzaam Doen Podcast, hier vanaf het Duurzaam Doen Event in de kas in Woerden.
Kom meer te weten over omgaan met informatie
Leer meer over het bijdragen aan een open overheid, zorgvuldigheid en bijvoorbeeld hoe je overheidsinformatie op de juiste manier kunt opslaan. Het Rijksprogramma voor Duurzaam Digitale Informatiehuishouding, RDDI verzamelde het allemaal handig op 1 plek. Bekijk de video’s en infographics (website RDDI)
