Webinar Proeverij Getting Things Done

Marie Louise Borsje van RADIO laat je in vogelvlucht kennismaken met de principes van Getting Things Done. Christien van Rossem vertelt hoe dit doorwerkt in je gezondheid en in productief samenwerken. Je krijgt praktische tips om meer rust en overzicht te krijgen voor jezelf en voor je team.

Een goede vakman kent zijn materialen en gereedschappen.
Daarmee krijg je dus heel professionele resultaten.
Het zorgt er ook voor dat je weinig tijd kwijt bent
aan bedenken wat je moet doen.
Dus stel je even een kok voor die in de keuken staat,
met wat voor gemak hij wel niet een uitje snijdt.
En jij zelf als amateurkok, met een klein uitje en een aardappelschilmes,
daar ben je veel langer mee bezig.
Je ziet hier Leonardo da Vinci,
iemand die zowel schilder, beeldhouwer, uitvinder was.
Die wist precies wat hij met zijn handen kon en wat zijn gereedschappen deden.
Als kenniswerker hebben wij ook allemaal digitale tools en analoge tools
om te zorgen dat anderen ook weten wat er in ons hoofd speelt.
Maar we nemen vaak de tijd er niet voor om te leren hoe dat werkt.
Dat verergert de boel alleen maar nog meer,
want je wordt er uiteindelijk niet meer professional door.
We gaan zo meteen kennismaken met de methode Getting Things Done.
Een manier om meer rust en ruimte te krijgen.
Het is geen cursus. Het is een kennismaking met.
We gaan in vogelvlucht langs de stappen van deze methode.
Uiteindelijk moet je zelf aan de slag om iets aan die rust en ruimte te doen.
Maar goed dat jullie met zovelen zijn ingeschakeld.
Het is de eerste keer dat we dit doen. We hebben net even geoefend.
Misschien dat hier en daar in de overgangen iets hapert.
Maar we laten dat los.
Het is natuurlijk, je zou kunnen zeggen, wat onnatuurlijk.
We zien onze toehoorders niet.
Daarom hebben we een poll waarmee we contact met jullie kunnen hebben
en ook een chat.
We hebben ook Ronald, die modereert die chat.
Sommige vragen zal hij zelf beantwoorden achter de schermen
en sommige stuurt hij naar ons door.
Dus het is voor ons zaak om ook op te letten wat er in de chat komt.
BORSJE: Ja, mocht je technische vragen hebben, stel ze gerust.
Als je denkt: krijgen we de sheets en alle informatie ook nog?
Ja, op het laatst is er een link naar een goody bag,
zodat je alles nog eens rustig na kunt kijken.
Oké, we zijn nu wel benieuwd waarom jullie meedoen met dit webinar.
Daarom hebben we een poll.
Dus wij willen weten: wat is voor jou de reden?
Moet je zelf dringend zaken organiseren of heb je al een aardig systeem?
Of gebruik je al een goed systeem, maar wil je je kennis wat opfrissen?
Daar zijn we even benieuwd naar.
BORSJE: De antwoorden komen binnen.
-Inderdaad.
Ik zie dat heel veel mensen zeggen: ik heb al een aardig systeem,
maar dat mag best wel wat professioneler. Heel goed.
Ik denk dat ik nu de poll beëindig. Kunnen we het even zien.
Toon de resultaten.
Ja, dan zie je dat vooral B wordt geantwoord.
BORSJE: Ja, wij vertellen dus vooral veel uit onze eigen ervaring.
Mijn naam is Marie Louise Borsje. Ik werk bij
de Rijksacademie voor Digitalisering en Informatisering Overheid.
Wij houden ons bezig met: hoe zorg je ervoor dat ambtenaren weten
welke gevolgen digitalisering voor hun werk heeft?
Ik krijg de steeds de reactie: daar heb ik helemaal geen tijd voor.
Op zeker moment dacht ik:
Nu ben ik er klaar mee. Nu gaan we eerst maar eens tijd maken.
Ik sta dus veel voor groepen en dacht: dit is wat ik kan.
Vandaar dat ik dit soort dingen doe. En Christien?
Ik ben Christien van Rossem. Ik werk bij het ministerie van EZK.
Ook bij het Ministerie werk ik veel met groepen.
Ik coach binnen en buiten het ministerie ook mensen, ook met burn-out klachten.
Daar hoor ik ook eigenlijk steeds dezelfde zaken die vaak misgaan.
Dus ik was ook op zoek naar: wat kan je nou iemand aanraden?
Wat is nou een goede basis? BORSJE: Ja.
Ja, want we zijn druk, we hebben het druk en doen druk.
Dan is het ook van: wat zeg je daar eigenlijk mee?
Hoe gaat het met je? 'Ja, druk.'
Deels merk ik wel dat het voor mensen ook een vorm is van zelfbescherming.
Zo van: ik heb genoeg te doen, ik zit niet te wachten op extra taken.
Dus laat mij maar.
Ik zei op een gegeven moment tegen een teamleider van mij:
kan ik zeggen dat ik het niet druk hebt?
Ik ben lekker bezig, ik heb het helemaal niet druk.
Toen zei hij tegen me: dat kun je wel tegen mij zeggen,
maar zeg dat alsjeblieft niet in onze omgeving,
want daar wordt toch op een bepaalde manier op gereageerd.
Dan zie je dus dat 'ik heb het druk' ook vaak betekent: ik ben nodig.
Er is vraag naar mij, mensen komen naar mij, ik moet klusjes doen.
Daarom ben ik belangrijk. Je bent nodig. VAN ROSSEM: Ja.
Maar let op wat je doet, want je zegt tegen mensen
die het wat minder druk hebben of die juist zo professioneel zijn
dat ze dat koksmes heel soepel hanteren, in feite:
Jij doet je werk niet goed genoeg of er is geen behoefte aan jou.
Met name voor bijvoorbeeld jonge mensen die binnenkomen,
die kijken zo van: hoe werkt het hier? O, werk hoort druk te zijn.
Die maken zichzelf dan ook druk.
En nog niet goed kunnen overzien: hoeveel werk kun je aan?
Waardoor je dus ook ziet dat jonge mensen heel snel in een burn-out raken.
Dat is best wel een risico.
Wat ik ook vind, als je zegt: ik heb het druk...
Kijk wat we doen met onze kinderen.
Op het moment dat kinderen op hun tenen moeten lopen
om hun werk af te krijgen, wat zeggen we dan?
Misschien een groep overdoen
of ga naar een niveau toe waar het voor jou wat makkelijker is.
Zeg je dan niet: ik zit een groep te hoog. Ik kan het eigenlijk niet aan.
Dus wat betekent voor jou ook 'ik heb het te druk'?
VAN ROSSEM: Ja, en wat mensen zich ook vaak niet realiseren,
dat merk ik ook wel in die coaching, wat stress met je lijf doet.
Want dat is ook een heel natuurlijk mechanisme.
Dat is hartstikke goed, als je moet wegspringen voor een bus
of in actie moet komen. Kortdurend is prima.
Ze hebben dan vaak niet door dat als het chronisch wordt,
wat voor effect dat heeft.
Want permanent worden hormonen aangemaakt, adrenaline, noradrenaline,
cortisol, die hebben allemaal hun eigen functie.
Dan is het niet zo van: ik spring weg van die bus en dan dalen de hormonen weer.
Nee, die blijven door je lijf gaan in een te hoge stand.
Dan komt daar vaak bij van: hé, ik kan niet meer in slaap komen.
Of ik word wakker midden in de nacht. BORSJE: Ga je piekeren.
Ook dat, ja, dat komt ook doordat de cortisol niet voldoende laag is.
Daardoor kunnen ze slecht slapen. Dan kom je dus in een vicieuze cirkel.
Dat heeft ook effect op hoe je beslissingen neemt,
hoe creatief je bent, want je raakt erg in een tunnel,
Je krijgt last van tunnelvisie, die nodig is om dat gevaar te ontwijken.
Maar vaak heeft men dan niet door: mijn creativiteit wordt ook ondermijnd.
BORSJE: Ja, en je krijgt dan ook impulsieve beslissingen in feite.
En als professional kun je je dat in feite niet permitteren.
Je hebt dus ruimte ook nodig om diep na te kunnen denken.
Inderdaad, in het soort werk dat wij vaak doen.
BORSJE: Als kenniswerkers heb je dat ook echt nodig.
Nou, we gaan kennismaken met de methode Getting Things Done.
Het is een methode die bedacht is door David Allen.
Ik zal je het boek laten zien. Dat is dit.
Oei, de microfoon valt. Dat heb je dan.
VAN ROSSEM: Doe hem even rustig op.
Geregeld, dan ben ik er weer.
-Heel goed.
Terwijl ik ondertussen ook wat quotes laat zien.
David Allen heeft een boek geschreven over Getting Things Done.
Hij vroeg zich op een gegeven moment af: hoe doen mensen dat?
Dat ze zoveel kunnen? Bij anderen komt zelfs helemaal niks uit de vingers.
Hij heeft ook met managementcoaches gesproken
en daar heeft hij deze methode uit gedestilleerd.
Het is niet echt timemanagement. Het gaat niet over het managen van tijd.
Het gaat ook niet over zoveel mogelijk doen.
Het gaat wel meer over zoveel mogelijk ruimte maken.
VAN ROSSEM: Ik voel een poll aankomen.
Wij hebben een poll: wat wil je bereiken
als je meer tijd en rust in je hoofd zou hebben?
Dat is natuurlijk uiteindelijk waar het dan om draait.
Ik had op een gegeven moment een collega en die zegt:
Ja, je vraagt: wat zou ik doen als ik niks meer te doen zou hebben?
Dan ga ik naar huis toe en heeft mijn vrouw allemaal klusjes voor me.
Dat vond ik ook wel een heel mooie.
O, kijk eens aan. Daar komen de antwoorden binnen.
Meer aandacht in een professioneel... Wacht, hobby's waar ik niet aan toekom.
Meer tijd voor gezin, familie, vrienden.
Ja, toch de meesten voor hobby's waar ik nu niet aan toe kom.
Dan zou je graag willen dat je mensen kan zien:
Wat zou je voor hobby's willen doen?
-Precies.
Het thuiswerken helpt dan ook niet echt.
Dan heb je nog meer het gevoel: ik moet van alles.
Dan heb je straks vakantie in je huisomgeving
en dan blijft dat nog steeds zo aan je hoofd zitten.
Zal ik doorgaan?
-Doe maar.
Dan gaan we kijken naar de verschillende stappen.
De basis van deze methode bestaat uit vijf stappen.
Als je ze zo ziet, verzamelen, beslissen, organiseren, reflecteren en doen,
dat lijkt best wel ingewikkeld, maar je had ze ook zelf kunnen bedenken.
De crux zit hem erin dat je deze stappen even bewust doet.
Dat is eigenlijk het lastigste moment.
Als je er een gewoonte van maakt,
merk je dat je hier de minste tijd aan kwijt bent.
Uiteindelijk gaat het om wat hierna komt.
Maar laten we wel even die stappen door gaan nemen.
Als eerste is dat het verzamelen.
Bij het... Lukt het om de volgende sheet te doen?
VAN ROSSEM: Ja, ik zal even doorgaan.
Dank je. Het verzamelen, daarvoor heb ik een filmpje.
Die is gewoon van het internet geplukt, met David Allen.
Hij coacht daarbij Linda. Hij neemt ook een beetje de methode door.
Kijk eens wat het met je doet.
ALLEN: Step one is to capture the things that have your attention.
You don't have to decide what to do about it or what it means.
If you have something you need to think, decide or do about it, throw it in here.
So, these are all magazines that I have to read.
We can create a separate pile or place called 'stuff to read'.
By the way, you need to make sure that you still want to read each one of these.
Yeah, I want to.
What's this?

MUZIEK: LOST FREQUENCIES - REALITY

ALLEN: We're gonna go through the whole house.
The whole house?
Whenever you come across something where you say:
Oh, you know, I really need to clean this up or I need to do...
We're not putting that in your in-basket,
you're going to write in on a notepad and throw that note in there.
So, before you go any further.
-Write it down.
Parkeergarage, ik weet niet meer wat dat is.
I want a separate thing on a separate piece of paper.
By the way, in case it helps you relax a little bit,
there's one very important category that we'll create: someday/maybe.
Ah, that's a nice one.
Then your agreement is not that you have to do anything about it now,
but you'll reassess on a regular basis whether you want it or not.
A whole lot of your projects could be moved over there.
If you say: there is no way I'm gonna be able to get to it within a period of time.
Particularly things around the house.
-But it's also a dangerous one.
No, not if you look at it regularly.
So that's the agreement I have to make with myself.
Indeed. You can only feel good about what you're not doing
when you know what you're not doing.
That helps me relax a little bit more.
-I thought that would help.
Die lijst wordt gewoon enorm groot. Ik merk dat ik daar onrustig van word.
You're becoming conscious of the stress you're already in.
I'm already in the stress?
As we say: the way out is through.
Step two is to clarify. Exerting the executive function and thinking:
what is this? What does it mean to me? Is it actionable, yes or no?
You grab the stuff out of your head,
make decisions about what it means and what you're going to do about it.
Then we're going to find a way to start to explore: where do I now park those?
Once you've decided what the action is,
if you can take the action in less than two minutes,
it would take longer to organize it and look at it again
than it would be to finish it immediately.
If you want to start with anything on this pile, that works too.
You might find some two minute ones.
-No, thanks.
Hier staan ook allemaal to do-dingen in.
This is also a notebook with to do things.
How recent is this?
-Recent.
I can also put it in my bag, because I need the notebook at work.
Well, if you're asking me for best practice, that sucks.
Oh, okay.
-You need it for your work.
Like, what?
-I need the notebook for work.
Why don't you tear out all the pages, so you've got a fresh notebook?
And then take all the other pages and put them in your in-basket to be processed?
My most used capture tool is that right there.
That was the last hour or two.
-That's crazy.
Oh, I know, I'm absolutely nuts. There's nothing in my mind.
And how many moments on a day do you relax?
I'm relaxed all the time.
-All the time?
I'm mister spontaneous, trust me. That's why I figured all of this out.
LINDA: But this system is everything but spontaneous.
It is everything, so I can be spontaneous.
You're the most unspontaneous person I know.
Ja, je ziet dus dat het verzamelen een bewust proces is.
Dat doe je een keer en dan loop je je huis door
en alles waarvan je hoofd zegt: hier moet ik eigenlijk iets mee...
Dat doe je een keer, of je doet dat in de loop van de tijd.
Zorg dan dat je dingen neerlegt op een plek waar het voor jou betekenis heeft.
Christien, wat triggert jou eigenlijk in die methode?
VAN ROSSEM: Als ik dit filmpje weer zie,
moet ik toch terugdenken aan een voorval een paar jaar geleden.
Ik moest iets doen op een groot evenement.
Daarvoor hadden we al weken van tevoren
papieren, kleding, informatie op moeten halen.
Daar zat ook bij:
de toegangspas voor de eerste ochtend dat je daar aankwam.
Er was ons op het hart gedrukt: het is belangrijk.
Zonder die toegang kom je er niet in, want er zijn veiligheidseisen,
dus zorg dat je die goed bewaart.
Nou, je raadt het al, de avond van tevoren
had mijn man gezegd: het is wel leuk om nog even uit eten te gaan.
Als jij nou even je spullen klaarlegt, kunnen we zo weg.
Ik alles bij elkaar leggen en die toegangspas zat er niet bij.
Ik was volledig in paniek. Ik word er nog beroerd van als ik eraan denk.
Dus ik heb het halve huis doorzocht naar die pas
en heb hem ook uiteindelijk nooit meer gevonden.
Ik ben toch wel naar het evenement gegaan
en via een zij-ingang ben ik erin gekomen.
Maar dat was wel het moment... Ik was zo in paniek dat ik op dat moment dacht:
Dit wil ik echt nooit meer meemaken.
-Jeetje.
En daar heb je wat handvaten gevonden...
VAN ROSSEM: Toen ben ik echt gaan kijken van:
hoe kan ik daar privé en op mijn werk toch meer orde en ruimte in brengen?
Ja, ik had het met name met privé dat ik dacht: hier moet wat aan gebeuren.
VAN ROSSEM: Wat speelt er bij jullie?
-Wat bij meer gezinnen voorkomt.
Een verschil in opvatting over wat opgeruimd is.
Ik had daar een andere voorstelling bij.
In die tijd had ik een voltijdbaan en mijn partner niet.
Dan kwam ik thuis en dacht ik: nog meer werk.
Dan kan je verschillende dingen doen.
Ik had oudere dames in mijn omgeving die zeiden:
Als ik jou was, zou ik het wel weten. Ik zou zeggen: dat moet je allemaal doen.
Ja, een ander proberen te veranderen. Dan heb je bonje in de tent.
VAN ROSSEM: Bij mij zou dat thuis niet werken.
Bij mij ook niet. Dat is ook niet gezellig.
Anderen zeiden weer: dan moet je je normen naar beneden bijstellen.
Wacht maar, dat gaat vanzelf goed komen.
Nou, ik ken zijn studentenkamer...
-Van je man? Van vroeger.
Van vroeger, ja. Nou, dat kan hij heel lang volhouden.
Dus ja, dan zit ik zo van: dit vind ik niet fijn.
Toen ben ik gaan lezen over organizen. De Marie Kondo's, Getting Things Done.
Wat je daar vooral uit haalt is:
zorg dat dingen een plek hebben waar ze betekenis voor je hebben.
Dat vind ik heel erg praktisch en dat werkt heel goed.
Nu als ik het op mijn heupen krijg, een half uurtje rennen door het huis heen
en dan is het weer prima. Het hoeft allemaal niet spic en span te zijn.
Maar op een manier dat het me rust geeft. Dat vind ik erg fijn.
We hadden een vraag.
-Ja.
De vraag is: zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen
en verschillende leeftijdscategorieën te zien
of men het druk heeft, doet of is? Wel een heel mooie vraag, ja.
Hoe kijk jij daar tegenaan?
Nou, met name het piekeren, dat zit volgens mij veel bij vrouwen.
Het niet loslaten.
Dat vind ik heel leuk aan deze methode. Er wordt toch gezegd:
op het moment dat je er niks aan kan veranderen,
als je geen eerstvolgende stap kunt bedenken, laat het gaan.
Weet je, dan kun je er niks aan veranderen.
Dat is wel een mooie inderdaad.
-Of er veel verschil is, weet ik niet.
VAN ROSSEM: Ik heb het idee
dat het bij alle leeftijden voorkomt.
Maar misschien, zoals wij ook vertelden, je bent er wel eens tegenaan gelopen...
Stel, je bent ouder, dan heb je al wat bypasses ontwikkeld.
Vooral jonge mensen hebben dat nog niet en lopen er dan snel in vast.
BORSJE: Ja, en het ook niet snel kunnen overzien:
Hoe groot is werk? Die willen ook bij een groep horen.
Daar moet je dus extra voorzichtig mee zijn.
Die hebben ook niet zo snel door: wanneer zit je aan te veel?
VAN ROSSEM: Nee, dat ondervinden ze dan. Inderdaad.
Maar volgens mij komt het wel voor in alle leeftijden, mannen en vrouwen.
Inderdaad dat piekeren. Het kan zijn dat mannen en vrouwen evenveel piekeren,
maar dat vrouwen het meer uiten.
-Dat zou ook kunnen.
Oké, en de stress merk je eigenlijk aan alles.
Ik heb ook wel eens meegemaakt in crisissituaties dat mannen denken:
Nu laat ik wel eens even zien dat ik hier nodig ben.
En daarmee echt een hele hoop adrenaline ophouden
wat dan jaren later er pas uit is.
Kijk bijvoorbeeld naar de bankencrisis.
Hoeveel stress daar is en hoe mensen trots zijn op weinig slaap,
maar hoeveel slechte beslissingen er uiteindelijk genomen worden.
Dus ik denk niet dat er echt verschil is.
We hadden het net over dat verzamelen
en hoeveel van die inboxen heb je dan.
Daar hebben we een pollvraag over.
Hoeveel inboxen denk je dat je hebt?
Plekken waar bij jou dingen liggen waar je iets mee moet?
Dat kan zijn een la of een tas of je inbox. Dat soort plekken.
Hoeveel heb je er?
-Dat is dus niet alleen digitaal.
Nee, gewoon ook fysiek. Hoeveel denk jij dat je er hebt?
Ik denk dan het eerst aan digitaal, dus op mijn werk één,
en dan thuis twee, privé en voor het zzp zijn,
en dan heb ik natuurlijk altijd nog wel een bewuste stapel,
maar die is wel veel kleiner geworden.
Het is vast zo dat ik nog wat over het hoofd zie.
BORSJE: Oké, ja. Even kijken wat de kijkers zeggen.
Even kijken, tussen de vijf en de 15. De meesten.
Ja, ik heb er zo'n acht ook inderdaad. Ik heb veel inboxen met mails.
Dat zijn er zo'n zes. Dan een digitale to do en eentje op papier.
Maar dat komt ook omdat ik uitprobeer.
Wat werkt voor mij? En om deze workshops goed te kunnen geven.
Precies wat je zegt, dat stapeltje van to do wordt eigenlijk steeds kleiner.
Maar je ziet toch aan de poll, tussen de vijf en de 15.
Stel dat je er 14 hebt, dat is best veel om te overzien.
Het is zo: probeer er zo min mogelijk te hebben, maar zoveel als nodig.
Dus wat is voor jou functioneel? Het is ook niet zo'n strenge methode.
Dat vind ik juist heel erg fijn.
Ik word heel erg zenuwachtig van dingen die heel precies moeten gebeuren.
Dat hoeft hier niet.
Oké, zal ik doorgaan?
-Ja, laten we naar het beslissen gaan.
Dit is de lastigste stap. Heb je hem al onder de knie, dan is hij heerlijk.
Dat is een beslisboom. Daar gaan we even vrij snel doorheen.
We hebben net de spullen verzameld
en weten waar allemaal dingen liggen waar we eigenlijk nog iets mee moeten.
Dan gaan we kijken. Wat is dat nou? Dan begin je bovenaan.
Dat is regel één.
Regel twee is: nooit iets terugleggen of dat je iets markeert als ongelezen.
En je doet maar één ding tegelijkertijd.
Zo ga je door je mailbox heen. Je gaat van boven naar onder.
Geen cherry picking.
-Ook door dat stapeltje?
Ja, door de stapel, of de mail, begin bovenaan.
Dan loop je die stappen door. Wat is het? Zit er een actie in?
Is het antwoord nee, dan hebben we drie opties.
Gooi het weg, dan ben je er vanaf.
Je zag in het filmpje ook later/misschien.
Later/misschien is: over een week of twee kom ik daar misschien wel aan toe.
Of misschien is het wel een goed idee, maar nu niet.
Dan staat het even daar geparkeerd.
En je zult merken, dat is op een gegeven moment een checklist...
Dan heb je dat stapeltje en denk je:
Ik heb er de afgelopen drie maanden helemaal niks mee gedaan.
De kans dat ik dit ooit nog ga lezen, is nul. Dan kan het ook gewoon weg.
VAN ROSSEM: Dan doe je het niet.
Ik heb dan de neiging het toch maar in mijn archief te doen.
Maar als je er nooit iets mee doet,
uiteindelijk blijft het in je hoofd zeuren: dit is een eigenlijk.
O ja, en dat is dus eigenlijk ook
het belang van goede beslissingen nemen, die je dus ook hier moet doen.
BORSJE: Dan zeurt het niet meer in je hoofd. Je maakt je hoofd leeg.
Daar gaat het in feite over. Het archief zijn dingen die je echt moet bewaren.
Dat kan ook een bibliotheek zijn. Dingen die je echt bij de hand wilt houden.
Waar het voor jou betekenis heeft. En dan ga je kijken:
Hoe ziet het eruit als het klaar is? Wat betekent het als ik dit ga doen?
Dat er meer dan één actie aan zit?
Meer dan een actie noem je een project.
Ook dat verzamel je dan op een projectenlijst.
Dat is niet ingewikkeld. Op een gegeven moment maak je daar een routine van.
'Dit moet ik bijhouden, want daar komen in de loop van de tijd meer acties uit.'
Bij je reflectie kijk je dan: wat moet ik deze week nog doen aan dat project?
Vervolgens ga ik kijken: wat is dan mijn eerstvolgende actie?
En je eerstvolgende fysieke actie.
Dus niet: ik ga een vergadering organiseren.
Een vergadering organiseren bestaat uit:
mensen uitnodigen, verslagen maken van de vorige keer,
een agenda maken, stukken verzamelen.
Dat zijn verschillende fysieke acties. Die schrijf je op als to do.
VAN ROSSEM: Dan zie je ook dat het best veel werk is.
Dat er veel meer aan vastzit dan je zou denken.
Dan heb je dus op het moment dat je organiseren als blokje in je agenda zet,
dan is het misschien: dat is best wel veel.
Als het is: even die en die bellen voor wat er op de agenda moet komen,
is het misschien beter behapbaar.
Als je daarmee bezig bent, denk je misschien: dan kan ik dat ook wel doen.
Maar dan ben je in elk geval begonnen met stap één.
Ja, precies.
-Oké.
Deze is dan het organiseren.
Dat is het volgende onderdeel van de beslisboom.
Je hoorde David Allen al zeggen:
doe het meteen als het in minder dan 2 minuten kan.
Heb je heel veel tijd, dan maak je er gewoon 5 minuten van.
Als je denkt: ik heb helemaal geen tijd, maak je er een halve minuut van.
Dan zet je alles wat meer dan een halve minuut duurt op je to-dolijst.
Met die agenda, dat is wel even een ding.
Daar krijg ik bij de workshops altijd veel vragen over.
In 'Getting Things Done' staat:
Alleen als iets aan een tijd gebonden is, zeg je het ook als to do in je agenda.
En anders niet.
De reden waarom hij dat zo zegt, is omdat het afspraken zijn met jezelf.
Net als goede voornemens.
Als je je goede voornemens niet nakomt, krijg je blue monday.
Dus maak het voor jezelf ook wat meer ontspannen.
Blokkeer dan een moment in je agenda waarvan je zegt:
hier ga ik mijn to do's doen.
Wat is er op dit moment aan mijn hoofd wat ik nu wil gaan doen?
VAN ROSSEM: Dan is het belangrijk de eerstvolgende acties in beeld te hebben.
Dan kun je daar bijvoorbeeld op maandagochtend tijd voor reserveren,
om even rustig te kijken: wat ligt er allemaal?
Waar heb ik nu de meeste energie voor?
-Ja, en wat je bij heel veel mensen ziet,
is dat ze hun agenda volplempen met overleggen.
Laten we wel wezen, dat kan gewoon niet.
Je moet tijd hebben om het te verwerken
En dat is niet buiten werktijd, dat is in werktijd.
Dus het blokkeren van momenten waarin je echt dingen gaat doen,
is een heel verstandig iets.
Wachten op hebben we net gezien,
wanneer iemand anders nog iets gaat doen waardoor je nog niet verder kunt.
Ook dat wordt een lijstje. En dan heb je natuurlijk het volgende doen.
Oké, zullen we verdergaan?
Dan is het het organiseren. Dan laten we even zien hoe wij dat doen.
Hoe ik dat doe. Dit is een plaatje van mijn inbox.
Kijk even naar rechts. Lekker leeg.
Ik vind dat wel heel mooi. Ik doe mijn best, maar dit...
Uiteraard heb ik dit speciaal voor dit webinar gedaan.
Nee, vanochtend stonden er zes mails in.
Het is gewoon heel erg rustig.
Volgens mij heb jij gewoon niet zoveel te doen.
Ik ben niet zo belangrijk.
Dit is vrij snel geregeld. Ik kijk dan een paar momenten per dag.
Dan kies je er bewust voor: nu ga ik de mails doorlezen.
Dan schuiven ze bijvoorbeeld...
Er zit een actie in die meer dan twee minuten duurt, die gaat in ToDo.
Later, als ik er nu niet aan toe kom, de komende twee weken,
en het wachten op-lijstje.
Als ik hem een leeg heb, klik ik mijn to-dolijst aan.
Ik heb de neiging om bij to do dat weer onder te verdelen in projecten.
Maar dat doe jij niet.
-Dat doe ik niet.
In mijn hele inbox staan geen documenten die belangrijk zijn.
Die geef ik een andere plek. Laten we daar maar naartoe gaan.
VAN ROSSEM: Of zullen we nog even naar de poll? Ik ben wel benieuwd.
De mensen die meedoen, gelukkig zijn jullie nog steeds aangehaakt.
We zijn benieuwd:
hoeveel mails heb je nu in de inboxen van je werk?
Zijn dat er maximaal 50, tussen de 50 en 200, meer dan 200?
Ik zie meteen die meer dan 200...
-Ja, die schiet omhoog.
Ja, leuk. Ja, mensen gebruiken het vaak als archief.
Ze zijn bang dat ze dingen kwijtraken, dus laten ze alles in hun e-mail staan.
Je moet eigenlijk je inbox zien als je deurmat.
Thuis ruim je die ook op. Dan geef je het een plek.
Er zijn mensen die meer dan 1000 of 2000 mails in hun inbox hebben staan.
Dat geeft natuurlijk ook een overweldigend gevoel.
Op het moment dat je hem al ziet van: oeh, dit moet ik allemaal doen.
Daar raak je het overzicht door kwijt.
Eigenlijk is het wel een tip om dat leeg te maken.
Een praktische tip is gewoon:
alles wat ouder is dan een maand, zet dat even in een map apart.
Dan heb je alleen van de afgelopen maand over,
waar je dan doorheen moet om te kijken waar je iets mee beslist.
Dat is een praktische.
Zullen we ook nog even kijken naar welke tools je kunt inzetten?
Ja, zo ziet het er bij mij uit.
Het is voor iedereen: wat vind je praktisch?
Als je zegt van: ik wil alles hightech, dan doe je dat.
En als je zegt: ik wil dat niet, is ook goed.
Je zag David Allen met z'n schrijfblokje, zo werkt het ook.
Ik liet je al zien dat ik Outlook gebruik voor het verzamelen.
Daar komt het binnen, beslis ik, zet ik het naar to do, afspraken en contracten.
Daar vraag ik dat voor.
Het formele document management systeem,
als je bij de overheid werkt, heb je zo'n formeel archief.
DigiDocs, -domus, hoe het ook heten mag.
Daar staan de documenten die belangrijk zijn voor mijn organisatie.
Mijn persoonlijke schijf waar je je eigen documenten op zet.
Ik moet zeggen, die zijn meer bibliotheekachtig.
Daar vind ik dat ik zelf nog wel wat in te leren heb,
want ik vind het ordenen van informatie gewoon heel erg lastig.
Ik geloof niet dat ik de enige ben.
Ik ben erg blij met OneNote.
Ik merk dat ik die graag gebruik als ordner.
Daar heb ik net zoals bij ordners mappen waar ik conversaties bij elkaar bewaar.
Dus als ik zeg: deze mail is belangrijk om te bewaren,
maar niet zo belangrijk dat het in een DMS moet,
dan zet ik hem in OneNote.
Samenwerkingsruimte, je ziet dat iedereen in een overleg
alles op zijn eigen schijf bewaart of in zijn eigen mailbox. Dat is onhandig.
VAN ROSSEM: Vooral als iemand dan ineens op vakantie is.
Dan kun je dus niets meer terugvinden.
-Een samenwerkingsruimte is handiger,
waar een secretaris bijhoudt: wat zijn de documenten die belangrijk zijn?
We maken er eigenlijk te weinig gebruik van.
VAN ROSSEM: Ik zag laatst dat jij ook ToDo had van Microsoft.
Ja, die heb ik gekoppeld aan mijn privé-account.
Voor het werk doet hij het nog niet.
Bijvoorbeeld als ik aan het wandelen ben, dan schiet er iets door mijn hoofd:
Dit moet ik nog doen. Dat zet ik meteen bij de to do's.
Die heb ik op m'n telefoon van het werk en privé en op m'n tablet en computer.
Overal waar ik ben, o jee, dit is een goed cadeau-idee, opschrijven.
Ik zorg dat het niet in mijn hoofd blijft hangen, dat ik het niet vergeet.
In de boekhandel zie ik altijd van die mooie bullet journals met puntjes.
Ik vroeg me altijd al af: ik gebruik dat zelf niet, maar jij wel.
Ook om uit te testen wat het doet. Misschien even een sheet verder.
Het is een methode die ontwikkeld is door Ryder Carroll.
Een boekje dat je bij de bibliotheek kunt halen.
Als je daarop googelt zie je de fantastische sjablonen,
maar het kan er ook heel strak uitzien.
Je werkt met symbolen. Dat heb ik ook opgeschreven in de volgende sheet.
Zo simpel ziet dat eruit.
Er zit een filmpje van bij in de goody bag van hoe je dat doet.
Ik merk dat het wel heel erg fijn is.
Zeker nu we thuiswerken en niet meer een vaste werkplek hebben
en je weer gewoon met papier kan werken.
VAN ROSSEM: Heb je dat boekje liggen en dan schrijf je daar acties in?
Dan geef je er betekenis aan door deze symbolen?
Bijvoorbeeld, er is een overleg, dat is dan een event,
dat is zo'n rond cirkeltje, daar zet ik een titel bij,
zo'n notitiestreepje van: die en die waren erbij.
Denk ik achteraf: wat uit dit overleg moet ik onthouden?
Dat zijn dan notities. Als er taken uit voortkomen, zijn dat die punten.
Eén streepje voor wachten op en een kruis als het gedaan is. Superhandig.
Ik ben aan het uitproberen hoe het werkt.
Dat kan natuurlijk in ieder schrift.
-Precies.
Dit helpt mij wel heel erg bij de reflectie.
Voor vooruitkijken en achteruit kijken,
heb je een heel handig overzicht van hoe dat in elkaar steekt.
VAN ROSSEM: Dat is een mooie overgang naar het reflecteren.
Dat is ook weer zo'n bewuste stap.
In de methode wordt gezegd: minimaal één keer per week, zo vaak als nodig.
Veel mensen zeggen ook: begin van de dag of eind van de dag.
Bij het reflecteren neem je dus je hele systeem door.
Nu komt eigenlijk het krachtige van de methode.
O, het wekelijks onderhoud. Je vroeg al: doe je dat echt iedere week?
VAN ROSSEM: Ja. Het heet inderdaad in het boek wekelijks onderhoud.
Die stap betekent dat je terugkijkt en ook vooruitkijkt?
Ja, precies.
-Dat vergt discipline om dat te doen.
Ja, en dan neem je ook je lijsten door. Dat gaan we zo meteen doen.
Doe je dat ook? Zo'n moment dat je even vooruit en achteruit kijkt?
Ja, ik merk dat langzamerhand ik dat op zondagavond bijvoorbeeld:
Dan denken mensen: dat is toch weekend? Dat moet je toch vrijhouden?
Maar ik merk dat het mij wel rust geeft om op dat moment te kiezen:
Wat komt eraan komende week? Hoe was de vorige week?
Wat ik merk: op vrijdag heb ik daar geen energie voor.
Dan wil ik echt het weekend in.
Dat is ook weer zo'n gewoonte, als je gewend bent dat zondagavond te doen,
kost het ook niet zoveel energie.
BORSJE: Ja, het basissysteem doornemen, dat gaat vrij snel.
Het is het diepe denken dat op een gegeven moment de kracht gaat geven.
Daar gaan we nu naartoe.
In het boek wordt het omschreven als horizonnen.
Die gaan we eerst op het individuele niveau even doornemen.
Wat we net gedaan hebben, het is een heel verhaal, en klinkt heel ingewikkeld,
maar het is maar het basisniveau.
Een paar jaar terug ben ik bij de summit geweest van Getting Things Done.
Er waren 40 sprekers. Echt geweldig wat die mensen allemaal deden.
Niemand had het hierover, echt niemand.
Dat zit in de vingers. Ze vertelden wat ze deden met de tijd die ze over hadden.
Ja, precies.
-Dat is relaxed.
Wat zijn dan die horizonnen?
De eerste horizon is de projecten.
Als het goed is, heb je daar dus een lijst van gemaakt.
Je reflecteert. Je kijkt: wat waren mijn to do's? Hoe is afgelopen week gegaan?
Hoe staat het met mijn projecten? Komen daar nieuwe acties uit?
Zijn er dingen die er vanaf kunnen? Dan ga je naar het volgende niveau.
Dat doe je een keer bij het begin.
Dat doe je niet elke keer als je aan het reflecteren bent.
Maak eens een overzicht van de rollen en verantwoordelijkheden die je hebt.
In je leven heb je verschillende rollen.
Je bent medewerker, collega, coördinator, projectleider,
secretaris ergens van, of je zit bij een voetbalclub waar je iets voor doet.
Wat zijn nou die rollen die je hebt?
Op het moment dat je aan het reflecteren bent, kijk je:
In de verschillende rollen, is er wat dat komende week op het programma staat?
Waar moet ik aan denken? Zo weet je zeker dat je niets vergeet.
VAN ROSSEM: Oké, dat kan ook betekenen
dat je toch ook weer eens even kijkt naar de taken en agenda:
passen de rollen die daaruit voortvloeien wel bij mij?
BORSJE: Wat vind je dan belangrijk? De hogere horizonnen komen dan in beeld.
De doelen. Daar heb je op een gegeven moment de tijd voor bij je reflectie:
Wat zijn mijn doelen?
Je doelen zijn dingen die je wil bereiken tussen nu en drie maanden.
Dus niet al te lang. Leg de lat niet al te hoog.
Die komen voort uit de visie.
Bij een visie van een organisatie krijg je een heel lange zin
met woorden waarvan je denkt: Ik kan me hier moeilijk iets bij voorstellen.
Hier wordt bij visie ook echt bedoeld: wat zie jij jezelf over een jaar doen?
Hoe ben je dan? Hoe praten mensen tegen je?
Hoe voel je je dan? Zo visueel mogelijk maken.
Daar leidt je dan af...
Bijvoorbeeld: over een jaar wil je de Orient Express doen.
Als dat kan.
Dan is het misschien handig als ik begin met een taal leren.
Dat betekent dat ik over drie maanden een aantal lessen gedaan wil hebben.
Voor vandaag betekent dit... Zo redeneer je dan terug.
Dat is dan gekoppeld aan je waarden. Dat zijn dingen die echt belangrijk zijn.
Je kent misschien wel dat verhaal van die verpleegster
die aan mensen in de laatste fase van hun leven heeft gevraagd:
Waar heb je spijt van?
Dan komen de echte waarden naar boven: wat vind je belangrijk in je leven?
Als je dat zo steeds doorneemt, merk je ook dat je to do's eerder zijn:
Zijn dit de dingen die er ook echt toe doen in mijn leven?
Ik ben eens een directeur tegengekomen die dit heel consequent deed.
Een directeur die ruimte had in zijn agenda
en die dus ook heel bewust tegen zijn secretaresse had gezegd:
Dit zijn de doelen die ik heb.
De secretaresse haalde alles eruit wat niet met die doelen te maken had.
Dat vond ik wel een heel erg mooie.
Ik vind het ook wel mooi, dat kun je in het boek terug lezen,
want ik heb vaker, daar komen we zo ook op,
bij teambegeleiding maken we ook wel van zo'n piramide gebruik.
Het lijkt heel erg op deze piramide.
Maar ik vind het heel mooi dat hij het van de basis opbouwt naar boven.
Daar zegt hij ook over:
Je kunt wel bovenaan beginnen met die waarden en visie,
maar mensen die zo druk zijn, hebben dat overzicht al helemaal niet meer.
Die weten eigenlijk helemaal niet meer wat hun visie en waarde is.
Je moet eigenlijk eerst zorgen dat je ruimte maakt.
Dan komt het vanzelf meer naar boven. Ik vind dat wel heel interessant ook.
Hier zie je dan de vragen die daarbij horen.
Ik heb ze zojuist al behandeld, dus ik klik hier lekker doorheen.
We gaven al aan dat je dat ook voor teams gebruikt.
VAN ROSSEM: Ja.
En deze, dit is er nog één, je zou kunnen zeggen, een tegeltjeswijsheid.
Ik vind het nog wel wat verder gaan.
Kies een vak waar je van houdt en je hoeft geen dag van je leven te werken.
Dat is toch ook, als je het hebt over die waarden en visie,
Als je zorgt dat je met inspiratie kan werken,
dat je 's ochtends denkt als je medewerker bent van een ministerie:
ik ga toch bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke problemen.
Of ik werk in de zorg en zorg dat ik mensen beter maak.
Ja, dan kom je ook in een flow, dan lijkt het ook geen werk.
BORSJE: Ik kwam laatst iemand tegen die vond:
ja, ik heb een hobby, maar die ga ik niet doen, want dan lijkt het op werk.
Die vatte werk op dat het moest voelen als corvee.
Dat is ook wel interessant.
Ja, en waarom wilde die persoon dan die hobby niet doen?
Dan loop je het risico dat je het daarna niet meer leuk vindt.
Ja ja.
Maar goed, aan de andere kant kun je zeggen: doe wat je leuk vindt,
dan hoef je niet meer te werken.
Het is er wel één waar je over na kunt denken: is dat nou bij mij zo?
Het is natuurlijk nooit dat er niets is wat niet een beetje voelt als corvee,
maar het is toch wel een rood stoplicht als alles voelt als corvee.
BORSJE: Zeker.
Goed, ik ga door, want we komen nu op de teamsamenwerking.
Daar zie je dus
dat ook in teams je die aandachtshorizon,
zoals David Allan dat noemt, kunt toepassen.
Die hebben we natuurlijk al individueel gezien,
maar ook voor een team kan dat werken.
Dan is het wel heel interessant om ook de vragen te beantwoorden.
Bijvoorbeeld aan de basis: wat zijn jullie eerstvolgende acties?
Welke projecten brengen jullie tot een succesvol einde?
BORSJE: Als je dan kijkt, even terug naar die acties,
hier zijn mailafspraken ook heel belangrijk.
In feite is dat de plek waar je werk ook binnenkomt,
en dat je daar dus ook afspraken over maakt.
VAN ROSSEM: Absoluut. Je ziet natuurlijk vooral,
in een team draait het ook om samenwerking.
Ik heb zelf deel uitgemaakt van veel teams. Of ik begeleid teams.
Daar zie je dat die samenwerking
lang niet altijd inspirerend, vanzelfsprekend is.
Dus dat het toch vaak wel nodig is om daar extra aandacht aan te schenken.
Inderdaad: loopt je inbox de hele dag vol met allerlei cc's van mensen?
Waarvan je denkt: daar hadden we best een afspraak over kunnen maken.
Ja, hoe ga je met je eigen werk om en met andermans werk?
Je maakt elkaar ook drukker dan misschien nodig is.
Inderdaad.
Ik ga naar de volgende: Voor welke gebieden zijn jullie verantwoordelijk?
Dat is natuurlijk ook goed om dat voor elkaar te weten en helder te hebben.
Waar willen jullie zijn over één à twee jaar?
Dan is het ook weer belangrijk om niet te worden overspoeld met werk,
maar even de ruimte te hebben om dat op een goede manier te bedenken.
BORSJE: Dan ga je naar het visualiseren toe:
hoe ziet het eruit als wij straks daar zijn? Hoe zijn wij dan met elkaar?
Visualiseren kan je natuurlijk op allerlei manieren doen.
Het werkt vaak ook heel goed om daar een tekening van te maken.
Sommige mensen vinden dat niks. Dan kan je het op een andere manier doen.
Maar het is wel belangrijk om dat toch in beeld te hebben.
En dan ook:
Wat zijn de teamwaarden? Wat is het hogere doel waar wij aan werken?
Dat je met je team dat maatschappelijke probleem moet oplossen.
Dat je dat ook wel in het oog houdt.
Ja, dus het gaat om de goede vragen stellen aan elkaar.
Ik heb ook een poll nog.
-Ja.
Over waarden en levensdoel. Dat kan een heel goed baken zijn.
Ik ben benieuwd hoe dat voor jullie is. Heb je daar wel eens over nagedacht?
Heb je dat wel eens concreet gemaakt?
Heb je het goed in beeld? Nou, dan zie je toch...
BORSJE: Mensen hebben er wel over na... Wat mooi.
Bewust, maar nog nooit concreet gemaakt.
Dat is best mooi, dan zou je daar... zonder voor anderen te hoeven denken,
maar dan kan je daar een eerstvolgende actie van maken.
Dat ga ik nou eens als eerste bij de kop pakken.
Als je tijd en ruimte hebt.
-Ja, precies.
Misschien is daar de vakantieperiode ook wel een heel mooie voor.
Ik zal ook nog even de resultaten in beeld brengen.
Leuk.
-Dat is wel mooi om te zien.
Dan gaan we weer verder.
Dan gaan we naar de volgende stap. Dat is gewoon het doen.
De ruimte maken en de tijd
om dingen te gaan plannen en af te maken.
Dit vind ik ook wel een heel leuke. Een probleem is ook een project.
VAN ROSSEM: Dat vond ik een van de... Dat kwam bij mij het meest binnen.
Ik had ook wel van die zaken die door mijn hoofd blijven spelen.
Toen kwam ik erachter, ook door het lezen van het boek,
dat kun je dus ook tot project maken.
Dan is het wel belangrijk het een titel te geven die gericht is op de oplossing
om daar natuurlijk weer niet in te blijven hangen.
Maar het kan natuurlijk zijn...
bijvoorbeeld in je gezin, kinderen...
Of relaties waarin iets mis zit, waarvan je denkt: hier moet iets veranderen,
wat in je hoofd blijft rondspoken.
-Precies.
Kan je er een eerstvolgende actie aan koppelen?
Ik vind het wel mooi dat David Allen dan zegt dat als het antwoord nee is,
laat het gaan. Dan is er geen eerstvolgende actie,
dan kun je het dus ook niet veranderen. Laat het gaan.
Als je het kunt veranderen, zet het dan om in actie.
Ik vind het nog wel een moeilijke.
Bijvoorbeeld thuis, je ziet een van je kinderen worstelen met huiswerk,
met voorbereiding op tentamens. Dat gaat allemaal niet zo soepel.
Dan wil je er iets van zeggen...
-Je merkt dat dat niet goed valt.
Ja, dan kan ik best hebben dat dat dus door mijn hoofd speelt:
Ben ik nou aan het wegkijken? Moet ik daar toch wat mee?
Uiteindelijk beslissen om niks te doen, is ook een actie.
Ja, dat is waar. Dan is het dus een kwestie van de kunst van het loslaten.
Dit vind ik ook wel een mooie. Veel mensen gaan met vakantie.
Het is jouw laatste dag voor de vakantie. Wat komt er dan in jou op als je dit ziet?
Vakantie is ook een project.
Ik zie weleens mensen die last minute bedenken:
'Ik heb alle spullen niet, ik heb niet bedacht wat ik in de vakantie gaat doen.
Ik heb alleen maar gepland en verder niks.'
Dat op dat moment de stress uitbreekt.
Vakantie is een project, dus begin daar op tijd aan.
Hoe voelt het op het moment dat ik op vakantie ga?
Als dat is 'ik ga relaxed op vakantie', wat betekent dat dan voor vandaag?
Dus dat je daar ook al naartoe leeft.
In feite is dat ook een deel van de voorpret natuurlijk.
Ga niet alles op het laatste moment doen.
Dat geeft natuurlijk heel veel stress.
VAN ROSSEM: Zou het ook kunnen zijn dat dat voor jou goed werkt?
Dan krijg je er misschien geen stress van.
Dan zou je kunnen zeggen: dan heb je ook geen probleem.
Dan is dat gewoon hoe jij dat doet.
Op een gegeven moment gaat het ook gewoon onbewust.
Je bedenkt van tevoren: ik ga op vakantie.
Ik weet dat ik zoveel tijd van tevoren iets moet gaan doen.
Je merkt inderdaad: als je dat plant, dat het dan heel ongemakkelijk voelt.
Dat je dus allerlei spullen vergeten bent, dat soort dingen.
Ja, dat ken ik ook. We hebben een vraag in de chat.
Gaat Getting Things Done samen met Agile werken?
BORSJE: O jee, Agile dat is dat je kijkt wat er op dat moment moet gebeuren?
Ja, dat is wendbaar werken.
Dat je flexibel bent, je aanpast aan wisselende omstandigheden.
Dat ook in je team deelt. Ik zie daar wel behoorlijk wat overeenkomsten.
Ook dat je tijd afspreekt. Is dit voor de komende twee weken?
En een beeld hebt met elkaar: wat zijn de eerstvolgende acties?
En dan steeds terugkijken en vooruitkijken. Ik vind dat wel een mooie.
Ik zou bijna denken: voor ons een eerstvolgende actie om dat uit te pluizen.
Hoe dat werkt. Dat is een goede.
Ik heb, even kijken, hier nog een plaatje.
Dit was hoe ik tijdens een recente vakantie ook dacht:
Dit webinar komt eraan, ik moet er nog wat aan doen.
Ik ga in Frankrijk onder een luifel daar toch nog wat aan doen.
Dan kan je natuurlijk zeggen: is dat nou verstandig?
Ik merkte dat ik het heel fijn vond, want ik vond het leuk om te doen.
Ik merkte dat ik creatiever was dan normaal gesproken.
Dus dat ik vrij snel toch wat teksten en sheets en dergelijke had.
Eens even kijken wat de deelnemers daarvan zeggen.
Daar ben ik benieuwd naar. We lopen tegen het einde.
Werk je door tijdens je vakantie?
Ja, ik ben wel benieuwd.
-Als je werk leuk is, voelt het niet zo.
Of zet je je telefoon helemaal uit? Eigenlijk vind ik het wel lekker.
Ik merk nu met het thuiswerken, ik heb mijn mail niet op de telefoon staan.
Wat is dat lekker. Als ik mijn mail wil lezen, moet ik naar de computer toe.
Net als vroeger. Daar is werk.
Je bent dus ook echt uit als je uit die kamer bent.
VAN ROSSEM: Ik vind het mooi, het schiet meteen naar nee.
Heel beslist, goed zo.
Heel mooi.
-Ik zal de resultaten in beeld brengen.
Heel leuk.
Oké, zullen we naar de afsluiting gaan?
-Ik denk het wel.
We hebben dus gekeken naar Getting Things Done
als methode om meer ruimte in je hoofd te krijgen.
Wat we al zeiden: het is geen timemanagement,
maar eerder mindfulness, hoe krijg je ruimte in je hoofd om diep na te denken?
Wil je hier meer over weten? Laten we even naar de volgende sheet gaan.
We hebben er nog eentje.
Deze. Hoe kun je verdergaan?
Over Getting Things Done.
Er zijn heel veel trainers die dit heel goed in de vingers hebben
en ook zelfs op kantoor zijn er mensen die er mee kunnen helpen.
Er zijn altijd wel mensen die superhandig hierin zijn.
Heb je ze gespot? Trek ze dan eens aan hun jasje.
Officiële trainingen zijn er.
VAN ROSSEM: Van bureau Meereffect.
-Meereffect is licentiehouder.
Werk je bij de rijksoverheid? Kijk dan eens op Leer-Rijk.
Een Outlookcursus helpt je ook al heel veel.
Daar kun je prima Getting Things Done mee doen.
Dus formele trainingen, Good Happens kunnen we gebruik van maken.
Daar staan ook heel handige trainingen in.
Dan hebben we de middelste, zelfstudie, dat werkt ook fantastisch.
Haal een boek bij de bibliotheek, kijk op internet,
in de goody bag zitten een hele hoop tips.
Je komt een heel eind met zelfstudie.
Misschien nog veel leuker om dat samen met een collega te doen.
Jezelf erdoorheen loodsen.
En dan nog eentje, die heb jij ook gedaan. Coaching.
Een coach vragen om intervisie.
Ja, precies, er kwam een groep op mijn pad
Die graag met deze methode intervisie ook wilde doen.
Dat is ook mooi om te zien. Zij hebben zichzelf de methode eigen gemaakt.
Met behulp van een proeverij, het boek gelezen,
en nu willen zij in de intervisie steeds kijken...
Hoe houden ze zichzelf aan de afspraken?
Precies, en hoe willen ze zichzelf nog aanscherpen daarin?
Wat valt er nog te leren? Dat is wel heel mooi.
Het leren van elkaar. En als je denkt: dit kan ik allemaal heel perfect
en mensen zouden wat van mij kunnen leren...
Zet onder je handtekening dat je mensen daarmee wilt helpen.
Het is makkelijker om iemand te vragen die je kent
dan op een wildvreemde af te stappen.
Oké, dus wil je de goody bag gebruiken?
Dan kun je zo meteen op de button klikken
voor het ophalen van de online goody bag.
Dit webinar kun je terugkijken via de website van RADIO.
www.it-academieoverheid.nl.
Heb je nog vragen of kijk je dit webinar achteraf terug
en denk je: ik wil wat vragen stellen?
Stuur een mailtje: radio@rijksoverheid.nl
Dan danken we je voor je deelname en wensen je veel rust en ruimte.
Zeker. Hartelijk dank allemaal.